feedback

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
Sociale, communicatieve vaardighedenSecundair onderwijs

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Wat is feedback?

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Diapositive

Waarom is feedback belangrijk?
Voor wie? Wat doet feedback met je?

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Diapositive

de arena
kwaliteiten zijn aan beiden bekend
Het beeld dat je van jezelf hebt = het beeld dat anderen van je hebben.
het masker
verborgen eigenschappen: je kent ze zelf wel, maar de ander is niet bekend met dat deel van jou. vb Thuis laat je ze wel zien maar op je werk/school niet.
Je profileert je niet sterk, de ander heeft niet het juiste beeld van je.
het onbewuste
Onbekend betekent dat het verborgen is. U ziet of weet het niet en de ander ook niet.
Deze eigenschappen worden zichtbaar op onverwachte  momenten, dan verbaas je jezelf en anderen.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

brainstorm per 2
Wat helpt om feedback te aanvaarden en er iets mee te doen?
Wat heb je nodig als je feedback krijgt?

bv Als iemand tegen je schreeuwt helpt dat niet. Het helpt wel als een boodschap rustig gegeven wordt.

Slide 10 - Diapositive

brainstorm per 2
Wat helpt om feedback te aanhoren
en er iets mee te doen?

Slide 11 - Carte mentale

Slide 12 - Diapositive

ik-boodschap
als basis voor constructieve feedback

welk van volgende uitspraken is een ik-boodschap?

Slide 13 - Diapositive

Jij begint steeds over iets anders.
A
ik-boodschap
B
iets anders

Slide 14 - Quiz

Ik zit nog steeds met die onopgeloste situatie van vorige week.
A
ik-boodschap
B
iets anders

Slide 15 - Quiz

Je geeft geen antwoord op mijn vraag.
A
ik-boodschap
B
iets anders

Slide 16 - Quiz

Ik kan zo geen gesprek met je voeren. Ik wil graag dat je kalmeert en ook mij even laat uitpraten.
A
ik-boodschap
B
iets anders

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

constructieve feedback
  1. G edrag : beschrijf wat je ziet (objectief, duidelijk, concreet)
  2. G evoel : beschrijf wat je voelt
  3. G evolg : beschrijf het effect daarvan
  4. G ewenst: zeg ook wat je zelf wilt.
  5. G elegenheid om te reageren

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

voorbeeld constructieve feedback
  • "Karel, ik wil graag dit rapport afmaken voor de vergadering vanmiddag. Ik word nogal afgeleid door je telefoongesprekken. Ik zou het op prijs stellen als je even in de kamer hiernaast ging zitten bellen."
  • "Ik vind het leuk dat je veel vragen stelt. Dat toont dat je gemotiveerd bent."
  • "(stagiaire), ik merk dat je niet zoveel vragen stelt. Ik denk dan dat je niet zo bezig bent met onze werking en je stage en dat vind ik jammer. Wil je voortaan meer je gedachten met me delen?"
  • "Ik merk dat ik niet zo goed weet wat ik moet doen en daardoor verdoe ik mijn tijd hier en dat wil ik niet. Ik heb nood aan structuur en een duidelijke opdracht. Wil je eens tijd voor me maken om dat door te praten met me?"

Slide 22 - Diapositive

"liggen die tijdschriften hier nu weeral rond te slingeren?"

(op je werk, tegen een collega)

Slide 23 - Question ouverte

"je roept zo tegen Herman, hij is niet doof hoor"
(op je werk, tegen een collega, over een cliënt die het Nederlands niet zo goed begrijpt)

Slide 24 - Question ouverte

Marie = je medecursist, heeft je cursus geleend, maar geeft die beschadigd en met kreukels terug. Geef haar constructieve feedback.

Slide 25 - Question ouverte

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

zelfevaluatie 'eigen communicatief gedrag'
Hoe gedroeg jij je in de voorbije bespreking en wat was het effect?
ss - taken - E5 - uploadzone

1 Wat deed je tijdens het groepswerk?
  • Geef 1 voorbeeld van je eigen gedrag waar je iets minder tevreden mee bent.
  • Wat was het effect in de groep?
  • Wat zou je kunnen wijzigen in je gedrag om een beter effect te bekomen?

2 Wat zei je tijdens het groepswerk?
  • Geef 1 voorbeeld van wat je zei.
  • Wat was het effect in de groep? Was dat het gewenste effect?
  • Wat zou je anders kunnen zeggen om meer bij je bedoeling aan te leunen?

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive