Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Hoe taal België verdeelt
Grenzen en identiteit
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt de verschillen tussen een gewest en een gemeenschap benoemen.
Je kunt de bestuursstructuur van België benoemen.
Je kunt verschillende soorten regio’s in België benoemen en van elkaar onderscheiden.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Welke taal wordt in België gesproken?
A
Nederlands
B
Frans
C
Nederlands & Frans
D
Nederlands, Frans & Duits
Slide 4 - Quiz
Hoe heet het noordelijke deel van België?
Slide 5 - Question ouverte
Hoe heet het zuidelijke deel van België?
Slide 6 - Question ouverte
3 gebieden, elk een taal
1. Vlaanderen (Vlaams)
2. Wallonië (Frans)
3. Duitse grensgebied
Territorialiteitsbeginsel:
Het gebied waar je woont,
bepaalt welke taal officieel is.
Slide 7 - Diapositive
Wat bedoelt men met territorialiteitsbeginsel?
Slide 8 - Question ouverte
Uitzondering
1. Brussel: Vlaams en Franstalig.
2. Gemeenten rond de taalgrens.
Taalfaciliteiten: het aanbieden van een andere taal, naast de officiële taal.
Slide 9 - Diapositive
Brussel was de uitzondering op de regel. Wat was hier zo bijzonder?
A
Het is de hoofdstad
B
Het Europees Parlement zit hier
C
Er worden structureel meerdere talen gesproken
D
Er is hier veel toerisme
Slide 10 - Quiz
België is geen eenheidsstaat,
maar een federale staat.
Slide 11 - Diapositive
Eenheidsstaat
centrale regering neemt alle beslissingen
Federale staat
regering beslist alleen over landelijke zaken (defensie)
Vlaanderen, Wallonië en Brussel
gewesten hebben autonomie (= zelf beslissingen nemen)
Slide 12 - Diapositive
Wat is het verschil tussen een federale staat en een eenheidsstaat?
Slide 13 - Question ouverte
Wat is een gewest?
A
Gemeente
B
Provincie
C
Stad
D
Deelstaat
Slide 14 - Quiz
Wanneer heb je autonomie?
A
Als je zelfstandig bent en beslissingen neemt
B
Als je met iemand samen bestuurt
C
Als het kabinet bestuurt
D
Als de koning bestuurt
Slide 15 - Quiz
Het probleem van Brussel
Rijke Brusselaren verhuizen naar Vlaamse gemeenten.
Meerderheidsbeginsel
Slide 16 - Diapositive
Probleem van Brussel
Rijke Frans sprekende Brusselaren verhuizen naar Vlaanderen --> Vlamingen zijn niet blij met de Franstaligen --> cultuurbedreiging: meer Walen in Vlaanderen
Slide 17 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt de verschillen tussen een gewest en een gemeenschap benoemen.
Je kunt de bestuursstructuur van België benoemen.
Je kunt verschillende soorten regio’s in België benoemen en van elkaar onderscheiden.