Week 2




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 2

timer
1:30
Aan het einde van deze week kan jij:
- de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd spellen, ook als er je/jij achter de persoonsvorm staat.
Klaar?
- lezen
- boekverslag
Vandaag:
- instructie Spelling §7 + opdrachten 1, 2, 3 klassikaal
- zelfstandig werken
Je legt klaar:
- iPad
- Nieuw Nederlands
- werkschrift
- etui
hulp? check het eerst bij een groepsgenoot!
Spelling §7: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9
Boekverslag
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 2

timer
1:30
Aan het einde van deze week kan jij:
- de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd spellen, ook als er je/jij achter de persoonsvorm staat.
Klaar?
- lezen
- boekverslag
Vandaag:
- instructie Spelling §7 + opdrachten 1, 2, 3 klassikaal
- zelfstandig werken
Je legt klaar:
- iPad
- Nieuw Nederlands
- werkschrift
- etui
hulp? check het eerst bij een groepsgenoot!
Spelling §7: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9
Boekverslag

Slide 1 - Diapositive


Koen: §7, §8                       Robin: §8
Valente: §8                                               







Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je leesboek voor Nederlands
Opdracht:
- Alaska – Anna Woltz
- Rafael – Jan Eilander
- Haaieneiland - Rob Ruggenberg
- Flashback - Eva Burgers

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt)
Een werkwoord heeft verschillende vormen. Een daarvan is de persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt). Bij de spelling van de persoonsvorm tegenwoordige tijd ga je uit van de ik-vorm.

Zo vind je de ik-vorm
Je vindt de ik-vorm door van het hele werkwoord de laatste twee letters (en) weg te laten. Bijvoorbeeld: fietsen → fiets; gooien → gooi.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Als het regent, ... (fietsen, pvtt) ik liever niet naar school.

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Persoonsvorm tegenwoordige tijd


Soms moet je een letter toevoegen of weglaten: laden → laad; boffen → bof.
Soms een v in een f of een z in een s: beloven → beloof; reizen → reis.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik ... (beloven, pvtt) je dat ik vandaag mijn kamer ga opruimen.

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Staat er ik voor of achter de persoonsvorm? Schrijf de ik-vorm: 
- ik laad, laad ik; ik bof, bof ik.

Staat er jij achter de persoonsvorm of je waarvan je jij kunt maken? Schrijf de ik-vorm:
- laad jij/je; bof jij/je. Maar: Laadt je (jouw) vader de aanhangwagen?

In alle andere gevallen in het enkelvoud schrijf je: ik-vorm + t
– jij laadt, hij laadt, zij laadt, laadt de bezorger?; jij boft, hij boft, zij boft, boft je zus?
In het meervoud schrijf je het hele werkwoord:
– wij laden, jullie laden, zij laden; wij boffen, jullie boffen, zij boffen.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
ik-vorm = hele werkwoord (infinitief) - en
soms moet je een letter toevoegen, weglaten of veranderen
ik
ik-vorm
speel
word
zit
betaal
jij
ik-vorm + t
speelt
wordt
zit
betaalt
hij/zij/het
ik-vorm + t
speelt
wordt
zit
betaalt
meervoud
hele werkwoord (inf)
spelen
worden
zitten
betalen
....... jij(/je)?
ik-vorm
speel
word
zit
betaal

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jij ... (beloven, pvtt) altijd meer dan je kan waar maken.

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Jij ... (raden, pvtt) nooit wat ik vandaag heb gedaan!

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

... (raden, pvtt) maar eens wat ik vandaag heb gedaan!

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

... (beloven, pvtt) je mij dat jij je aan je afspraak gaat houden?

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hij ... (wedden, pvtt) dat Ajax gaat winnen.

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik ... (raden, pvtt) altijd de verkeerde kaart bij deze goocheltruc.

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

We ... (uitladen, pvtt) de auto ....

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom ... (worden, pvtt) je altijd zo laat wakker?

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom ... (betalen, pvtt) je vader altijd de rekening?

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 4

timer
1:30
Aan het einde van deze week kan jij:
- van werkwoorden het voltooid deelwoord (vd), onvoltooid deelwoord (od) en bijvoeglijk naamwoord (bn) spellen
Klaar?
- lezen
- boekverslag
Vandaag:
- uitleg voltooid deelwoord (vd) en onvoltooid deelwoord (od)
- opdracht 1 samen
- zelfstandig werken
Je legt klaar:
- iPad
- Nieuw Nederlands
- werkschrift
- etui
hulp? check het eerst bij een groepsgenoot!
Spelling §7: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9
Spelling §8: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9
Spelling §9: 1, 2, 3, 4, 5, 6
Spelling §10: 1, 2, 4, 5, 6, 7, 8, 9
Spelling §11: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8

Slide 21 - Diapositive


Koen: §7, §8                       Robin: §8
Valente: §8                                               







... (worden, pvtt) jij snel verliefd?

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wij ... (koken, pvvt) een lekkere maaltijd dit weekend.

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Lisa ... (schrijven, pvvt) een lange brief naar haar penvriendin.

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Voltooid deelwoord
Het voltooid deelwoord (vd) geeft vaak aan dat een handeling is afgerond (= voltooid). Meestal maakt het voltooid deelwoord deel uit van het werkwoordelijk gezegde. Er staat dan altijd een vorm bij van hebben, zijn of worden:

– Logan heeft een taart gebakken voor zijn vriendin.
– Afgelopen seizoen is Nova geselecteerd voor het eerste handbalteam.
– Voor de rommelmarkt werden gebruikte spullen verzameld.

Slide 25 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
Zo schrijf je het voltooid deelwoord:
Het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden eindigt meestal op en.
– Vannacht heeft het eindelijk weer eens gevroren (vriezen).
– Bij de inbraak op school werden laptops gestolen (stelen).
Het voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden eindigt op d of t: net als bij de verleden tijd met ’t (e)x-f(o)ksch(aa)p. 
– onderstrepen → pvvt: onderstreepte → Jet heeft de belangrijkste zinnen onderstreept.
– verdoven → pvvt: verdoofde → De tandarts heeft Malik verdoofd.

Slide 26 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
Gelukkig ... (hebben, pvtt) Rutger zijn hand niet ... (verbranden, vd)!

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

We ... (zijn, pvtt) dit weekend naar de bioscoop ... (zijn, vd).

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik ... (worden, pvtt) gelukkig niet ... (uitlachen, vd).

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Onvoltooid deelwoord
Het onvoltooid deelwoord (od) geeft aan dat een handeling aan de gang is (= onvoltooid).

– Juichend kwam de winnaar over de finish.
– Het kleine meisje zat huilend op de stoep.

Slide 30 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
Zo schrijf je het onvoltooid deelwoord:
Het onvoltooid deelwoord spel je als infinitief + d: lachen + d → lachend.

Slide 31 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
... (lachen, od) lopen we over straat.

Slide 32 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ruben bereikt ... (zwemmen, od) de overkant.

Slide 33 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord:
Van voltooide en onvoltooide deelwoorden kun je een bijvoeglijk naamwoord (bn) maken.
Net als bij de andere bijvoeglijke naamwoorden heb je een lange vorm (met e) en een korte vorm (zonder e):
– vergroten - vergroot (vd) de vergrote foto; een vergroot huis
vergrotend (od) de vergrotende lens; een vergrotend effect
– vluchten - gevlucht (vd) de gevluchte overvaller; een gevlucht volk
vluchtend (od) de vluchtende bankrovers; een vluchtend hert

Slide 34 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
Deelwoorden als bijvoeglijk naamwoord:

Soms moet je tt of dd schrijven om uitspraakfouten te voorkomen:
– zetten gezet (vd) de gezette koffie
– schudden geschud (vd) de geschudde kaarten

Voltooide deelwoorden die op en eindigen, veranderen niet als je ze gebruikt als bijvoeglijk naamwoord: vouwen – gevouwen (vd) – het gevouwen blaadje

Slide 35 - Diapositive

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
De ... (zwemmen, bn) vis.

Slide 36 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

voltooid deelwoord (vd)
onvoltooid deelwoord (od)
bijvoeglijk naamwoord (bn)
besteed
blaffende
gelachen
verbreed
lopend
lachend
verbrede
luisterend
gezochte
gevallen
lachende
verkeken
zoekend
gesmolten
balancerend
smeltend

Slide 37 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions