EF 1: Vragenlijst

Vragenlijst

Kies bij alle 32 vaardigheidsbeschrijving aan of jij dit...
- al goed kunt
- (nog) moeilijk vindt
of
- er tussenin zit (soms lukt het wel, soms nog niet)
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
StudievaardighedenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vragenlijst

Kies bij alle 32 vaardigheidsbeschrijving aan of jij dit...
- al goed kunt
- (nog) moeilijk vindt
of
- er tussenin zit (soms lukt het wel, soms nog niet)

Slide 1 - Diapositive

1. Ik pas me makkelijk aan als er iets verandert.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 2 - Quiz

2. Ik pas me aan anderen aan, zonder mezelf tekort te doen.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 3 - Quiz

3. Ik schakel makkelijk tussen verschillende activiteiten.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 4 - Quiz

4. Ik zorg dat mijn (school)werk zich niet opstapelt.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 5 - Quiz

5. Ik kan andere dingen (ook leuke) bewaren voor later.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 6 - Quiz

6. Ik kan mezelf ertoe zetten aan het werk te gaan.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 7 - Quiz

7. Ik vind het makkelijk om aan het werk te blijven.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 8 - Quiz

8. Ik wil graag een resultaat halen waar ik tevreden over ben.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 9 - Quiz

9. Ik kan goed mijn eigen doel en aanpak bepalen als een opdracht open is.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 10 - Quiz

10. Ik houd makkelijk mijn aandacht bij mijn werk.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 11 - Quiz

11. Ik maak mijn werk af.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 12 - Quiz

12. Ik blijf rustig in gespannen situaties, zoals ruzies of een belangrijke toets.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 13 - Quiz

13. Ik blijf rustig als iets anders gaat dan verwacht.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 14 - Quiz

14. Ik spreek mijn gevoelens uit als dat nodig is.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 15 - Quiz

15. Ik denk na of wacht even voor ik iets zeg of doe.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 16 - Quiz

16. Ik denk na over de gevolgen van wat ik zeg of doe.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 17 - Quiz

17. Ik wacht rustig tot het moment dat iets kan of mag.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 18 - Quiz

18. Ik weet hoe ik het beste leer.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 19 - Quiz

19. Ik zoek bronnen of hulp als ik ergens niet uit kom.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 20 - Quiz

20. Ik bekijk mijn werk en mijn aanpak om van te leren.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 21 - Quiz

21. Ik onthoud wat ik heb afgesproken.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 22 - Quiz

22. Ik onthoud wat ik nog moet doen.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 23 - Quiz

23. Ik onthoud bij een grote opdracht de informatie die ik nodig heb.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 24 - Quiz

24. Ik schat realistisch in hoe lang iets duurt.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 25 - Quiz

25. Ik neem de tijd voor wat ik moet doen.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 26 - Quiz

26. Ik verdeel mijn tijd goed over wat ik moet doen.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 27 - Quiz

27. Ik richt mijn werkplek zo in dat ik goed kan werken en leren.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 28 - Quiz

28. Ik zorg ervoor dat ik de benodigde spullen bij de hand heb.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 29 - Quiz

29. Ik orden belangrijke informatie.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 30 - Quiz

30. Ik zorg voor overzicht als er veel te doen is.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 31 - Quiz

31. Ik weet wat ik als eerste ga doen als ik druk ben.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 32 - Quiz

32. Ik zorg voor structuur bij een grote opdracht die lang duurt.
A
Ik kan dit (al) goed
B
Soms wel, soms niet
C
Ik vind dit nog moeilijk

Slide 33 - Quiz