H 4 samengevat

H 4 samengevat
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
ArtSecondary Education

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

H 4 samengevat

Slide 1 - Diapositive

Barok
Stijl om mee te imponeren
Ten tijde van Lodewijk XIV - Versailles centrum dans en muziek
Rond 1500 schuift de Renaissance van Florence naar Rome, waar de paus als een vorst leeft
reformatie en contrareformatie


Slide 2 - Diapositive

Italiaanse hoven
Renaissance kunst - sober en evenwichtig
Barok kunst - uitbundig en grootschalig
Humanisten - wat KAN de individuele mens
Homo Universalis - de alleskunner
boekdrukkunst - Renaissance waaiert over Europa, maar Italie blijft het centrum

Slide 3 - Diapositive

Michelangelo
beeldhouwe, schilder, architect, ingenieur, dichter - homo universalis
werkt voor De'Medici, bestuur van Florence en Paus.
Michelangelo bestudeert klassieke beelden en het menselijk lichaam.
David symboliseert de bevrijding van Florence van de De' Medici familie, zoals David zich bevrijdde van de reus.
levensecht en geidealiseerd, zoals de klassieken

Slide 4 - Diapositive

Homo universalis
Renaissance houdt van regeltjes: de volmaakte hoveling: Castiglione
De hoveling is homo universalis
Vasari beschrijft Italiaanse kunstenaars en noemt zijn tijd ' Renaissance'; kunst komt uit een diep dal (middeleeuwen)
Michelangelo is de grootste in zijn ogen, Leonardo da Vinci ook een held

Slide 5 - Diapositive

Leonardo DaVinci
Status - enorm veel vrijheid van opdrachtgevers, maakt werk niet eens af
Ontwerper van oorlogstuig, beeldhouwer, schilder.
Van wapens en waterleidingen tot aan decors en feestversieringen.
Studies en theorien, in zijn ogen is schilderkunst de ultieme kunst - levensecht
Vasari schrijft: lach van Mona Lisa (ultieme kunstwerk) door speellieden en grappenmakers.

Slide 6 - Diapositive

Rome
- Rome dunbevolkt: ruines en open land, de Paus wil bloei: opdrachten voor kerken, beeldhouwwerken en schilderingen
- Rome wordt de hoofdstand van de Renaissance
- 1503 opdracht nieuwe st. Pieter (1626 klaar) Bramante, Raphael, Michelangelo en Bernini architecten
- Aflatenhandel om geld te verdienen voor bouw kerken, protest door Maarten Luther:
Reformatie en Contrareformatie

Slide 7 - Diapositive

Paus & kunst
- Julius II verzamelt kunstenaars en laat veel werk maken
- 1505 Michelangelo mag praalgraf Paus Julius II ontwerpen, hoorntjes Mozes ivm. vertaalfout
- Tegelijkertijd ook opdracht sixtijnse kapel - beide oude testament
- Persoonlijke vertrekken worden ook aangepakt: fresco's

Slide 8 - Diapositive

de stad ontwaakt
- Obelisken uit de klassieke oudheid worden terug geplaats om belangrijke kerken te markeren
- Bernini belangrijk voor Barok: theatraal, ruimte illusie, licht-donker effecten.
- Oud en nieuw worden verbonden, verwerken van klassieke voorwerpen en regels in een nieuw jasje
- in de contrareformatie is de kerk steeds nadrukkelijker aanwezig

Slide 9 - Diapositive

Illusie in licht
- Bernini ontwerpt een balkadijn voor over het graf van Petrus. Het werk is van brons en gemaakt om het altaar te benadrukken.
- de extase van Theresia laat de Barok elementen terug komen; dramatisch en integratie van beeld en architectuur
- Caravaggio mag de roeping van Mattheus schilderen; clair obscur, aandacht wordt gestuurd door het licht

Slide 10 - Diapositive

Italiaanse hoven
Samengevat
Homo quadratus - de mens als maat voor verhoudingen in architectuur
Stravaganza - Rijkdom, pracht en praal in huizen, tuinen en feesten
Vlaamse maestro's - de vlaamse componisten met gedrukte muziek, daarnaast Madrigalen (liederen in landstaal)
Opera - l'Orfeo; Monteverdi en Venetiaanse opera. Meer menselijk
Rome - de nieuwe sint Pieter, God als middelpunt en de godsdienststrijd

