H1: Herhaling / Procenten - 3M

Start geen nieuwe vergadering
Accepteer 
in LessonUp c
deze les. Als het c
kan o
p een 2e device.
Welkom   wiskunde!
Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed

in.
Wat gaan we doen?
● Lesdoel bespreken
● Herhalen: vk t/m 1.7
● Afsluitende vragen
bij
We gaan zo starten.
Leg klaar:
- aantekeningenschrift
- rekenmachine
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Start geen nieuwe vergadering
Accepteer 
in LessonUp c
deze les. Als het c
kan o
p een 2e device.
Welkom   wiskunde!
Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed

in.
Wat gaan we doen?
● Lesdoel bespreken
● Herhalen: vk t/m 1.7
● Afsluitende vragen
bij
We gaan zo starten.
Leg klaar:
- aantekeningenschrift
- rekenmachine

Slide 1 - Diapositive

Wat ga je leren?

Je hebt alle leerdoelen van H1 behaald
of je weet wat je nog moet doen
om deze te behalen.

Eerstvolgende les op school is FT H1.
                  Nu mee bezig
H1: Procenten
VK Breuken en procenten
1. Breuken, procenten en
    decimale getallen
2. Percentage gegeven
3. Procenten gevraagd
4. Procenten en grote     
     getallen
5. Terugrekenen naar 100%
6. Promille
7. Exponentiele formule

              Later deze periode
H6: Verschillende verbanden
VK Machten en wortels
1. Periodieke verbanden
2. Kwadratische verbanden
3. De top van een parabool
4. Wortelverbanden
5. Machtsverbanden

 

Slide 2 - Diapositive

Hoe noemen we in onderstaande breuk de 2?
92

Slide 3 - Question ouverte

Hoe noemen we in onderstaande breuk de 9?
92

Slide 4 - Question ouverte

1/4
10%
20%
1/10
0,25
33,3
12,5%
0,001
0,125
0,01

Slide 5 - Question de remorquage

Welk percentage hoort bij 1/3?

Procentteken hoef je niet in te voeren.

Slide 6 - Question ouverte

Welk percentage hoort bij 2/3?

Procentteken hoef je niet in te voeren.

Slide 7 - Question ouverte

Welk percentage hoort bij 1/8?

Procentteken hoef je niet in te voeren.

Slide 8 - Question ouverte

Hoeveel is 2/3 deel van 150?
A
80
B
100
C
50
D
145

Slide 9 - Quiz

Hoeveel is 5/8 deel van 160?
A
80
B
100
C
50
D
145

Slide 10 - Quiz

Wat betekent de afkorting BTW?

Slide 11 - Question ouverte

Een auto kost € 25.000,- excl. 21% btw.
Hoeveel euro BTW wordt er berekend?
A
€ 119,04
B
€ 119 047,62
C
€ 5250,-

Slide 12 - Quiz

Een auto kost € 25.000,- excl. 21% btw.
Hoeveel kost de auto inclusief BTW?
A
€ 30 250,-
B
€ 30,250,-
C
€ 5 250,-
D
€ 19 750,-

Slide 13 - Quiz

Wat wordt bedoeld met relatieve toename?

Slide 14 - Question ouverte

Hoe noemen we de toename in aantallen?

Slide 15 - Question ouverte

Hoeveel is de absolute afname bij de aanbieding hiernaast?

Slide 16 - Question ouverte

Hoeveel is de relatieve afname bij de aanbieding hiernaast?

Slide 17 - Question ouverte

Hoe schrijf je 9,5216 miljard in cijfers?
A
9,521 600 000
B
9.521.600.000
C
9 521 600
D
9,521,600,000

Slide 18 - Quiz

Hoe schrijf je 1 234 567 890 met woorden?
A
1 miljard, 234 miljoen, 567 duizend en 890
B
1 miljoen, 234 duizend, 567 en 890ste

Slide 19 - Quiz

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.
Bereken hoe groot de totale groepsbevolking is.

Slide 20 - Question ouverte

1.5: Terugrekenen naar 100 %

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.

Bereken hoe groot de totale groepsbevolking is.

Rond af op duizendtallen.



Beroepsbevolking
mensen
                        X           451 000
                       1                5,2
 x 100                  : 5,2
 x 100                  : 5,2
    8 673 076,923
Dus er zijn totaal 8 673 000 mensen

Slide 21 - Diapositive

Op hoeveel decimalen ronden we procenten af?
A
1 decimaal
B
geheel getal
C
2 decimalen

Slide 22 - Quiz

En promille?
Op hoeveel decimalen ronden we die af?
A
1 decimaal
B
geheel getal
C
2 decimalen

Slide 23 - Quiz

Wat betekent het woord procent?

Slide 24 - Question ouverte

En promille?
Wat betekent dat woord?

Slide 25 - Question ouverte

Wat verandert er in de tabel bij promille?

Slide 26 - Carte mentale

Hoeveel is 6,05 promille van 800.000?
A
4840
B
6050
C
48400
D
484000

Slide 27 - Quiz

4 promille van 115 488 euro is:
A
461,952
B
4619,52
C
461,95 euro
D
4619,52 euro

Slide 28 - Quiz

Wat is de groeifactor bij
+ 9 %

Slide 29 - Question ouverte

Wat is de groeifactor bij
+ 17,5 %

Slide 30 - Question ouverte

Wat is de groeifactor bij
- 5 %

Slide 31 - Question ouverte

Wat is de groeifactor bij
- 1,5 %

Slide 32 - Question ouverte

Exponentiele formule maken

Mark zet €285,- op zijn nieuwe spaarrekening.

Hij krijgt 3,75 % rente per jaar. Hij laat al het geld 5 jaar op de rekening staan.


N = B x g t                                           (of     Uitkomst = begingetal x groeifactortijd)

      B = 285

      g = (100 + 3,75) : 100 = 1,0375

Bedrag in € =   285  x  1,0375  t

      t : tijd in jaren

                                           


Slide 33 - Diapositive

Wat is de exponentiele formule bij deze opgave:
Charlie heeft € 230,- op zijn spaarrekening staan en krijgt per jaar 4,5% rente.

Slide 34 - Question ouverte

Huiswerk week 48

Maken van H1:

Paragraaf 1.6 volgens jouw leerroute

Paragraaf 1.7 volgens jouw leerroute



Nakijken en verbeteren:

Huiswerk van H1 tot nu toe.






Zf
Zf
Testopgaven: 
K -> blz. 45
L -> blz. 49
M -> blz. 53
Extra uitleg
FT H1:
3M.wi1: Di 1 dec
3M.wi2: wo 2 dec
3M.wi3: ma 30 nov

Slide 35 - Diapositive

Welke vraag of welk leerdoel zou je nog graag behandeld willen zien voor de formatieve toets?

Slide 36 - Question ouverte

Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.
Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.
Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.

Slide 37 - Diapositive

0

Slide 38 - Vidéo