Rekenen niveau 2 oefenexamen deel 1

Oefenen met examenvragen niveau 2 deel 1
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Oefenen met examenvragen niveau 2 deel 1

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Belangrijk 
  • Alle vragen zijn met de rekenmachine;
  • Berekening niet opgeschreven, kost punten op je examen. 

Om te oefenen schrijf je bij zoveel mogelijk van de komende vragen de berekening op. 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions






Ingrediënten voor 4 personen:

1 sjalotje
1/2 eetlepel boter of margarine
4 takjes selderij
600 gram tomaten
3 vleesbouillontabletten
175 gram rundergehakt
zout



Annemarieke maakt deze soep voor 7 personen. 
Hoeveel gram tomaten heeft zij nodig?

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Annemarieke maakt deze soep voor 7 personen.
Hoeveel gram tomaten heeft zij nodig?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Gebruik het DKA4- model
Delen, keer, antwoord 4e vakje



  • 7 : 4 x 600 = 1050 gr.
  • 600 : 4 x 7 = 1050 gr.
personen
4
7
gram
600

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel moet Annemarieke betalen voor haar tomaten?

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel moet Annemarieke betalen voor 1050 gram tomaten?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel flessen wijn moet Annemarieke kopen?
Bij de soep serveert Annemarieke witte wijn. Zij rekent op 2 glazen wijn per persoon. 
100 ml
  0,5L voor € 3,75

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel flessen wijn moet Annemarieke kopen?

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Een hond eet gemiddeld 20 gram
brokken per kg lichaamsgewicht.

Hoeveel gram brokken mag deze
hond per dag eten?
Tekst
A
0,55 kg
B
622 gram
C
735gram
D
0,8 kg

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Geraldino maakt Arubaanse ontbijtkoek voor 24 personen.
Welke soort eieren zijn het goedkoopst voor hem?
De verse eieren op de markt of een doosje uit de supermarkt?
voor 10 pers.

€ 2,85 per doosje.
Verse eieren op de markt kosten €0,65 per stuk.

Slide 11 - Diapositive

10 personen:   5 eieren
25 personen:  13 eieren

Los: 13 x €0,65 = €8,45

Doos per 6: 3 doosjes nodig, dus 3 x €2,85= € 8,55

Los goedkoper
Welke eieren zijn het goedkoopst voor Geraldino?
A
Losse eieren op de markt
B
De doosjes

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke landen is het verschil in levensverwachting tussen mannen en vrouwen meer dan 5 jaar?

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke landen is het verschil in levens-
verwachting tussen mannen
en vrouwen meer dan 5 jaar?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel cm verschil zit er tussen de Engelse schoenmaat 8 en 9

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel cm verschil zit er tussen
de Engelse schoenmaat 8 en 9

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke grafiek hoort bij de tabel?
1.
2.
3.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke grafiek hoort bij de tabel?
A
Grafiek 1
B
Grafiek 2
C
Grafiek 3

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ahmed verdient €1600,00 per maand.
Dus Ahmed verdient €400 per week
Waar
Niet Waar

Slide 19 - Sondage

1600 x 12 : 52 = €369,23
Jon is 19 jaar en werkt in de horeca. Hij werkt 36 uur per week. Hoeveel verdient hij per jaar?

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jon is 19 jaar en werkt in de horeca. Hij werkt 36 uur per week. Hoeveel verdient hij per jaar?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions