Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
3.3 Woordformules
Welkom bij wiskunde!
Ga zitten en pak je spullen erbij.
1 / 14
suivant
Slide 1:
Diapositive
Wiskunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
14 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Welkom bij wiskunde!
Ga zitten en pak je spullen erbij.
Slide 1 - Diapositive
Vandaag
Huiswerk na kijken
Terugblikken.
3.3 Woordformules
Aan de slag!
Slide 2 - Diapositive
Terugblikken
Bij een globale grafiek staan
geen cijfers
!
Toch kun je er iets over zeggen.
Slide 3 - Diapositive
Leerdoel van vandaag
Je kunt rekenen met woordformules.
Slide 4 - Diapositive
Woordformules
a. Wat betaal je minimaal?
€ 5,-
b. Hoeveel betaal je per kilomter?
€ 5,-
c. Hoeveel betaal je voor 10 km?
€ 5,00
a
€ 2,00
b
€ 25,00
c
1
0
⋅
2
+
5
=
2
5
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
Woordformule
In een
woordformule
staat op een korte en handige manier hoe je iets berekent. Ofwel een regel in woorden met wiskundige symbolen opgeschreven.
Bijvoorbeeld: huurprijs fiets = 5 + 2 x aantal uren
Let op je uitwerking en de notatie!
Een formule heeft
twee onbekenden.
Slide 7 - Diapositive
Begingetal en stijggetal
Bedrag in € = 10 + 2 x aantal weken
Begingetal/
vast getal
Stijggetal
Slide 8 - Diapositive
Woordformule
bedrag = 5 + 2 ∙ aantal km
is een woordformule.
Een woordformule is een som met meer dan 1 uitkomst.
Je stopt er elke keer een andere waarde in. Hier: aantal km.
Je krijgt ook elke keer een andere uitkomst.
Slide 9 - Diapositive
kosten in € = 4 + 0,50 ∙ aantal kaarten
Welk bedrag is het vaste bedrag?
A
4
B
0,50
Slide 10 - Quiz
kosten in € = 4 + 0,50 ∙ aantal kaarten
Wat is het bedrag per kaart?
A
0,50
B
4
Slide 11 - Quiz
kosten in € = 4 + 0,50 ∙ aantal kaarten
Hoeveel kosten 10 kaarten?
A
40,50
B
45,-
C
9,50
D
9,-
Slide 12 - Quiz
kosten in € = 4 + 0,50 ∙ aantal kaarten
Hoeveel kosten 10 kaarten?
4
+
0
,
5
0
⋅
1
0
=
4
+
5
=
9
Slide 13 - Diapositive
Aan de slag!
Maken:
opg. 34, 36, 37, 38
Dit is huiswerk voor vrijdag 10 november
timer
5:00
Slide 14 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
3.3 Woordformules
Novembre 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
3.3 Woordformules
il y a 25 jours
- Leçon avec
13 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Woordformules
Juin 2021
- Leçon avec
35 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
3.3 A Woordformules B1D
Décembre 2022
- Leçon avec
15 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
grafieken bij woordformules
Juin 2023
- Leçon avec
36 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
8.3 Woordformules
Juin 2024
- Leçon avec
16 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
H6.3 Woordformules les 3
Février 2021
- Leçon avec
28 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
grafieken bij woordformules
Septembre 2024
- Leçon avec
46 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1