Lesson 3 - 8.2 Emotions (adverbs and adjectives)

Unit 8.3
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Unit 8.3

Slide 1 - Diapositive

8.3 EMOTIONS
  • Check the yellow block: vocabulary & phrases
  • Do Excercises 1 & 2

Slide 2 - Diapositive

green section: grammar
adjectives & adverbs 
bijvoeglijke naamwoorden & bijwoorden 
Zij is mooi. Zij zingt mooi. 
She is beautiful. She sings beautifully.
Hij is voorzichtig. Hij rijdt voorzichtig. 
He is careful. He drives carefully

Slide 3 - Diapositive

adjective
bijvoeglijk naamwoord

zegt iets over hoe iets of iemand is
a kind person
a dangerous animal
a nice meal
a good worker




adverb
bijwoord

zegt iets over hoe iets gedaan wordt 
to drive safely
to work quietly
to work well



Slide 4 - Diapositive

Adverb


Adjective

Slide 5 - Diapositive

opletten
een bijwoord kan ook iets zeggen over een bijvoeglijk naamwoord
They are extremely nice. 
This class is terribly noisy.
een bijwoord kan ook iets zeggen over een ander bijwoord
We work really efficiently.

Slide 6 - Diapositive

He drives the car careful/carefully.

Slide 7 - Question ouverte

Maria opened her presents slow/slowly.

Slide 8 - Question ouverte

Our basketball team played bad/badly.

Slide 9 - Question ouverte

You can open the door easy/easily.

Slide 10 - Question ouverte

Kevin is extreme/extremely clever.

Slide 11 - Question ouverte

Jack is terrible/terribly upset.

Slide 12 - Question ouverte

The bus driver was serious/seriously injured.

Slide 13 - Question ouverte

Sad/Sadly he lost his job.

Slide 14 - Question ouverte

Robin looks sad/sadly.

Slide 15 - Question ouverte

This hamburger tastes awful/awfully.

Slide 16 - Question ouverte

Unit 8.3 EMOTIONS
Excercise 3: grammar exercise


Slide 17 - Diapositive

other exercises
exercise 4: vertalen van Nederlands naar Engels

exercise 5: gesprek uitschrijven en gesprek uitvoeren

exam exercise: gesprek uitschrijven en gesprek uitvoeren 

Slide 18 - Diapositive

vocabulary 8.3
leer de woorden van deze unit
verdeel de woordenlijst in blokken van 10 woorden 
eerst Engels - Nederlands 
dan Nederlands  - Engels

Slide 19 - Diapositive