H5 Weefselvloeistof en Lymfe

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je:

- de kenmerken en functies van weefselvloeistof en lymfe benoemen

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Weefselvloeistof
Niet alle cellen liggen aangrenzend aan een haarvat. Zuurstof en voedingsstoffen worden naar deze cellen getransporteerd via het weefselvloeistof.
Koolstofdioxide, water en andere afvalstoffen worden weer afgegeven aan weefselvloeistof.

Slide 4 - Diapositive

lymfe
sommig weefselvocht wordt via de lymfestelsel afgevoerd. nu heeft het lymfe.

naast lymfevocht zitten hier ook witte bloedcellen in. 

de lyfme wordt naar de lymfeklieren gebracht waar stofscheiding plaats vind deze wordt vervolgens aan het bloedvatenstelsel gegeven zodat het afgebroken kan worden.

Slide 5 - Diapositive

 Lymfeknopen zijn verzamelplekken voor lymfevaten. Het grootste deel van het afweersysteem (witte bloedcellen) verblijft in de lymfeknopen.
Onderdeel van het lymfevatenstelsel. Lymfeknopen zijn verzamelplekken voor lymfevaten. Het grootste deel van het afweersysteem (witte bloedcellen) verblijft in de lymfeknopen.

Slide 6 - Diapositive

Sleep de juiste namen naar hun plek.
1
2
3
4
5
6
Bloedplasma
Weefselvloeistof
Wittebloedcel
bloedvat
Lymfevat
rode bloedcel
Lymfe
bloedplaatje

Slide 7 - Question de remorquage

Weefselvloeistof kan zowel in een haarvat als in een lymfevat worden opgenomen.

Noem een type cel van de mens dat zowel in de weefselvloeistof als in een lymfevat aanwezig is.

Slide 8 - Question ouverte

Twee belangrijke krachten
Voor de vorming van weefselvloeistof zijn twee krachten nodig.
De bloeddruk en de osmotische waarde van het bloedplasma. Om het bloedplasma het haarvat uit te drukken wordt de bloeddruk gebruikt. Om aan het einde van het capillair het weefselvloeistof weer op te nemen is de osmotische waarde van het bloedplasma van belang.

Slide 9 - Diapositive

Je hebt een blaar, hoe heet het vocht dat zich in de blaar bevindt?
A
bloedplasma
B
lymfe
C
weefselvloeistof

Slide 10 - Quiz

In de weefsels verlaten water en opgeloste stoffen het bloed dat in de haarvaten aanwezig is. Vanuit de weefsels keert ook weer vocht terug in het bloed.
Via welke weg kan vocht vanuit de weefsels terugkeren in het bloed?
A
alleen door de wanden van de haarvaten heen
B
alleen via vervoer door lymfevaten
C
zowel door de wanden van de haarvaten heen als via vervoer door lymfevaten

Slide 11 - Quiz

Oedeem
Oedeem (spreek uit: eudeem) ontstaat doordat er meer vocht wordt aangevoerd in het weefsel dan er wordt afgevoerd uit het weefsel. Het weefselvocht hoopt zich dan op in je lichaam. Oedeem is een overmatige ophoping van weefselvocht vocht in een bepaald lichaamsdeel. Enkele plaatsen waar oedeem vaak ontstaat zijn de voeten, enkels, benen, de buik en de longen.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Hongeroedeem treedt op bij een eiwittekort door een slechte of eenzijdige voeding. Dit gebeurt voornamelijk in ontwikkelingslanden, waarbij er vochtophoping in de buik plaatsvindt. Hoe is dit te verklaren?

Slide 14 - Question ouverte

Slide 15 - Vidéo

To Do
Lees basisstof 5
Maak opdracht 54 t/m 57

Slide 16 - Diapositive