Teksten lezen, week 7 > Texel; Vlieland; Terschelling

Meertaligheid, week 7
Texel - Vlieland - Terschelling
stap 10
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Meertaligheid, week 7
Texel - Vlieland - Terschelling
stap 10

Slide 1 - Diapositive

Na deze les:

* Heb je geleerd hoe meertaligheid de hersenfunctie beïnvloedt.
* Heb je twee teksten over hetzelfde onderwerp met elkaar vergeleken.

Slide 2 - Diapositive

De teksten die bij de vragen in deze les horen, vind je door de linkjes in deze les te openen.
Ze staan deze week niet in de drive.

Slide 3 - Diapositive


Lees het krantenbericht in de volgende link:

Slide 4 - Diapositive

Welke onderzoeker vertelt in het artikel dat de werking van je brein verandert, als je twee talen kunt gebruiken en van tevoren niet weet welke je zult moeten gebruiken?
A
Jared Diamond
B
Ellen Bialystok
C
Greg Poarch
D
Dennis Rijnvis

Slide 5 - Quiz

Het artikel gaat over een onderzoek dat in 2010 nieuw gepubliceerd werd.
Van wie is deze nieuwe publicatie?
A
Jared Diamond
B
Ellen Bialystok
C
Greg Poarch
D
Dennis Rijnvis

Slide 6 - Quiz

Waarom komt Ellen Bialystok aan het woord in het artikel?
A
Zij heeft het onderzoek naar het spreken van twee of meer talen in het dagelijks leven uitgevoerd.
B
Zij werkt bij NU.nl.
C
Zij is de baas van Jared Diamond.
D
Jared Diamond heeft het veel over haar onderzoeken in de nieuwe publicatie.

Slide 7 - Quiz

Waarom zou vooral het zogenaamde uitvoerende aandachtssysteem van de hersenen verbeteren door tweetaligheid?
A
Dit zorgt er voor dat mensen zich kunnen focussen op een taak en onnodige informatie kunnen negeren.
B
Hierdoor kun je relatief goed presteren bij taken waarbij je moet ‘multitasken’.
C
Dit systeem bepaalt welke taal je moet gebruiken.
D
Hierdoor kennen meertalige kinderen meer woorden.

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Diapositive

Wat betekent "efficiënter"?
A
overdreven uitvoerig
B
waardoor het beoogde doel bereikt wordt
C
zó dat het de minste inspanning kost
D
niet veel tijd nodig hebbend

Slide 10 - Quiz

Heeft de onderzoeker uit het eerste artikel (Jared Diamond) hetzelfde onderzocht als de onderzoeker uit het tweede artikel (Greg Poarch), of iets anders?

Kies het BESTE antwoord.
A
Hetzelfde; ze keken beiden naar het aandachtssysteem.
B
Iets anders; Diamond keek naar het aandachtssysteem en Poarch naar het attentionele systeem.
C
Hetzelfde, maar de manier van onderzoeken was anders. Diamond deed testjes in een lab en Poarch liet een vragenlijst invullen.
D
Iets anders; Diamond deed onderzoek naar volwassenen en Poarch naar kinderen.

Slide 11 - Quiz

Hoe komt het dat twee- of drietaligen eigenlijk voortdurend hun algemene attentionele systeem trainen?
A
Ze doen dit actief, omdat ze bang zijn één van de talen te vergeten.
B
Ze krijgen vanaf de geboorte heel veel van de tweede of derde taal aangeboden.
C
Ze hebben vanaf een jaar of twee, drie geleerd dit te trainen.
D
Steeds wanneer ze de ene taal gebruiken, moeten ze de andere onderdrukken.

Slide 12 - Quiz

Waarom zou Greg Poarch geïnteresseerd zijn in het effect van meertaligheid op het brein?

Kies het BESTE antwoord.
A
Hij spreekt sinds zijn twintigste Nederlands.
B
Hij is zelf tweetalig opgevoerd, door zijn Duitse moeder en Amerikaanse vader.
C
Hij voedt zijn kind op met Duits, Engels en Nederlands.
D
Hij is geboren in Amerika en woont sinds zijn tweede in Duitsland.

Slide 13 - Quiz

Zou jij je kind tweetalig opvoeden? Waarom wel of niet?
Geef minimaal drie argumenten.

Slide 14 - Question ouverte

Wat heb je geleerd?

* Je hebt geleerd hoe meertaligheid de hersenfunctie beïnvloedt.
* Je hebt twee teksten over hetzelfde onderwerp met elkaar vergeleken.

Slide 15 - Diapositive

Wat bereid je voor voor de volgende les?
De afgelopen twee weken heb je informatie gezocht over dialecten, een mening gevormd en je argumenten genoteerd.
Ook heb je het spreekplan ingevuld. (Dit is in de drive te vinden in het mapje van jouw Waddeneiland, bij week 6).
Zorg ervoor dat je dit helemaal klaar hebt, zodat je je assessmentpresentatie in principe kunt geven na de vakantie.

Slide 16 - Diapositive