Paragraaf 4.3 - Een agrarische samenleving - 2023

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Vandaag

Paragraaf 4.3 - Een agrarische samenleving

Einde van de les les kan/weet je

• wat een agrarisch-urbane samenleving is
• wat een agrarische samenleving is
• hoe mensen na het vertrek van de Romeinen leefden onder het motto 'Dan doen we het zelf maar'

Een agrarisch-urbane samenleving is:

1. een samenleving waarin boeren producten maken en verhandelen.
2. een samenleving waar landbouw het belangrijkste middel van bestaan is.
3. een samenleving waarin door verstedelijking meer mensen wonen dan op het platteland.
4. een samenleving waarin naast landouw, ook handel en nijverheid bestaan.

Europa werd weer een agrarische samenleving. Wat is een agrarische samenleving?

1. Een samenleving met veel steden
2. Een samenleving waarin iedereen christelijk is
3. Een samenleving waarin bijna iedereen leeft van de landbouw
4. Een samenleving zonder koning

Zelfstandig

Individueel: Lees 'Verval van handel, nijverheid en steden' (TB 85)

Individueel: maak opdracht 35 t/m 39

• Duo of trio: vergelijk je antwoorden 
• Klassikaal: vragen? 

Het domein

• Hofstelsel de manier van werken op een domein
• Een dorp+ landbouwgrond= domein
• De heer, bijv. een ridder, was de baas van een domein: alle grond was van hem.
• Knechten en horigen: waren boeren die een akker hadden op een deel van het domein.  
• een domein was zelfvoorzienend=autarkisch

Helemaal alleen

Er was weinig handel, dus was het belangrijk dat op het domein voldoende voedsel werd geproduceerd maar ook andere zaken die nodig waren om te leven. 

Zo had je vaak op een domein:

• visvijver
• veestallen
• molen
• smidsen
• timmerwerkplaatsen. 

We doen het zelf

Individueel: maak opdracht 40 (WB 124) en 42 t/m 44 (WB 125)

Klassikaal: vragen?

Slaaf of horige?

Gezamenlijk lezen: 'Horigen' (TB 86) 

Gezamenlijk: maak opdracht 47 (W 125) 

Duo of trio: maak opdracht 41 (WB 125), 49 t/m 51 (WB 127)

Huiswerk

Maak opdracht 45-6 (WB 125) en 52 (WB 127) 

Leer de begrippen van paragraaf 4.2 en 4.3