Par. 4.8 PV van zwakke werkwoorden in de verleden opschrijven

Vak: Nederlands
Spelling  
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Terugblik
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Vak: Nederlands
Spelling  
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Terugblik
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Diapositive

Welkom!
Telefoon in de bak.
Neem plaats.
Jas uit.
Op tafel: Werkboek Nederlands of laptop en schrift dicht 
Tas op de grond.
Geen eten of drinken
Presentie!
timer
2:00

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel(en)
Aan het einde van deze les kan je:
- de persoonsvorm  van zwakke werkwoorden in de verleden opschrijven;

Slide 3 - Diapositive

Woensdag 2 april 2025
Wat: Par. 4.8
Wanneer: 10:30-11:20
Hoe: Gezamelijk/ zelfstandig werken
Klaar: Par. 4.8 opdrachten maken
HW:  Par. 4.8 opdrachten maken
Lesdoel: Zie vorige slide!
Taaldoel: Fanatiek

Slide 4 - Diapositive

timer
5:00
Schrijven
    Gaan
  Maken
  Slapen
 Worden
 Fietsen
    Doen
   Lopen
Sterke werkwoorden
Zwakke werkwoorden

Slide 5 - Question de remorquage

Waarom is een werkwoord belangrijk?
  • Een werkwoord geven we heel veel informatie 

  • Een werkwoord geeft aan of iemand iets doet (werken), iemand iets is (lijken), of wat er aan de hand is (gaan). 

  • Het werkwoord geeft (door zijn vorm) informatie over wie het doet en in welke tijd hij het doet.

Slide 6 - Diapositive

Werkwoord:
Zegt wat iets of iemand doet of wat er gebeurt.

In een zin staat tenminste één werkwoord.

Elk werkwoord heeft verschillende vormen.
'De klas gaat rustig zitten luisteren naar de uitleg over het werkwoord'

Slide 7 - Diapositive

Sterke werkwoorden
Zwakke
werkwoorden
Sterke werkwoorden veranderen in de  verleden tijd van klank.
 
lopen - liepen
zoeken - zochten
gaan - gingen
Zwakke werkwoorden veranderen in de verleden tijd niet van klank.

hopen - hoopten
maken - maakten
bestellen - bestelden


Slide 8 - Diapositive

Wat zijn zwakke werkwoorden?
Zwakke werkwoorden zijn werkwoorden die in de verleden tijd niet van klank veranderen.
  
De verleden tijd van zwakke werkwoorden maak je door -de(n) of -te(n) achter de ik-vorm te zetten.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Ezelsbruggetje
Zwakke werkwoorden in de verleden tijd spellen

Slide 11 - Diapositive

VT van zwakke werkwoorden
zwakke werkwoorden veranderen niet in de verleden tijd

enkelvoud: ik-vorm + -de/-te 
= pakte, gooide, lustte

meervoud: ik-vorm + -den/-ten
= pakten, gooiden, lustten


Slide 12 - Diapositive

Voorbeeld

Slide 13 - Diapositive

Lestaak
Wat: Oefening zwakke werkwoorden in de verleden opschrijven
Hoe: Zelfstandig werken
Hulp: Par. 4.8 leertekst persoonsvorm in de verleden tijd 
Tijd: 5 minuten
Uitkomst: Klassikaal oefening bespreken
Eerder klaar: Par. 4.8 opdrachten 

Slide 14 - Diapositive

De meisjes ... (maken) gisteren
samen een zandkasteel

Slide 15 - Question ouverte

Jasper ... (schoppen) gisteren
de bal in de goal tijdens de training

Slide 16 - Question ouverte

Mijn ouders .... (scheiden) vorig jaar
als goede vrienden.

Slide 17 - Question ouverte

De visser .... (roken) gisteren
de paling in een vat

Slide 18 - Question ouverte

Ik .... (stoten) vorige week
de vaas per ongeluk van de tafel

Slide 19 - Question ouverte

Gisteren ..... (branden) het huis
helemaal af.

Slide 20 - Question ouverte

Meike .... (kleuren) gisteren
een hele mooie kleurplaat

Slide 21 - Question ouverte

Vorige week .... (meten) de man
de lengte voor mijn nieuwe galajurk op

Slide 22 - Question ouverte

Jelle .... (wenden) gisteren zijn vrachtwagen achteruit de straat in

Slide 23 - Question ouverte

Gisteren was ik zo moe,
ik .... (gapen) de hele avond.

Slide 24 - Question ouverte

Vorige maand .... (landen) zeven
vliegtuigen op Schiphol

Slide 25 - Question ouverte

Werkwoordspelling verleden tijd 
(zwakke ww) 
Zelf oefenen: Par. 4.8 opdracht 

Slide 26 - Diapositive

Lestaak
Wat: Par. 4.8 opdrachten maken
Hoe: Zelfstandig werken
Hulp: Par. 4.8 leertekst persoonsvorm in de verleden tijd 
Tijd: 15 minuten
Uitkomst: Klassikaal oefening bespreken
Eerder klaar: Par. 4.3 opdrachten afmaken

Slide 27 - Diapositive

Drie zwakke werkwoorden
A
fietsen, lopen, joggen
B
rennen, fietsen, zwemmen
C
zwemmen, fietsen, joggen
D
rennen, fietsen, joggen

Slide 28 - Quiz

Wat zijn zwakke werkwoorden?
A
Werkwoorden die van klank veranderen in de verleden tijd
B
Werkwoorden waarbij je 't kofschip gebruikt in de verleden tijd

Slide 29 - Quiz