Les hv2c le mardi 28 janvier 2020

Bonjour tout le monde
Mardi 28 janvier 2020
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Bonjour tout le monde
Mardi 28 janvier 2020

Slide 1 - Diapositive

Les objectifs de ce cours
ik kan een bijvoeglijk naamwoord in de juiste vorm zetten
ik kan het op de juiste plaats in de zin zetten
Ik kan de regel uitleggen en een opdracht maken

Slide 2 - Diapositive

Le contenu d'aujourd'hui
revoir les devoirs de la semaine
les règles de l'adjectif qualificatif
évaluation du cours

Slide 3 - Diapositive

Les devoirs de la semaine
texte A
apprendre vocabulaire A
apprendre grammaire C
faire exercices 1 - 13
nous avons fait ex. 3 et 4 hier
nous allons faire ex. 13 et 14 aujourd'hui

Slide 4 - Diapositive

Het bijvoeglijk naamwoord
kijk naar de volgende video en maak tegelijk notities
Ik stop de video tussendoor en vraag om een samenvatting
je krijgt dan de tijd om aantekeningen te maken - oefening 13a
we gaan daarna de oefeningen 13 en 14 samen maken
open nu je livre d'exercices op p. 13


Slide 5 - Diapositive

l'adjectif qualificatif
Ik stop de video bij ieder van de volgende onderwerpen:
wat is ook alweer een bijvoeglijk naamwoord?
waar past het zich op aan?
welke 4 vormen heeft het + uitzonderingen
wat is de plaats in de zin + uitzonderingen





Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Samenvatting
open je Livre de Textes op bladzijde 135
wij gaan de regel nog even doornemen
daarna beginnen we met de oefeningen

Slide 8 - Diapositive

oefening 13 b De vorm
Wij gaan door met oefening 13b op bladzijde 136
Je hebt 4 vormen van het bijvoeglijk naamwoord:
                          Mannelijk                                   Vrouwelijk
enkelvoud:   -le t-shirt est bleu             e : la robe est bleue
meervoud:   sles t-shirts sont bleus   es : les robes sont bleues
Oefening 13b - voorbeeld:
vert - verte - verts - vertes

Slide 9 - Diapositive

Oefening 13d
stap 1
is het woord in de zin mannelijk/vrouwelijk, enkelvd./meervoud?
stap 2
als je dat weet, kijk welke van de 2 bijv. naamwoorden juist is.
Voorbeeld
copains = mannelijk + meervoud: (le copain - les copains)
nouveaux = mannl + meervoud en is dus het goede antwoord

Slide 10 - Diapositive

Oefening 14a Uitzondering
Stap 1 Vind het woord waar het bijv. nmwrd zich aanpast
bij opdracht 1 is dat vacances.
Stap 2 Bepaal de vorm: mannelijk/vrouwelijk en enkelvoud/meervoud
Stap 3 Indien beau, nouveau et vieux vóór mannelijk woord in enkelvoud -->
beau wordt bel bijv. bij : un bel enfant (want enfant begint met een klinker)
nouveau --->  nouvel bijv. bij : un nouvel homme (begint met stomme h)
Wij gaan samen nu exercice 3 maken.

Slide 11 - Diapositive

Oefening 14 b - vorm en plaats
Plaats
In het Frans staat het bijv. naamwrd meestal achter het zelfstandig naamwoord: les fleurs bleues
Uitzonderingen op p. 137 : jeune, joli, beau, grand, bon (...):
Stap 1 Bepaal de plaats: voor of achter het zelfst naamwoord. Kijk of het adjectif  in de lijst van uitzonderingen staat, en bepaal dan of je het bijv. naamwrd voor of achter zet. Stap 2 Bepaal de vorm. En denk aan de uitzonderingen van beau. nouveau, vieux.
Voorbeeld exercice 1:



Slide 12 - Diapositive

Extra tijd
Zeeslag

Slide 13 - Diapositive

Les devoirs de la semaine
Texte A
Apprendre vocabulaire A
Apprendre grammaire C p. 64 et pp. 135-137
Faire exercices 1 - 2 et 5 - 13


Slide 14 - Diapositive

Je sais
schrijf nu zelf in je eigen woorden op:
- wat is een bijvoeglijk naamwoord
- welke 4 vormen zijn er in het Frans
- waar plaats je het bijvoeglijk naamwoord in het Frans
vergelijk je antwoorden in groepjes van 4
je hebt 5 minuten
Maak opdracht Exercice p. 45 nr 3


Slide 15 - Diapositive