2HV1 - 29-01

2HV1 - 27-01
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

2HV1 - 27-01

Slide 1 - Diapositive

Wat hebben we vorige les gedaan?
  • spreken: letters die je vaak niet uitspreekt op het eind v/e woord
  • oefenvraag leestoets: samen
  • herhaling bijvoeglijk naamwoord
  • Grandes Lignes: verder met onderdeel D en E

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we deze les doen?
  • Tip voor iedereen: oefen met Duolingo (in de les maar ook thuis)
  • Korte herhaling bijvoeglijk naamwoord
  • Oefenen met lezen
  • Grandes Lignes: hoofdstuk 2, onderdeel E
  • Opdrachtenblaadje bijvoeglijk naamwoord

Slide 3 - Diapositive

Bijvoeglijk naamwoord: plaats in het Nederlands
In het Nederlands staat het bijvoeglijk naamwoord voor het zelfstandig naamwoord (cadeau, moeder, uitje)

Een leuk cadeau
Een lieve moeder
Een gezellig uitje

Slide 4 - Diapositive

Bijvoeglijk naamwoord: plaats in het Frans
Het bijvoeglijk naamwoord komt in het Frans meestal achter het zelfstandig naamwoord​
La voiture rouge​ = de rode auto
La maison carrée = het vierkante huis​
La chaise grise = de grijze stoel​
La bouteille vide = de lege fles​

Slide 5 - Diapositive

Bijvoeglijk naamwoord: plaats in het Frans -> uitzonderingen
​Deze bijvoeglijk naamwoorden staan voor het zelfstandig naamwoord:
bon (= goed / lekker)                   petit (= klein)
beau (= mooi)                                 nouveau (= nieuw)
grand (= groot)                               vieux (= oud)
petit (= klein)


J’ai un grand frère.                               Ik heb een grote broer.
Il habite dans une belle maison.    Hij woont in een mooi huis.







Slide 6 - Diapositive

Bijvoeglijk naamwoord: onregelmatige vormen
De volgende bijvoeglijk naamwoorden hebben een onregelmatige vorm. 


mannelijk                          vrouwelijk
enkelvoud meervoud enkelvoud meervoud                 vertaling
bon              bons             bonne        bonnes                        goed/lekker
beau           beaux           belle            belles                            mooi
nouveau   nouveaux   nouvelle     nouvelles                    nieuw
vieux           vieux             vieille          vieilles                          oud

un vieux chien        = een oude hond
une vieille vache  = een oude koe

Slide 7 - Diapositive

Bijvoeglijk naamwoord: vorm

Slide 8 - Diapositive

Koppel het juiste bijvoeglijk naamwoord aan de zinnen
vieille
belles
beaux
vieux
sportif
sportive
italien
italiennes
nouveau
nouvelle
C'est une (oud) maison
J'ai publié de (mooie) photos sur Instagram.
Marie est une fille (sportief).
C'est un chanteur (italiaans).
L’école a un (nieuw) compte TikTok.

Slide 9 - Question de remorquage

Oefenen met lezen
  • Maak het leestoetsje voor jezelf in stilte.
  • Markeer bij iedere vraag waar je het in de tekst hebt gevonden. 
Klaar? Ga Frans oefenen met Duolingo

timer
4:00

Slide 10 - Diapositive

Lezen: antwoorden

Slide 11 - Diapositive

Lezen: antwoorden
A. 1. Nog niet -> Vendredi prochain, c’est la demi-finale de l’émission The voice en Comment tu te prépares à la demi-finale de vendredi?
2. Kanshebbers -> ‘gagner’ (winnen) wordt meerder malen gebruikt.
B.
1. Faux: C’était mon tout premier concours de chant.
2. Faux: Cette semaine, je répète presque tous les jours avec mon prof de chant.
3. Vrai: Stacey + Kendij
4. Faux: il reste toujours très calme
5. Faux: Je pense que c’est mon interprétation. Je donne toujours quelque chose de personnel à la chanson.


Slide 12 - Diapositive

Maken: Grandes Lignes hoofdstuk 2, onderdeel E

Slide 13 - Diapositive

Kahoot
https://create.kahoot.it/details/bb5a4d73-335f-4ea4-9c5e-8b7efbfc2a8b

Slide 14 - Diapositive