Week 8




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 8

timer
1:30
Spelling §7: 1, 2, 3, 4, 5, 7 (8, 9)
Spelling §8: 1, 2, 3, 4, 5, 7 (8, 9)
Spelling §9: 1, 2, 3, 5, 6
Spelling §10: 1, 2, 3, 5, 6, 7, 8, 9
Je leert:
- het verschil tussen een voltooid deelwoord en een voltooid deelwoord
- voltooide deelwoorden en onvoltooid deelwoord spellen
- een bijvoeglijk naamwoord maken van een (on)voltooid deelwoord
Klaar?
- spelletje :)
- puzzel :)
Vandaag:
- Spelling §9 opdracht 4 samen
- Spelling §10 opdracht 1, 4 en 6 samen
- Zelfstandig werken
Je legt klaar:
iPad (e-book)


hulp? check het eerst bij een groepsgenoot!
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 8

timer
1:30
Spelling §7: 1, 2, 3, 4, 5, 7 (8, 9)
Spelling §8: 1, 2, 3, 4, 5, 7 (8, 9)
Spelling §9: 1, 2, 3, 5, 6
Spelling §10: 1, 2, 3, 5, 6, 7, 8, 9
Je leert:
- het verschil tussen een voltooid deelwoord en een voltooid deelwoord
- voltooide deelwoorden en onvoltooid deelwoord spellen
- een bijvoeglijk naamwoord maken van een (on)voltooid deelwoord
Klaar?
- spelletje :)
- puzzel :)
Vandaag:
- Spelling §9 opdracht 4 samen
- Spelling §10 opdracht 1, 4 en 6 samen
- Zelfstandig werken
Je legt klaar:
iPad (e-book)


hulp? check het eerst bij een groepsgenoot!

Slide 1 - Diapositive


Koen: §7, §8                       Robin: §8
Valente: §8                                               







Hoe ver ben jij al in je boek voor de boekpresentatie?
0100

Slide 2 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Boekenatelier
  • Boekenatelier is over 8 weken
  • Boek uit op 6 april? (Daarna gaan we in de klas met de poster bezig)
  • Vergeet niet aantekeningen te maken (de mindmap en antwoorden op vragen in je mapje)

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voltooid deelwoord
Het voltooid deelwoord (vd) geeft vaak aan dat een handeling is afgerond (= voltooid). Meestal maakt het voltooid deelwoord deel uit van het werkwoordelijk gezegde. Er staat dan altijd een vorm bij van hebben, zijn of worden:

– Logan heeft een taart gebakken voor zijn vriendin.
– Afgelopen seizoen is Nova geselecteerd voor het eerste handbalteam.
– Voor de rommelmarkt werden gebruikte spullen verzameld.

Slide 4 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
Zo schrijf je het voltooid deelwoord:
Het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden eindigt meestal op en.
– Vannacht heeft het eindelijk weer eens gevroren (vriezen).
– Bij de inbraak op school werden laptops gestolen (stelen).
Het voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden eindigt op d of t: net als bij de verleden tijd met ’t (e)x-f(o)ksch(aa)p. 
– onderstrepen → pvvt: onderstreepte → Jet heeft de belangrijkste zinnen onderstreept.
– verdoven → pvvt: verdoofde → De tandarts heeft Malik verdoofd.

Slide 5 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
Onvoltooid deelwoord
Het onvoltooid deelwoord (od) geeft aan dat een handeling aan de gang is (= onvoltooid).

– Juichend kwam de winnaar over de finish.
– Het kleine meisje zat huilend op de stoep.

Slide 6 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
Zo schrijf je het onvoltooid deelwoord:
Het onvoltooid deelwoord spel je als infinitief + d: lachen + d → lachend.

Slide 7 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
Deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord:
Van voltooide en onvoltooide deelwoorden kun je een bijvoeglijk naamwoord (bn) maken.
Net als bij de andere bijvoeglijke naamwoorden heb je een lange vorm (met e) en een korte vorm (zonder e):
– vergroten - vergroot (vd) de vergrote foto; een vergroot huis
vergrotend (od) de vergrotende lens; een vergrotend effect
– vluchten - gevlucht (vd) de gevluchte overvaller; een gevlucht volk
vluchtend (od) de vluchtende bankrovers; een vluchtend hert

Slide 8 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
Deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord:

Soms moet je tt of dd schrijven om uitspraakfouten te voorkomen:
– zetten gezet (vd) de gezette koffie
– schudden geschud (vd) de geschudde kaarten

Voltooide deelwoorden die op en eindigen, veranderen niet als je ze gebruikt als bijvoeglijk naamwoord: vouwen – gevouwen (vd) – het gevouwen blaadje

Slide 9 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
voltooid deelwoord (vd)
onvoltooid deelwoord (od)
bijvoeglijk naamwoord (bn)
besteed
blaffende
gelachen
verbreed
lopend
lachend
verbrede
luisterend
gezochte
gevallen
lachende
verkeken
zoekend
gesmolten
balancerend
smeltend

Slide 10 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe bepaal je of je -te(n) of -de(n) moet gebruiken in de persoonsvorm verleden tijd?

Slide 11 - Diapositive

1F

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

1F

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb jij al gedaan in voorbereiding op het so?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat ga jij nog doen om voor te bereiden op de toets?

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel punten heb jij op de oefentoets?
074

Slide 17 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk onderdeel vond jij het moeilijkst?
§1 - Hoofdletters en leestekens
§2 - Bijvoeglijke naamwoorden
§3 - Meervouden
§4 - Verkleinwoorden
§5 - Spellingsalarm

Slide 18 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk cijfer ga jij halen op de echte toets?
0100

Slide 19 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions