Lezen 3.3 (les 1 tot en met 3)

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Welkom in 

Je bent stil en hebt klaarliggen:

• leerwerkboek deel A
• Pungelhuis
• pen
  
• iPad (dicht)

Les 1

Planning

• Opstarten paragraaf 3.3
• Werkmoment
• Afsluiten van de les

Leerdoelen 3.3 (p. 146)

• Je weet wat een betogende tekst is.
• Je weet wat argumenten en meningen zijn.
• Je kent het tekstverband oorzaak en gevolg 

Wat is een betogende tekst?

• Welk doel heeft de schrijver van een betogende tekst?
• Kunnen in een betogende tekst feiten voorkomen?
• Wat zijn synoniemen voor het woord mening?

Kies er 4 uit: argument/bewijs/informatie/oordeel/opinie/opvatting/ reden/standpunt

Betogende tekst (p. 146)

• Hij wil de lezer overtuigen dat zijn mening juist is. 
  
• Hij doet dat door argumenten te gebruiken.
  

Voorbeelden: een opiniestuk, boekbespreking of klachtenbrief.

opinie = mening

Indeling betogende tekst

Vaak heeft een betoog een driedeling:

• inleiding: onderwerp en mening
• kern: argumenten voor die mening
• slot: conclusie of samenvatting

Hoofdgedachte: mening van de schrijver, meestal met daarbij zijn/haar belangrijkste argument.

Argumenten (p. 147)

Een argument = een feit of een mening  om te bewijzen: ik heb gelijk!

• Ik vind Groningen een leuke stad, want je kunt er goed winkelen.

• Ik vind Rotterdam groter dan Zwolle, want er wonen meer mensen. 

Wat overtuigd meer: een feit of een mening?

Welke vraag stel je?

Opdracht 3 p. 147

Deens scholen hoogste aantal lesuren	Feit	Mening
Kinderen minder lessen krijgen
Noorden weinig interessante musea
Groninger museum 200.00 bezoekers
In kantine lekkere broodjes kopen

Werkmoment = Keuze

1. Maak opdracht 5 en 6. (in stilte)
2. Kijk zelf na via de studiewijzer => verbeter.
3. Klaar? Leer de tekstverbanden/signaalwoorden p. 198 of lees het Pungelhuis.  (h 11 t/m 15 deze week)

• Doe mee samen de tekst lezen en vragen maken.

Zet regelnummers bij je antwoord

Vooruitblik

Verder met 3.3 lezen.

Neem weer A boek en Pungelhuis mee.

Welkom in 

Je bent stil en hebt klaarliggen:

• leerwerkboek deel A
• Pungelhuis
• pen
  
• iPad (dicht)

Les 2

Planning

• Huiswerk 5 en 6 (pagina 146)
• Testje signaalwoorden/tekstverbanden
• Uitleg nieuw tekstverband
• Werkmoment
  
• Afsluiten van de les

Max houdt van klimmen. Bovendien houdt hij van hardlopen.

1. opsommend
2. tijdsvolgorde
3. tegenstellend
4. concluderend

Bibi eet altijd een banaan nadat ze heeft gesport.

1. opsommend
2. tijdsvolgorde
3. tegenstellend
4. concluderend

Ilona vindt volleyballen leuk, echter alleen als ze op vakantie is.

1. opsommend
2. tijdsvolgorde
3. tegenstellend
4. concluderend

Joris is lang, basketbal is dan ook een goede sport voor hem.

1. Tegenstellend
2. Concluderend
3. Samenvattend
4. Oorzaak en gevolg

Al met al was het een zeer verdiende overwinning.

1. Tegenstellend
2. Concluderend
3. Samenvattend
4. Oorzaak en gevolg

Het regende gisteren, daardoor is mijn tas nat geworden.

1. Tegenstellend
2. Concluderend
3. Samenvattend
4. Oorzaak en gevolg

Oorzaak en gevolg (p. 151)

Tekstverband oorzaak => gevolg

Signaalwoorden als:

doordat

daardoor

waardoor

met als gevolg

zodat

Werkmoment = Keuze

1. Maak opdracht 7 t/m 10 (in stilte)
2. Kijk zelf na via de studiewijzer => verbeter.
3. Klaar? Lees het Pungelhuis.  (h 11 t/m 15 deze week)

• Doe mee samen de tekst lezen en vragen maken.

Einde les: bespreken

Fijne meivakantie!!

Welkom in 

Je bent stil en hebt klaarliggen:

• leerwerkboek deel A
• Pungelhuis
• pen
  
• iPad (dicht)

Les 3

Planning

• Update
• Samen lezen tekst 2 pagina 
• Werkmoment
  
• Afsluiten van de les

Leerdoelen 3.3 (p. 146)

• Je weet wat een betogende tekst is.
• Je weet wat argumenten en meningen zijn.
• Je kent het tekstverband oorzaak en gevolg 

Tekstverband oorzaak => gevolg

Signaalwoorden als:

doordat

daardoor

waardoor

met als gevolg

zodat

Tekstverband oorzaak => gevolg

Signaalwoorden als:

Doordat de zon schijnt, smelt mijn ijs.

Ik heb het het warm, daardoor word ik duf.

Mijn band is lek, waardoor ik te laat ben.

Het regent, met als gevolg dat mijn tas nat is.

Ik doe zonnebrand op, zodat ik niet verbrand.

Werkmoment = Keuze

1. Maak opdracht 12, 13, 14 en 16 (in stilte)
2. Kijk zelf na via de studiewijzer => verbeter.
3. Klaar? Lees het Pungelhuis.  (h 16 t/m 20 deze week)

• Doe mee samen de tekst lezen en vragen maken.

Einde les: bespreken

Afsluiting

Let op!!

Vrijdag leerwerkboek deel BBBBB mee!