2.4 Veilig Sporten (1)

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Blessures

Lesdoelen

• Je leert waarom een goede lichaamshoudig belangrijk is
  
• Je leert hoe je een blessure krijgt
• Je leert welke blessure je aan botten en spieren kan krijgen

Blessures= 

een beschadiging aan een bot, gewricht of spier

Overbelasting= je spieren en gewrichten moeten te lang hard werken

Ontwrichting= de gewrichtsknobbel schtiet uit de gewrichtskom

Verstuiking= het gewrichtskapsel rekt te ver uit of scheurt in

Botbreuk= je botten zijn gebroken.

zetten= de arts zet de botstukken weer goed tegen elkaar. Daarna komt er gips omheen

Hoe krijg je blessures?

Een blessure is een beschadiging aan bot, spier of gewricht.

Blessures kunnen ontstaan door een valpartij
of overbelasting.

Per jaar lopen er 3,6 miljoen sporters blessures op!

Blessures botten en gewrichten

Een botbreuk ontstaat vaak na een val.

Wanneer de gewrichtsknobbel uit de gewrichtskom schiet heb je een ontwrichting

Wanneer het gewrichtskapsel van je enkel te ver uitrekt of in scheurt dan is je enkel verstuikt.

Welke spierblessures zijn er?

• Spierpijn: veel afvalstoffen die in je spier achterblijven

• Spierkneuzing: er zijn spiervezels en bloedvaatjes stukgegaan

• Spierkramp: wanneer je spieren overbelast zijn

• Spierscheuring: binnen in de spier zit een scheurtje

• Zweepslag: plotselinge spierscheuring

Hoe voorkom je blessures?

Intapen

Warming -up

Cooling-down

Hoe meer je rent en springt als je jong bent, hoe sterker je botten worden

1. Juist
2. Onjuist

Je lichamelijke conditie heb je geërfd van je vader en je moeder

1. Juist
2. Onjuist

Er zijn drie soorten blessures aan botten en gewrichten, noem er 1:

1. kneuzing
2. ontwrichting
3. bloeduitstorting
4. blauwe plek

De meest bekende zweepslag is een scheurtje in:

1. je armbuigspier
2. je bilspier
3. je kuitspier
4. je armtrekspier

Waardoor krijg je spierpijn?

1. Weinig afvalstoffen in je spier
2. overbelasting
3. spierkramp
4. Veel afvalstoffen in je spier

0

Doen

Maak: 

* vragen 2.4 in je boek

Inleveren in Classroom:

opdrachten en berippen 2.4