Wat heb je geleerd? LES 5 EXPONENTIELE FORMULE

THEMA 1 PROCENTEN en GETALLEN
LES 5  EXPONENTIELE FORMULE
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

THEMA 1 PROCENTEN en GETALLEN
LES 5  EXPONENTIELE FORMULE

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Slide 3 - Vidéo

exponentiële formule

Slide 4 - Diapositive

Exponentiële toename


Hoeveel procent rente krijgt Lisa per jaar?
                                                              Kijk naar de groeifactor.

Slide 5 - Diapositive

Exponentiële toename



Met welk bedrag is Lisa begonnen met sparen?
                                                             Kijk naar het begingetal.

Slide 6 - Diapositive

Exponentiële toename


Hoeveel euro heeft Lisa na 10 jaar 
op haar rekening staan?                     Vul in bij de factor tijd.

Slide 7 - Diapositive

Exponentiële afname


Met hoeveel procent neemt het aantal
 oerang-oetans jaarlijks af?
                                                              Kijk naar de groeifactor.

Slide 8 - Diapositive

Exponentiële afname


Hoeveel oerang-oetans waren er in 2017?
                                                             Kijk naar het begingetal.

Slide 9 - Diapositive

Exponentiële afname


Hoeveel oerang-oetans zijn er nog over in 2027?                                                                                Vul in bij de factor t(ijd).

Slide 10 - Diapositive

Wat heb je geleerd?

Les 5
Exponentiële formule

Slide 11 - Diapositive

Formatief toetsen
              Toets om te leren 
      (i.p.v. toetsen van het leren)

  • Het leren verbeteren.
  • Vooruit kijken wat er nog te leren is.
  • Leerproces volgen.
  • Leerdoelen

Slide 12 - Diapositive

Als de toets is nagekeken krijg je een cijfer. Dat cijfer geeft aan wat jij nog kunt leren.
En je leert door te doen!

Slide 13 - Diapositive

LET OP!
Schrijf de berekeningen in je schrift en typ alleen het antwoord.
Op de oranje dia's staan de uitwerkingen. 

Slide 14 - Diapositive

Leerdoelen les 5
  • Ik weet wat exponentiële toename is.
  • Ik weet wat exponentiële afname is.
  • Ik weet wat het begingetal in een exponentiële formule is.
  • Ik weet wat de groeifactor in een exponentiële formule is.
  • Ik kan bij een groeifactor de procentuele stijging of daling berekenen.
  • Ik weet wat een macht is.
  • Ik weet wat de exponent is.
  • Ik weet wat de exponent tijd in een exponentiële formule is.
  • Ik kan rekenen met de exponentiële formule.



Slide 15 - Diapositive

a = b x c

Welk begrip hoort bij a?
d
A
begingetal
B
tijd
C
groeifactor
D
uitkomst

Slide 16 - Quiz

a = b x c

Welk begrip hoort bij b?
d
A
begingetal
B
tijd
C
groeifactor
D
begingetal

Slide 17 - Quiz

a = b x c

Welk begrip hoort bij c?
d
A
begingetal
B
tijd
C
groeifactor
D
begingetal

Slide 18 - Quiz

a = b x c

Welk begrip hoort bij d?
d
A
begingetal
B
tijd
C
groeifactor
D
begingetal

Slide 19 - Quiz

Met hoeveel procent gaat de contributie jaarlijks omhoog?

Slide 20 - Question ouverte

Slide 21 - Diapositive

Hoeveel is de contributie per maand in 2022?

Slide 22 - Question ouverte

Hoeveel is de contributie per maand in 2029?

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Diapositive

Hoeveel contributie betaalt Otis in 2022?

Slide 25 - Question ouverte

Met hoeveel procent wordt de contributie jaarlijks verhoogd?

Slide 26 - Question ouverte

Slide 27 - Diapositive

Hoeveel contributie betaalt Otis in 2033?

Slide 28 - Question ouverte

Slide 29 - Diapositive

Het aantal oerang oetans is afgenomen. De formule die daarbij hoort is.
a = 550 x 0,978
Met hoeveel procent is het aantal oerang oetans afgenomen?
t

Slide 30 - Question ouverte


van groeifactor naar procenten --> x 100
0,978 x 100 = 97,8%

100% - 97,8% = 2,2%
De afname is 2,2%.

Slide 31 - Diapositive


Blijf 3 keer per week oefenen, zodat het in je lange termijngeheugen blijft zitten. 

SUCCES!

Slide 32 - Diapositive