Naamvallen en functies

Naamvallen en functies
Auxilia p. 44-53
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
LatijnSecundair onderwijs

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Naamvallen en functies
Auxilia p. 44-53

Slide 1 - Diapositive

Krachten in een zin
G156-179
Drie krachten: 
  • congruentie
  • vorm, functie en positie
  • tijdsgebruik

Slide 2 - Diapositive

1) Congruentie
= de kracht die een naamwoord uitoefent op andere naamwoorden en werkwoorden, waardoor de samenhang tussen die woorden duidelijk wordt
  • O en gezegde
  • O en NWD
  • O of (L)V en DVB
  • K en BVB

Slide 3 - Diapositive

2) Vorm, functie en positie
VORM: geeft informatie over de FUNCTIE in de zin
± vaste POSITIE (hiervan afwijken: bedoeling)

  • Zinsdelen (gezegde + O/NWD/(L)V/MV/HV + evt. BWB/DVB/aanspr.)
  • Zinsdeelstukken (K + BVB)
  • Zin in een zinsdeel 
  • Valentie

Slide 4 - Diapositive

3) Tijdsgebruik
= kracht die de tijd van een werkwoord uitoefent op een ander werkwoord

  • Absoluut tijdsgebruik
  • Relatief tijdsgebruik

Slide 5 - Diapositive

Vocatief

Slide 6 - Diapositive

Welke functie kan een naamwoord
in de vocatief uitoefenen?

Slide 7 - Carte mentale

Aanspreking
  • Tu quoque, fili mi
  •  Discipuli, audi bene!

Slide 8 - Diapositive

Nominatief

Slide 9 - Diapositive

Welke functies kan een naamwoord
in de nominatief uitoefenen?

Slide 10 - Carte mentale

Onderwerp
Het O staat in de nom. 
Alle andere woorden in de nom. verwijzen naar het O, dat niet altijd is uitgedrukt.

  • Canis fidus est. 
  • Pueri puellaeque fabulam audiunt.

Slide 11 - Diapositive

Naamwoordelijk deel gezegde
Het NWDG is noodzakelijk bij KWW zoals esse en fieri.
Zinsdeelstuk (onderdeel van het NWG)

  • Canis fidus est. 
  • Haec poena apud eos est gravissima.

Slide 12 - Diapositive

Dubbelverbonden bepaling
Een DVB is zowel met het gez. als met het O verbonden.
Ze congrueert met dit O en beschrijft er een eigenschap of toestand van. 

  • Hannibal princeps in proelium ibat, ultimus excedebat.
  • vertaling: als/tot

Slide 13 - Diapositive

Accusatief

Slide 14 - Diapositive

Lijdend voorwerp
LV

  • Ipse Lentulum in carcarem deducit.

Slide 15 - Diapositive

Onderwerp
O in de a.-+i.-zin + KWW in de infinitief

  • Constat servum fessum esse. 

Slide 16 - Diapositive

Naamwoordelijk deel gezegde
In de a.+i.-zin
Het NWDG is noodzakelijk bij KWW zoals esse en fieri.
Zinsdeelstuk (onderdeel van het NWG)

  • Constat servum fessum esse.

Slide 17 - Diapositive

Dubbelverbonden bepaling
Een DVB is zowel met het gez. als met het LV verbonden.
Ze congrueert met dit LV en beschrijft er een eigenschap of toestand van. 

  • Vocant eum patrem patriae.

Slide 18 - Diapositive

Bijwoordelijke bepaling
BWB
  • richting (waarheen?): Romam proficiscor.
  • duur (hoelang?): Nonnulli vicenos annos in disciplina permanent.
  • betrekking 

  • voorzetsel + acc.

Slide 19 - Diapositive

Uitroep
O me asinum!

Slide 20 - Diapositive

Welke functies kan een accusatief hebben?

Slide 21 - Question ouverte

Oefeningen

Slide 22 - Diapositive

Defendi rem publicam 'adulescens', non deseram senex.
Naamval?
A
voc
B
nom
C
acc

Slide 23 - Quiz

Defendi rem publicam 'adulescens', non deseram senex.
Functie?
A
O
B
DVB
C
NWDG

Slide 24 - Quiz

'Darius, persarum rex,' Graecis bellum inferre decrevit.
Naamval?
A
voc
B
nom
C
acc

Slide 25 - Quiz

'Darius, persarum rex,' Graecis bellum inferre decrevit.
Functie?
A
O
B
DVB
C
NWDG

Slide 26 - Quiz

Huic iuveni 'pietatem' deesse narrabatur.
Naamval?
A
voc
B
nom
C
acc

Slide 27 - Quiz

Huic iuveni 'pietatem' deesse narrabatur.
Functie?
A
LV
B
O
C
NWDG
D
BWB

Slide 28 - Quiz

Populus Romanus Hannibalem 'prudentissimum imperatorem' habuit.
Naamval?
A
voc
B
nom
C
acc

Slide 29 - Quiz

Populus Romanus Hannibalem 'prudentissimum imperatorem' habuit.
Functie?

Slide 30 - Question ouverte

Hannibal 'post multa proelia' tristissimus Carthaginem rediit.
Naamval?
A
voc
B
nom
C
acc

Slide 31 - Quiz

Hannibal 'post multa proelia' tristissimus Carthaginem rediit.
Functie?

Slide 32 - Question ouverte

Hannibal post multa proelia tristissimus 'Carthaginem' rediit.
Naamval?
A
voc
B
nom
C
acc

Slide 33 - Quiz

Hannibal post multa proelia tristissimus 'Carthaginem' rediit.

Slide 34 - Question ouverte

Rubico flumen 'finis Galliae provinciae' erat.
Naamval?
A
voc
B
nom
C
acc

Slide 35 - Quiz

Rubico flumen 'finis Galliae provinciae' erat.
Functie?

Slide 36 - Question ouverte