Blok 4 - Grammatica - Les 2

Zinsdelen
Vandaag leer je hoe je zinnen langer moet maken door er zinsdelen aan toe te voegen.

Maar eerst... herhaling werkwoordsoorten.
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Zinsdelen
Vandaag leer je hoe je zinnen langer moet maken door er zinsdelen aan toe te voegen.

Maar eerst... herhaling werkwoordsoorten.

Slide 1 - Diapositive

Zijn vader kon daarmee gaatjes in leer MAKEN.
A
PV
B
VD
C
HWW

Slide 2 - Quiz

Het blindeschrift 'braille' is GENOEMD naar deze jongen: Louis Braille.
A
PV
B
VD
C
HWW

Slide 3 - Quiz

Veel mensen HOUDEN van honden en katten.
A
PV
B
VD
C
HWW

Slide 4 - Quiz

Misschien gaan mensen NIEZEN door hun huisdier.
A
PV
B
VD
C
HWW

Slide 5 - Quiz

Zinsdelen
Een goede zin heeft minstens twee zinsdelen. 

Wie doet iets?
Wat doet hij?

De hond | blaft.
Wie?        Wat?

Slide 6 - Diapositive

Zinsdelen
Elke zin heeft dus een werkwoord (doe-woord).
Geeft aan wat er gebeurt.

De hond blaft. Wat gebeurt er? Blaffen.

Slide 7 - Diapositive

Meneer Verbiesen...

Slide 8 - Carte mentale

Zinnen langer maken
Zinsdelen toevoegen.

1. Wie doet iets?
2. Wat gebeurt er?
3. Waar? Wat? Wie? Waarom?

Slide 9 - Diapositive

Voeg toe: Vincent ligt (waar?).

Slide 10 - Question ouverte

Voeg toe: Vincent ligt (wanneer?) op de bank.

Slide 11 - Question ouverte

Zinnen langer maken
Iedere nieuwe vraag die beantwoord wordt, is een nieuw zinsdeel.

Vincent | ligt | om 3 uur | op de bank.
Wie?          Wat?  Wanneer?  Waar?

Slide 12 - Diapositive

Opdracht 10 
Samen doen.

Wie?
Wat gebeurt er?
...?
Wanneer?
...?
Sara
bespeelt

Slide 13 - Diapositive

Zelf werken
Opdracht 11 en 12.
Voor jezelf.
Nakijken eind van de les.

Eerder klaar?
Probeer eens een zin te maken van zes zinsdelen, en daarna een zin van zeven zinsdelen.

Leerlingen thuis mogen de les verlaten en een foto van hun werk sturen.

Slide 14 - Diapositive

Bespreking
Je kunt nu zinnen langer maken door zinsdelen aan een zin toe te voegen.

Slide 15 - Diapositive

OW? De tamme grasparkiet is door de kamer gevlogen.

Slide 16 - Question ouverte

Heb je wel eens een leeuw in het echt gezien?

Slide 17 - Question ouverte

Met alle boodschappen loopt het kleine oude vrouwtje de supermarkt uit.

Slide 18 - Question ouverte