Lezen hoofdstuk 5

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Planning

• 10 minuten lezen
• Schrijven van vorige week herhalen
• Lezen Hoofdstuk 5 behandelen

Lesdoelen

• Aan het einde van de les kun je uitleggen wat een activerende tekst is en wat een overtuigende tekst is.
• Aan het einde van de les kun je uitleggen wat een redengevend - en concluderend tekstverband is.

Welke taal gebruik je in een zakelijke brief?

1. Informeel
2. Formeel

Wie kan mij vertellen wat de stappen zijn van een schrijfplan?

Schrijfplan

• Oriënteren
• Voorbereiden
• Uitvoeren
• Nakijken
• Herschrijven

DOEL van een tekst

- De schrijver wil bij de lezer iets bereiken, daarom heeft een tekst een DOEL

Tekstdoelen

DOEL:

Overtuigen

De schrijver overtuigen van een mening

DOEL:

Activeren

De schrijver wil dat je iets WEL gaat doen

PUBLIEK van een tekst

- Om het DOEL van een tekst te kunnen bereiken, moet de schrijver rekening houden met zijn PUBLIEK

PUBLIEK van een tekst

Voor welk publiek een tekst bedoeld is,

zie je aan:

- het onderwerp

- het taalgebruik

- de bron

informatieve tekst

betogende tekst

activerende tekst

amuserende tekst

verhaal/roman

klachtenbrief

advertentie

liedtekst

nieuwsbericht

folder

handleiding

Oproep voor donatie

boekpresentatie

Tekstverbanden

Welke kennen we al?

Ik wil heel graag een voldoende halen, want dan krijg ik van mijn vader een tientje,

De zinnen zijn met elkaar verbonden. 

Aan het woordje WANT kun je zien wat de zinnen met elkaar te maken hebben. Er wordt namelijk een reden gegeven.

Signaalwoorden

Signaalwoorden van een REDENGEVEND verband:

• omdat
• daarom
• dus
• want
• de reden hiervoor is

Onze verwarming is al een week kapot, de kat is gisteren overreden en we kregen net de tandartsrekening, dus je begrijpt dat de stemming niet helemaal top is bij ons thuis.

De zinnen zijn met elkaar verbonden. Aan het woordje DUS kun je zien wat de zinnen met elkaar te maken hebben. Er wordt namelijk een conclusie gegeven.

Signaalwoorden

Signaalwoorden van een CONCLUDEREND verband:

• dus
• dan ook
• hieruit volgt
• de slotsom is
• concluderend
  

Aan de slag!

Opdracht 3, 4, 5, 7 en 8

voor volgende les af

(blz. 184 t/m 186 en 258)