NaSk jaar 2 - Les 46: Elektriciteit 7.4

Startopdracht:
Maak 1 en 2 van het startopdrachtenblad

Welkom bij NaSk!

Pak voor je:
- Boek B 
- Schrift
- Pen en potlood
- Rekenmachine
- Geodriehoek




1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Startopdracht:
Maak 1 en 2 van het startopdrachtenblad

Welkom bij NaSk!

Pak voor je:
- Boek B 
- Schrift
- Pen en potlood
- Rekenmachine
- Geodriehoek




Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Startopdracht:
Maak 1 en 2 van het startopdrachtenblad

Welkom bij NaSk!

Pak voor je:
- Boek B 
- Schrift
- Pen en potlood
- Rekenmachine
- Geodriehoek




Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Startopdracht:
Maak 1 en 2 van het startopdrachtenblad

Welkom bij NaSk!

Pak voor je:
- Boek B 
- Schrift
- Pen en potlood
- Rekenmachine
- Geodriehoek




Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welkom bij NaSk!

Pak voor je:
- Boek B 
- Schrift
- Pen en potlood
- Rekenmachine
- Geodriehoek




Startopdracht:
Maak 1 en 2 van het startopdrachtenblad

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tijdens de les wil ik dat je:
1. Luistert als ik praat
2. Naar elkaar luistert
3. Je spullen voor je hebt
4. Je zo gedraagt dat je de lesstof meekrijgt
5. Respectvol bent naar je klasgenoten en mij


Slide 5 - Diapositive

Nu absenties
Planning
  • Hoofdstuk: Elektriciteit
  • Lesdoelen
  • Herhaling
  • Paragraaf 7.4: Energiegebruik
  • Afsluiting
  • Kahoot??


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
  • Je kunt berekeningen maken met het vermogen.
  • Je kunt uitrekenen wat het gebruik van elektrische energie kost.
  • Je kunt het energiegebruik berekenen.
  • Je kunt uitleggen wat het vermogen van een apparaat is.












Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Watt is vermogen

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Vermogen
Vermogen= de hoeveelheid energie die een apparaat per s omzet

De afkorting voor vermogen is de hoofdletter van het Engelse woord voor vermogen, power.
 
De eenheid van vermogen is  watt (W).


Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vermogen zegt hoeveel energie er per seconde wordt afgegeven aan de verbruikers!

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vermogen berekenen
Vermogen hangt af van spanning en stroomsterkte. vermogen kun je berekenen met:





P = vermogen in Watt (W)
U = spanning in Volt (V)
I = stroomsterkte in ampere (A)
P=UI

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

opgave 9 t/m 11 op pagina 173

opgave 1 t/m 6 op pagina 184

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

7.4 Energiegebruik

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 Energiegebruik
Hoe meet je energiegebruik?

  • Energiegebruik > omzetting van energie in apparaten
    - afhankelijk van het vermogen van apparaat
    - hoelang het apparaat gebruikt wordt


  • kilowattuurmeter > meet hoeveelheid elektrische energie een apparaat gebruikt en ook het totale energiegebruik in huis
    - geeft het energiegebruik aan in kilowattuur (kWh) > eenheid van energiegebruik

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kilowattuur-meter


Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Energiegebruik
300W
100W
1400W
2200W
850W
1200W
  • Vermogen van een apparaat geeft aan hoeveel energie een apparaat per seconde nodig heeft. 

  • Hoe langer een apparaat aanstaat hoe meer energie deze verbruikt

  • Het energiegebruik(E) meet je in kilowattuur (kWh)









Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Energiegebruik bereken
Het energiegebruik hangt af van het vermogen en de tijd. Het energiegebruik bereken je met de volgende formule: 
E=Pt
E = energiegebruik in kilowattuur (kWh)
P = vermogen in kilowatt (kW)
t = tijd in uren (h)

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grootheid
Symbool
Eenheid
afkorting
Spanning
U
Volt
V
Stroomsterkte
I
Ampere
A
Vermogen
P
Watt
W
Energie
E
Kilowattuur
kWh
Tijd
t
Uur
h
Vul tabel aan:  

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oefenvraag 
Een tosti-ijzer heeft een vermogen van 2000 W. 
Het tosti-ijzer staat in een restaurant 4 uur per dag aan.
Wat is het energieverbruik van een tosti-ijzer?

  1. Gegeven         P = 2000 W = 2 kW        t = 4 uur
  2. Gevraagd        E
  3. Formule           E = P x t
  4. Berekening    E = 2 x 4
  5. Antwoord       E = 8 kWh

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat kost energie?

  • kWh prijs momenteel €0,22

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oefenvraag 
Het tostiijzer heeft in vier uur een energiegebruik van 8 kWh. Één kWh 
kost de burger €0,22. Hoeveel kost dit totaal?

  1. Gegeven         E=8 kWh        prijs = €0,22
  2. Gevraagd        Energiekosten
  3. Formule           energiekosten = energiegebruik x prijs
  4. Berekening    energiekosten = 8 x 0,22 = 1,76
  5. Antwoord       De energiekosten zijn €1,76

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

I is het symbool voor?
A
Stroomsterkte
B
Spanning
C
Weerstand
D
Vermogen

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met welke eenheid meten we spanning
A
ampere
B
vermogen
C
volt
D
watt

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe berekenen we het vermogen
A
spanning x stroomsterkte
B
stroomsterkte : spanning
C
spanning : stroomsterkte
D
spanning x weerstand

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de eenheid die hoort bij VERMOGEN?
A
A
B
V
C
cm
D
W

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een stofzuiger van 1400 watt, twee lampen van 40 watt en een magnetron van 700 watt worden aangesloten op dezelfde groep.
Hoe groot is de totale vermogen?
A
P = 2180 W
B
P = 2,140 W
C
P = 2,180 W
D
P = 2140 W

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de eenheid van Energie
A
E
B
P
C
kWh
D
kW

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Energie = vermogen x tijd
Een wasmachine van 1000 W staat 1,5 uur aan. Bereken het energieverbruik in kWh.
A
Energie = 1000 : 1.5 = 666.7 kWh
B
Energie = 1000 x 1.5 = 1500 kWh
C
Energie = 1 x 1.5 = 1.5 kWh
D
Energie = 1 x 1.30 = 1.3 kWh

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak in ZS de volgende opgave:
Open je boek op pagina 173, maak opgave 12 t/m 20 + 24

10 minuten ZS

Niet klaar? Huiswerk voorde volgende keer
timer
10:00

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
  • Je kunt berekeningen maken met het vermogen.
  • Je kunt uitrekenen wat het gebruik van elektrische energie kost.
  • Je kunt het energiegebruik berekenen.
  • Je kunt uitleggen wat het vermogen van een apparaat is.







Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tot de volgende les

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions