Fictie

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Deze les

Welkom! Zit je volgens de plattegrond?

- herhaling vorig les

- boekpromotie + mediatheek

- verder met Fictie §1 Ontwikkeling hoofdpersoon

- gezamenlijk site kinderboeken.nl bezoeken

- opgave huiswerk + huiswerk maken

- nieuwsquiz

Doelen deze les

Doel: Je gaat op zoek naar een nieuw leesboek om te lezen in periode 1

- lezenvoordelijst.nl

- mediatheek bezoeken

- boekpromotie

- nog een andere site bekijken

Start met Fictie §1 - Ontwikkeling van de hoofdpersoon

Doel: Je weet hoe je in een verhaal de ontwikkeling van een hoofdpersoon kan beschrijven.

Doel: je kunt volgende week een boek meenemen dat past bij je interesse

Mediatheek

- drietallen (gewoon op basis van de opstelling)

- je gaat meteen naar de mediatheek

- bezoek doe je rustig, stoor verder niemand

- je beantwoordt de vragen zo goed mogelijk

- ga niet verder door de school lopen: rechtstreeks heen en terug

- je komt terug zodra je klaar bent 

(niet langer dan 10 min. dan mag je je gaan melden!)

Herhaling

- Waar hebben we het de vorige les over gehad?

Boekentips

Fictie:   opdrachten maken

We lezen samen de theorie.

§1 Ontwikkeling van de hoofdpersoon (bladzijde 66)

maken (in je schrift): opdracht 1 (doen we samen) en 2 (in duo's)

--> ga aan het werken, we bespreken de antwoorden zo.

Antwoord altijd in hele zinnen. Tip: verwerk de vraag in je antwoord. Voorbeeld: (vraag 1 opdracht 2)

Volgens Madeline is het zinloos verliefd te zijn, omdat.....

www.kinderboeken.nl

Bekijk de site

- scroll over de top 5

- bekijk de verschillende onderwerpen

- kies een onderwerp dat je interesseert

- noteer twee boektitels op je boekenlijst die je wel leuk lijken!

Huiswerk

Nu beginnen....

maken opdracht 3 en 4 pag. 68/69 

Antwoord in hele zinnen!

Volgende les leesboek mee! Zet in je agenda!

create.kahoot.it

Deze les

Welkom! Zit je volgens de plattegrond?

- herhaling vorig les

- bespreken huiswerk: Fictie §1 Ontwikkeling hoofdpersoon

- aantekeningen theorie Fictie (Motieven en symbolen + Onderwerp en thema)

- in duo's maken §3 Onderwerp en thema: opdracht 1 t/m 4 (=huiswerk)

- stillezen in je leesboek 

Doelen deze les

Doel: Je leert dat verhalen vaak symbolen en motieven bevatten

Doel: Je weet wat er bedoeld wordt met thema.

Waaruit bestaat het conflictmodel? Noem 4 fasen.

Huiswerk

- je hebt gemaakt: opdr. 3 en 4 (§ 1)

Motieven

Theorie samen doorlezen (pag. 70 en pag. 76)

Elementen die terugkeren in een verhaal heten motieven.

Ze verwijzen naar het thema.

Aan de hand van 2 voorbeelden

Thema en motieven: De aanslag

Concrete motieven (mogelijk ook symbolen)

Abstracte motieven       (dood, vader/zoon relatie)            

Motieven verwijzen vaak naar een thema.

Thema en motieven: De aanslag

Concrete motieven (mogelijk ook symbolen)

Abstracte motieven                   

Motieven verwijzen vaak naar een diepere laag: het thema

het lot / toeval

Motieven (concreet of abstract)

Voorbeeld in Het gouden ei: de dromen over het gouden ei / het getal 8 / toeval / vermissing /gevangen zitten

Huiswerk en/of stillezen

- je maakt een start in je nieuwe leesboek

- noteer de titel op het blad (je kan switchen van boek, maar geef dat tijdig door)

- je leest het boek in de lessen

- het is niet toegestaan de boekopdracht over een ander boek te maken

HUISWERK: §3 opdracht 1 t/m 4 (antwoord in hele zinnen) p. 76

Deze les

1. herhaling vorige les

2. stillezen (15 minuten)

3. huiswerk nakijken 

4. Online: beginnen met werkwoordspelling (herhaling)

4. nieuwsquiz

Vorige les

wat hebben we gedaan?

welke begrippen zijn langsgekomen?

stillezen 

Je pakt je leesboek en gaat stillezen.

Na 15 minuten pak je je boek 

en schrift.

Huiswerk (opdr. 1 t/m 4 - par. 3)

onderwerp en thema

Verhaal over Mylo.

Wat vond je lastig? Onduidelijk?

Kijk je werk goed na.

Let op: leer jezelf aan om in hele zinnen te antwoorden!

Start met werkwoordspelling

Herhaling vorig jaar!

Dit doen we online:

Ga naar: 

- Magister leermiddelen

- Kies Nieuw Nederlands havo 3 editie 7

- In het linker, zwarte menu zoek je: Cursus 7 Spelling

- Begin met §9 Herhaling leerjaar 2 h/v

- Maak alle opdrachten in je eigen tempo. Verbeter fouten zoveel mogelijk.

create.kahoot.it

Welkom: taalnieuws

NOS Journaal in Makkelijke Taal van start

De NOS komt vanaf vandaag met een nieuwe tv-uitzending: het NOS Journaal in Makkelijke Taal. Dat is bedoeld voor mensen die moeite hebben met de Nederlandse taal, zo'n 2,5 miljoen mensen.

Een gevarieerde groep, bestaande uit ouderen, mensen met een andere eerste taal, zoals nieuwkomers, of mensen die leerproblemen of een problematische schooltijd hebben gehad.

Als het NOS Journaal van 20.00 uur lastig te volgen is kan je ook terecht bij het Jeugdjournaal, maar dat is voor veel mensen niet de oplossing, denkt de eindredacteur van het NOS Journaal in Makkelijke Taal. "De doelgroep is anders, dus zal de onderwerpkeuze en invalshoek bij het nieuws daarop moeten aansluiten. Zo vertel je het nieuws voor kinderen vaak met veel vaart en effecten. Het tempo en het gebruik van beeld in het NOS Journaal in Makkelijke Taal is juist veel rustiger, zodat het voor die doelgroep goed te volgen is. Het programma heeft ook minder onderwerpen dan andere journaals, de presentator geeft meer uitleg en er worden geen moeilijke woorden gebruikt."

Deze les

- herhaling vorige les

- uitdelen boekopdracht 1 + toelichting

- stillezen (15 min.)

- verder met werkwoordspelling (online)

Wat hebben we behandeld?

stillezen 

Je pakt je leesboek en gaat stillezen.

Na 15 minuten pak je je laptop.

Wat betekent MOTIEF?

1. Grond waarop je iets verdedigt, een drijfveer of een beweegreden.
2. Door een kunstenaar uitgewerkt onderwerp
3. Design, patroon
4. Een terugkerend element in een verhaal

Motief in de literatuur

Een terugkerend element in een verhaal

Motief

- zorgt voor eenheid

- biedt structuur

- geeft patronen aan

- geeft diepte aan een verhaal

Een motief is hetzelfde als thema

1. Waar
2. Niet waar

motief ≠ thema

Motieven kunnen wel leiden tot het thema of het doel van het boek.

Cursus 7 Spelling

- maak zelfstandig §9 herhaling leerjaar 2 hv

- daarna Engelse werkwoorden §10

Deze les

1. Herhaling werkwoordspelling

2. verder werken aan §9 en §10 (online) - 10 min.

3. proefoverhoring (formatief: niveaubepaling)

+ nakijken

4. stillezen en/of werken aan je boekopdracht

5. nieuwsquiz

Werkwoordspelling

1. Het gebeurt vaak dat ze valt.
2. Het gebeurd vaak dat ze valt.

De jongens voetballen in een verboden gebied.

1. voetballen = infinitief
2. voetballen = PVtt
3. voetballen = voltooid deelwoord

Maak een zin met een infinitief

persoonsvorm tt enkelvoud

persoonsvorm tt meervoud

persoonsvorm vt enkelvoud

persoonsvorm vt meervoud

voltooid deelwoord

bijvoeglijk naamwoord

besteed of besteedt

bestede

besteed

besteden

besteedden

besteedde

Engelse werkwoorden
Ik heb (paintballen)

1. gepaintbald
2. gepaintballd
3. gepaintballt
4. gepaintbalt

(Engelse werkwoorden)
Hij (racen-vt)

1. racte
2. racede
3. racde
4. racete

Engelse werkwoorden

Hij (timen - vt)

1. timde
2. timdde
3. timete
4. timede

Het systeem werd .........(upgraden).

Oefenen

§9 en 10 

Cursus 7 Spelling

of neem de theorie nog eens door.

Overhoring

- zet de tafels een stukje uit elkaar

- maak de toets zo goed mogelijk

- klaar? Ga alvast stillezen!

stillezen 

Je pakt je leesboek en gaat stillezen.

Maak tijdens het lezen aantekeningen

ter voorbereiding op de boekopdracht.

(Zie ook agenda vandaag)

create.kahoot.it