Slide 11 - Diapositive

Catherina de' Medici trouwt prins Hendrik
Vlaanderen en Italie hebben goede relaties: muziek en Rubens bezoekt Italie - Caravaggio
Rubens wordt hofschilder in  Antwerpen - populair
Hofleven: feesten en diners, status voor wie goed dans en de regels volgt.
balletti - dans met figuren en patronen
La ballet comique de la reine - ballet van + 5 u ter ere van huwelijk zus koningin. Combi van zang, muziek en dans



Slide 12 - Diapositive

de dansende koning
Lodewijk XIV absolute vorst - vertrouwt adel niet, krijgen 'taakjes' aan het hof, protocol.
1653 - ballet de nuit (Lully) Apollo - Zonnekoning
Lully en Molière - voorstellingen met een verhaal Bourgois gentilhomme.
Lodewijk XIV eist verering als heilige - stukken moeten dat bevestigen: ballet-opera

Slide 13 - Diapositive

De koning is overal
Kunst is belangrijk - iedereen moet de koning herkennen: Academies om smaak en kwaliteit te bewaken.
1648 - Academie schilder en beeldhouwkunst
1661 - dansacademie - 5 basisposities - klassiek ballet
1666 - academie voor wetenschappen
Verhuizing hof naar Versailles - verbouwd Charles le Brun - gouden kooi voor adel
Rituelen om de grootsheid van Lodewijk XIV te benadrukken

Slide 14 - Diapositive

Theater
Klassiek theater wordt bestudeerd, teksten bestaan nog, men wil ze recreëren in theaters.
Teatro Olimpico (reconstructie amfitheater) waar drama wordt opgevoerd volgens klassiek voorbeeld met bijbehorende decors.
Op straat zie je commedia dell'arte.
Vaste types en veel improvisatie.
Ze trekken; steden, maar ook hoven

Slide 15 - Diapositive

Het Elizabethaans theater
Theatergroepen in Engeland hebben vaste theaters, bloeit ten tijde van Elizabeth 1.
groepen beschermd vanuit hof: Lord Chamberlain's men en later the King's men.
William Shakespeare (1564-1616) een van hen; acteur en schrijver.
Gezelschap speelt in the Globe.
Shakespeariaans theater - eigen stukken, geen klassieke reproducties. Dichterlijke taal, tijdloze thema's.

Slide 16 - Diapositive

Vragen theater

Slide 17 - Diapositive

71. Wat is geen vormovereenkomst tussen teatro Olimpico en een Grieks theater.
A
Het is overdekt
B
Er is een hoger toneel waar acteurs het stuk uitvoeren.
C
Er zijn halfronde oplopende tribunes voor het publiek.
D
Er is een vaste achterwand.

Slide 18 - Quiz

72. Waarom passen de achterwand en coulissen binnen de regels van Serlio?

Slide 19 - Question ouverte

73. Wat is geen verschil tussen de klassieke toneelstukken en commedia dell'arte?
A
Het klassieke toneel wordt volgens vaste regels geïnterpreteerd en uitgevoerd; straattoneel is improvisatietoneel.
B
De klassieke toneelstukken handelen over complexe thema’s gekoppeld aan de klassieke mythologie; commedia dell’arte handelt over de liefde tussen twee jongelieden
C
De klassieke stukken worden door veelal door amateurs uitgevoerd; de commedia dell’arteacteurs zijn rondtrekkende beroepsacteurs.
D
De klassieke stukken hebben meestal geen decor, commedia dell'arte heeft uitbundige decors

Slide 20 - Quiz

74. Noem 4 karakters van commedia dell'arte en beschrijf hun eigenschappen.

Slide 21 - Carte mentale

75. Waarom zijn de voorspelbare karakters van commedia dell'arte zo succesvol?

Slide 22 - Question ouverte

76. Theater bloeit in Engeland in publieke theaters, wat betekent dit voor de samenstelling van het publiek en de stukken?

Slide 23 - Question ouverte

77. The Globe is een voorbeeld voor veel moderne theaters. Wat herken je terug?

Slide 24 - Question ouverte

78. Geef 2 redenen waarom stukken van Shakespeare nog populair zijn.

Slide 25 - Question ouverte

79. A midsummer nights dream is een romantische komedie, waarom?

Slide 26 - Question ouverte

Slide 27 - Vidéo

80. a midsummer night's dream is een complexe puzzel, die garant staat voor verrassende wendingen. Leg uit:

Slide 28 - Question ouverte

81. Noem kenmerken van Commedia dell'arte

Slide 29 - Question ouverte