Bs 1-4

• biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Ecologie en duurzaamheid bs 1-4

bs 1: organismen en hun omgeving

- Je kunt invloeden opdelen in biotische en abiotische factoren

- Je kunt de niveaus van ecologie beschrijven

- Je kunt in een ecosysteem de voedselrelaties aangeven

Een regenbui is een abiotische factor

1. Waar
2. Niet waar

abiotisch = levenloze natuur                  biotisch= levende natuur

Op welk plaatje zie je een voedselketen?
(herhaling)

1. 
2. 
3. 

Op welk plaatje zie je een voedselweb?
(herhaling)

1. 
2. 
3. 

Voedselweb

Binnen een ecosysteem is er nooit maar 1 voedselketen, alle voedselketens samen vormen een voedselweb/ voedseknet)

Populaties maken deel uit van een ecosysteem

1. Waar
2. Niet waar

Accumulatie is

1. Het afbreken door reducenten
2. Het proces waarbij glucose gemaakt wordt
3. Het ophopen van gifstoffen

Bs 2: voedselrelaties en kringlopen

- Je kunt de groepen organismen in de kringloop van stoffen beschrijven 

- Je kunt de kringlopen van water en koolstof beschrijven

Gras

Wezel

Konijn

Paardenbloem

Muis

Havik

producent

consument 

1e orde

consument 

2e orde

Bacteriën EN schimmels zijn reducenten.

1. Waar
2. Niet waar

Een edelhert (foto)behoort tot de consumenten

1. Waar
2. Niet waar

Fotosynthese

Zonlicht

Koolstofdioxide

Glucose

Zuurstof

Water

CO2

Fotosynthese

Glucose

Reducenten

Verbranding

In ons land wordt elk jaar zo'n 4,3 miljoen ton huishoudelijk afval geproduceerd.
Het afval kan in vijf groepen worden ingedeeld:
1: groente-, fruit- en tuinafval, 2: glas, 3: plastic,
4:metaal en 5: papier.
Welke van deze groepen afval is, of zijn biologisch afbreekbaar?

1. Alleen 1
2. Alleen 1 en 5
3. Alleen 1, 4 en 5.
4. Alleen 2, 3 en 5.

Bs 3: Samenleven

- Je kunt uitleggen wat een biologisch evenwicht is 

- Je kunt uitleggen hoe soorten afhankelijk van elkaar zijn voor voedsel, een schuilplaats en voortplanting

Wat is een biologisch evenwicht?
Kies het beste antwoord!

1. De populatiegrootte schommelt om een evenwichtswaarde heen.
2. Geboorte, sterfte en migratie zorgen voor een biologisch evenwicht.
3. antwoord A en B zijn goed
4. Antwoord A en B zijn beiden fout.

In het natuurgebied de Oostvaardersplassen leven veel edelherten en runderen. Stel dat men wolven invoert om het aantal edelherten en runderen te verminderen. Welk effect heeft het invoeren van wolven op de plantengroei in de Oostvaardersplassen? Leg je antwoord uit.

Beide soorten hebben voordeel van de symbiose

Eén soort heeft een voordeel en de ander heeft geen nadeel

Eén soort heeft een nadeel, en de ander heeft een voordeel

Commensalisme

Parasitisme

Mutualisme

Symbiose

Bs 4: natuurbeheer

- Je kunt verklaren dat veel natuur in Nederland is ontstaan door ingrijpen van de mens

- Je kunt manieren noemen waarop mensen in Nederland de natuur behouden, beschermen en herstellen

De overheid wil dat er meer windmolenparken worden gebouwd. De windmolens in die parken wekken elektriciteit op. Wat wil de overheid vooral bereiken met meer windmolenparken?

1. Vermindering van de concentratie koolstofdioxide in de lucht.
2. Vermindering van het aantal afvalbergen in Nederland.
3. Vermindering van het energiegebruik in Nederland.

Manieren waarop de mens het landschap beïnvloed

De biodiversiteit neemt af door.. (meerdere antwoorden mogelijk)

1. Landbouw
2. Bebouwde ruimte
3. Recreatie

Welk soort beheer?
verbreden van rivieren om de kans op
overstroming te verkleinen

1. Agrarisch natuurbeheer
2. Bosbeheer
3. Faunabeheer
4. Waterbeheer

Welk soort beheer?
Afschot van zieke en zwakke herten om lijden te voorkomen

1. Agrarisch natuurbeheer
2. Bosbeheer
3. Faunabeheer
4. Waterbeheer

Welk soort beheer?
Sluizen op een kier zetten voor een natuurlijke overgang van zeewater & rivierwater

1. Agrarisch natuurbeheer
2. Bosbeheer
3. Faunabeheer
4. Waterbeheer

Wat ga je nu doen?

Weektaak voor donderdag 10 juni afmaken: bs 3, 1 t/m 8

Weektaak voor donderdag 17 juni: bs 4, 1 t/m 8