Rol van de spoorwegen in de Verenigde Staten

Rol van de spoorwegen in de Verenigde Staten

Rol van de spoorwegen in de Verenigde Staten

Leerdoelen

• De ontwikkeling van de stoommachinetechnologie en de impact ervan op transport beschrijven.
• De groei van het spoorwegennet in de VS tussen 1830 en 1850 uitleggen.
• Het belang van de spoorwegen tijdens de Goldrush en de ontwikkeling van Boomtowns verklaren.
• De invloed van de Homestead Act op de verspreiding van de bevolking in de VS beschrijven.

Wat weet je al over de rol van de spoorwegen in de Verenigde Staten?

De uitvinding van de stoommachine

• Uitgevonden door James Watt in 1776.
• Markeerde het begin van een nieuw tijdperk in transport.

Ontwikkeling van gemotoriseerde scheepvaart

• Eerste succesvolle toepassing in Fulton's stoomboot in 1807.
• Toenemend gebruik van stoomschepen over belangrijke rivieren en het Eriekanaal.

De opkomst van de spoorwegen

• Eerste stoomlocomotief geïntroduceerd door Baltimore en Ohio Railroad in 1830.
• Explosieve groei van het spoorwegennet in de VS.

De Goldrush en Boomtowns

• Goldrush leidde tot oprichting van Boomtowns.
• Spoorwegen speelden een cruciale rol in de expansie naar het westen.

De Homestead Act

• Wet aangenomen in 1862 die de kolonisatie van de Great Plains stimuleerde.
• Spoorwegen speelden een cruciale rol in de bereikbaarheid en ontwikkeling van deze gebieden.

Belangrijke begrippen

• Stoommachine: Een machine die de energie van stoom gebruikt om mechanisch werk te verrichten, uitgevonden door James Watt.
• Fulton's Folly: De bijnaam voor Robert Fulton's eerste commerciële stoomboot, die in 1807 werd gelanceerd.
• Eriekanaal: Een kanaal in de staat New York dat de Grote Meren verbindt met de Atlantische Oceaan, voltooid in 1825.
• Boomtown: Een snelgroeiende stad, vaak als gevolg van plotselinge economische kansen, zoals de ontdekking van goud.
• Homestead Act: Een wet aangenomen in 1862 die het mogelijk maakte voor Amerikaanse burgers om een stuk land te claimen en te ontwikkelen in het westen.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.