Thema 5 Dictee 3 oefenen
1 / 25
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Sleep naar de goede rij.
vind ik lekker
vind ik vies
aardappel
brood
banaan
appel
friet
fruit
frisdrank
groente
hamburger
kip
koek
kroket
ijs
melk
patat
Slide 2 - Question de remorquage
Wat is dit?
Slide 3 - Question ouverte
Wat is dit?
Slide 4 - Question ouverte
Wat is goed?
A
de sinasappel
B
de sinasapel
C
de sinaasapel
D
de sinaasappel
Slide 5 - Quiz
Wat is goed?
A
de seuker
B
de suikur
C
de suiker
D
het suiker
Slide 6 - Quiz
Luister en typ het woord
Slide 7 - Question ouverte
Luister en typ het woord
Slide 8 - Question ouverte
Wat is dit?
A
de lepel
B
het mes
C
het vork
D
de vork
Slide 9 - Quiz
Wat is dit?
A
de thee
B
het ijs
C
de melk
D
de frisdrank
Slide 10 - Quiz
Luister en typ het woord
Slide 11 - Question ouverte
Wat zie je hier?
Slide 12 - Question ouverte
Wat is goed?
A
de vietamine
B
de vitamine
C
de vitamiene
D
de vittamine
Slide 13 - Quiz
Wat is dit?
Slide 14 - Question ouverte
Luister en typ het woord
Slide 15 - Question ouverte
Luister en typ het woord
Slide 16 - Question ouverte
Niet lekker is .....
A
heerlijk
B
slecht
C
vies
D
goed
Slide 17 - Quiz
Wat is dit?
Slide 18 - Question ouverte
Wat is dit?
Slide 19 - Question ouverte
Typ zonder fouten:
In vis zitten veel goede vitamines.
In vis zitten veel goede vitamines.
Slide 20 - Question ouverte
Typ zonder fouten:
Eet jij liever vlees of eet jij liever vis?
Eet jij liever vlees of eet jij liever vis?
Slide 21 - Question ouverte
Typ zonder fouten:
Onze buurman vindt sinaasappels vies.
Onze buurman vindt sinaasappels vies.
Slide 22 - Question ouverte
Typ zonder fouten:
Drink jij de thee met of zonder suiker?
Drink jij de thee met of zonder suiker?
Slide 23 - Question ouverte
Typ zonder fouten:
Ik eet graag snoep tussendoor.
Ik eet graag snoep tussendoor.
Slide 24 - Question ouverte
Wat vond je van deze les?
A
leuk
B
niet leuk
