Het totale bedrag van de verkochte producten noem je
A
Omzet
B
Afzet
C
Brutowinst
D
Nettowinst
Slide 15 - Quiz
Formule:
Omzet
inkoopwaarde
brutowinst
bedrijfskosten
nettowinst
-
-
Slide 16 - Diapositive
Wat is de nettowinst:
A
de brutowinst - de bedrijfskosten
B
de bedrijfskosten - de brutowinst
C
de brutowinst + de bedrijfskosten
D
de bedrijfskosten + de brutowinst
Slide 17 - Quiz
Je spreekt van verlies als de nettowinst ......... is dan €0.
A
groter
B
kleiner
Slide 18 - Quiz
Brutowinst is €500,- Mijn bedrijfskosten zijn €300,- Nettowinst = ...
A
€ 800,-
B
- € 200,-
C
€ 200,-
D
-€ 800
Slide 19 - Quiz
Brutowinst is € 8.000,- Bedrijfskosten zijn €1.000,- Nettowinst = ...
A
€ 9.000,-
B
€ 7.000,-
C
-€ 7.000,-
D
-€ 9.000,-
Slide 20 - Quiz
In de voetbalkantine worden op een goede zaterdag 700 tosti's gekocht voor €1,50 per stuk. Inkoopkosten zijn €0,50 per stuk. Aan verzekeringen is de vereniging €150 kwijt en aan overige kosten €300. Wat is de nettowinst of nettoverlies van de voetbalkantine?
A
€250 nettowinst
B
€400 nettowinst
C
€600 nettowinst
D
€700 nettowinst
Slide 21 - Quiz
Joris kan door efficiënter te werken de bedrijfskosten in zijn bedrijf verlagen met € 4.500 per jaar. De brutowinst stijgt uiteindelijk met € 4.200. Wat is het effect op de nettowinst?
A
De nettowinst stijgt met € 8.700
B
De nettowinst daalt met € 8.700
C
De nettowinst stijgt met € 4.500
D
De nettowinst blijft gelijk
Slide 22 - Quiz
Vandaag
Planning bespreken
Vorige paragraaf herhalen (Huiswerk bespreken)
Hoofdstuk 3 paragraaf KT 3/B 4
Vragen beantwoorden
Huiswerk
Slide 23 - Diapositive
Doel: B4 / T3 Kijk op cijfers
(B) Ik kan bedrijfsgegevens uitdrukken in procenten.
(KGT) Ik kan de cijfers van bedrijven met elkaar vergelijken.
Ik kan de winstgevendheid en groei van bedrijven berekenen.
Slide 24 - Diapositive
Formule:
Omzet
inkoopwaarde
brutowinst
bedrijfskosten
nettowinst
-
-
Slide 25 - Diapositive
Bespreken
opdracht
Slide 26 - Diapositive
Het vergelijken van bedragen
Bedrijf A: omzet € 100.000
Bedrijf B: omzet € 20.000
Welk bedrijf doet het beter?
Slide 27 - Diapositive
Het vergelijken van bedragen
Bedrijf A: nettowinst € 1.000
Bedrijf B: nettowinst € 4.000
Welk bedrijf doet het beter?
Slide 28 - Diapositive
Het vergelijken van bedragen
Conclusie: Ga niet zomaar op bedragen af.
Beter: vergelijken in procenten
Slide 29 - Diapositive
Het vergelijken van procenten
Bedrijfsgegevens zijn goed te vergelijken met de gemiddelde percentages voor de inkoopwaarde, brutowinst, bedrijfskosten en nettowinst.
De ondernemer kan aan de percentages zien of zijn bedrijf beter of slechter presteert dan gemiddeld.
Slide 30 - Diapositive
Vraag: wat is de brutowinst in procenten van de omzet?
1) Wat is de omzet?
2) Hoeveel is de brutowinst?
Maak een tabel!
Slide 31 - Diapositive
Procenten
Procent
.. %
Bedrag in €
Rente
BTW
Toename/afname bv korting
enz.
↷
↷
Berekenen dmv:
tabel
formule
Slide 32 - Diapositive
Vraag: wat is de brutowinst in procenten van de omzet?
Procent
100%
Bedrag in €
↷
↷
1) omzet = € 220.000
2) brutowinst = € 132.000
3) welke is 100%?
4) Vul de tabel in
Maak de tabel
Slide 33 - Diapositive
Vraag: wat is de brutowinst in procenten van de omzet?
Procent
100%
?
Bedrag in €
220.000
132.000
↷
↷
1) omzet = € 220.000
2) brutowinst = € 132.000
3) welke is 100%?
4) Vul de tabel in
Ziet jouw tabel er ook zo uit?
Slide 34 - Diapositive
Vraag: wat is de brutowinst in procenten van de omzet?
Procent
100%
Bedrag in €
220.000
1
132.000
↷
↷
5) zet de 1 in het midden van de 2 bekende
6) vul in wat bij de pijltjes hoort
7) reken uit
Slide 35 - Diapositive
Procent
100%
?
Bedrag
220.000
1
132.000
Wat je onder in de tabel doet,
moet je boven ook doen !!
8) geef je antwoord
↷
↷
: 220.000
x 132.000
100 :220.000 x 132.000 = ...%
Slide 36 - Diapositive
Rekenvaardigheden
Ik heb klaar liggen:
rekenmachine,
pen,
papier.
Slide 37 - Diapositive
Rente
Procent
Bedrag in €
In 2015 was het gemiddelde pinbedrag € 28,97.
In 2016 daalt dit met 5,8%.
Bereken het gemiddelde pinbedrag van 2016.
Vul de tabel in
Slide 38 - Diapositive
Rente
Procent
100%
1
5,8
Bedrag in €
28,97
?
In 2015 was het gemiddelde pinbedrag € 28,97.
In 2016 daalt dit met 5,8%.
Bereken het gemiddelde pinbedrag van 2016.
Welke berekening?
Slide 39 - Diapositive
Rente
Procent
100%
1
5,8
Bedrag in €
28,97
?
In 2015 was het gemiddelde pinbedrag € 28,97.
In 2016 daalt dit met 5,8%.
Bereken het gemiddelde pinbedrag van 2016.
: 100 x 5,8
Slide 40 - Diapositive
Rente
Procent
100%
1
5,8
Bedrag in €
28,97
1,68
In 2015 was het gemiddelde pinbedrag € 28,97.
In 2016 daalt dit met 5,8%.
Bereken het gemiddelde pinbedrag van 2016.
: 100 x 5,8
€ 28,97 - € 1,68 = €27,29
Slide 41 - Diapositive
Je ziet in de etalage een jeans. De normale prijs is € 80. De prijs nu is € 55. De korting is € 25.
Hoeveel procent is de korting?
A
8%
B
20%
C
12,5%
D
25%
Slide 42 - Quiz
Er zitten 25 leerlingen in een klas. Vandaag zijn er 6 leerlingen naar een praktijkles.
Hoeveel procent van de leerlingen is naar een praktijkles?
A
2,5%
B
4,2%
C
24%
D
25%
Slide 43 - Quiz
Antwoord lesdoel(en)
Slide 44 - Question ouverte
BK
Maken Hoofdstuk 3:
paragraaf 1+2+3+4
(incl rekentrainer)
KGT
Maken Hoofdstuk 3:
paragraaf 1+5+2+3
(incl rekentrainer)
Huiswerk 3 december
Slide 45 - Diapositive
Nabespreking
Hoe is het gegaan? Wat ging goed? Wat vond je moeilijk? Welke vragen heb je nog?