Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Hoe heb ben je achter de betekenis van passé gekomen?
A
Niet, ik lees gewoon verder
B
Opzoeken
C
De afbeelding bekijken
D
Vooruit/teruglezen, je leest een tegenstelling
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Diapositive
Sociale media zijn tegenwoordig mega populair. Deze vriendschapsnetwerken nemen het leven van jongeren over. Hoe ben je achter de betekenis van sociale media gekomen?
Slide 10 - Question ouverte
Noem twee manieren hoe je achter de betekenis van een woord kunt komen.
Slide 11 - Question ouverte
Wat is een retorische vraag? (uitleg)
Slide 12 - Question ouverte
Voorbeeld retorische vraag (bij de situatie: een klasgenoot zegt iets vervelends tegen je.)
Slide 13 - Carte mentale
Wat is ironie? (uitleg)
Slide 14 - Question ouverte
Voorbeelden ironie (bij de situatie: iemand komt te laat de klas binnen)
Slide 15 - Carte mentale
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Welke vraag, gesteld tijdens een les Nederlands, is een retorische vraag?
A
Parshan, heb je goed geslapen vannacht?
B
Parshan, lig jij nou te slapen?
C
Parshan, hoelaat ga jij slapen?
D
Parshan, slaap jij altijd goed?
Slide 19 - Quiz
Welke uitspraak is ironisch bedoeld, als je een heel lange schooldag hebt?
A
Vandaag is wel een heel lange dag.
B
Ik heb les t/m lesuur 8, dat is jammer.
C
Heerlijk.... lekker de hele dag les!
D
Mijn laatste les vandaag is wiskunde.
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Klaar:)
Tijd over? Lekker oefenen in NUMO of woordjes leren in Quizlet voor proefwerk 3.