Telefoongesprek Stage

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1,2

Zakelijk Telefoongesprek

Hoe voer ik een formeel telefoongesprek?

Doelen deze les:

- Ik weet hoe ik een goed telefoongesprek kan voeren

- Ik kan mijn telefoongesprek goed voorbereiden

- Ik heb geoefend met het voeren van een telefoongesprek

Voorbereiding

• Wat is het doel om iemand te bellen?
• Aan wie ga je wat vragen? (heb je bijv. voor die tijd op de website gekeken?)
  
• Wat ga je vertellen?
  
• Hoe ga dat vragen?
  
• Wat voor informatie heb je tijdens het gesprek nodig?
  
• Welke informatie heb jij nodig van het bedrijf?

 

Opening

Begroeten, naam en de naam van school
noemen.

Vraag naar de juiste persoon

Vertellen waarom je belt

Tips

• Stemgebruik
  
• Let op: Je tempo, volume en intonatie
  
• Woordkeus aan de telefoon:
  
• Correct Nederlands 
  
• Spreek in de tegenwoordige tijd.
  
• Gebruik geen verkleinwoorden.
  
• Wees behulpzaam.
  
• Houd pen en papier binnen handbereik

Voorbeeld opbouw telefoongesprek

Begroeting: Goedemorgen/-middag/-avond, met [naam].

Context: Ik heb een vraag over… / Ik bel naar aanleiding van… etc.

Doorverwijzing: Je kunt direct vragen naar een persoon.

Gesprek: Voer het gesprek ontspannen, check je vragenlijst regelmatig

Volgende stappen: wat doe je na het gesprek: maak notities

Afsluiten: Samenvatten, bedanken.

Voorbereiding: aan de slag

1. Je moet een nieuwe identiteitskaart aanvragen, de oude is kwijt.

2. Schrijf op hoe je het gesprek opent.

3. Bedenk tenminste vijf vragen die je kunt stellen tijdens het gesprek.

4. Klaar?  Steek je hand op, docent controleer je vragen

5. Zoek de antwoorden online op

6. Noteer de antwoorden, is alle helder?
7. Bedenk drie nieuwe vragen.

8. Schrijf op hoe je afsluit

Theorie: een
telefoongesprek voeren

Formeel en informeel

Formeel: betekend netjes, zakelijk en tot de publieke domein behorend. 

Informeel: niet zakelijk, ongedwongen, tot de privé sferen behorend.  

Voorbereiding

• Bedenk het doel van het gesprek
• Wat is het telefoonnummer?
  
• Aan wie ga je de vragen stellen?
• Wat ga je vragen?
• Hoe ga je dat vragen?
  
• Wat doe je als iets niet helder is?
• Bedenk hoe je afsluit

Oefenen

1. Maak 2-tallen. 

2. Simuleer een telefoongesprek waarin je informatie opvraagt over een kwijtgeraakt identiteitsbewijs. 

3. Gebruik je script

Belangst, hoe kom ik ervan af?

1. Kom erachter waarom je bang bent om te bellen. 

2. Maak een gespreksplan. Wat wil je zeggen? Hoe wil je openen?

3. Oefen je telefoongesprek

4. Besef dat de andere persoon het helemaal niet gek vindt dat je belt.

5. Schrijf op wat het allerergste is wat er kan gebeuren. Je zult zien dat het meevalt.

6. Stel het niet uit, ga niet zitten zweten, maar ga iets anders doen, of meteen bellen. 

BELLEN IS ECHT NIET MEER VAN DEZE TIJD...?

WAAR

NIET WAAR

Ben je wel eens 1 dag zonder telefoon/ mobiel?

1. JA
2. NEE, ECHT NIET
3. TROUWENS... LIJKT ME WEL WAT
4. IK GA HET MORGEN PROBEREN :)

Hoe vaak bellen jullie zelf nog?

- Afgelopen week?

- Formeel/ informeel?

Waar of niet waar?
Je hoeft niet te zeggen waarom je belt als de ander heeft opgenomen.

1. waar
2. niet waar

Als ik iemand bel, wie bepaalt dan waar we over praten?

1. Ik bepaal, want ik heb gebeld.
2. Ik wacht tot de ander begint te vertellen.

De telefoon gaat. Jij neemt op. Wat zeg je dan als eerste?

1. Niks, ik wacht tot de ander iets zegt.
2. Ik zeg "Hallo".
3. Ik zeg "hallo" tegen de ander en ik zeg mijn naam.
4. Ik vraag waarom de ander belt

Ik vind bellen spannend

1. Ja, heel erg
2. Ja, een beetje
3. Nee, helemaal niet

Goed of fout?
Als ik wil stoppen met bellen hang ik gewoon op.

1. goed
2. fout

Hoe beëindig je een telefoongesprek?
Waar moet je aan voldoen?

Vragen voor vakantiebaan op stage.

Luister het geluidsfragment wat is goed en wat is niet goed. 

Vakantiebaan

Wat gaat goed goed en wat kan beter in het gesprek?

Vragen voor een stageplek

Luister het geluidsfragment wat is goed en wat is niet goed. 

RD4 stage

Wat gaat goed in het gesprek en wat kan beter?