BS 2.2 Skelet en houding 24-11-2023

Thema 2 Bewegen
BS 2.2 Skelet en houding

Mobiel weg
IPAD erbij
Boek erbij
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Thema 2 Bewegen
BS 2.2 Skelet en houding

Mobiel weg
IPAD erbij
Boek erbij

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BS 2.2 Skelet en houding
1. Je kunt uitleggen hoe de wervelkolom schokken kan opvangen.
2. Je kan uitleggen wat een juiste lichaamshouding is.
3. Je kunt een voorbeeld noemen van problemen met je rug (hernia)

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe vangt je wervelkolom schokken op?
Wervelkolom heeft dubbele S-vorm
Daardoor kan de wervelkolom een beetje in elkaar geduwd worden en veren.
Tussen de wervels zitten kraakbeenringen.
Kraakbeenringen kunnen ook een beetje ingedrukt worden.

Door de vorm van je wervelkolom en door de kraakbeenschijven schokt je hoofd niet bij elke stap.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Naam 
Aantal wervels
Heiligbeen
Lendewervels
Borstwervels
Nekwervels
Staartbeentje
7
12
5

Slide 4 - Question de remorquage

De wervelkolom bestaat uit 
  • 7 nekwervels, 
  • 12 borstwervels 
  • 5 lendenwervels. 
  • Heiligbeen
  • Staartbeentje
Het heiligbeen is een vergroeiing van 5 of 6 wervels. 
Bovenaan maakt het verbinding met het hoofd en onderaan met het bekken. Tussen de wervels bevinden zich tussenwervelschijven. 
De wervelkolom is een essentieel onderdeel van het lichaam. De wervelkolom stabiliseert de romp en geeft het vorm. Hierdoor kunnen wij onszelf rechtop houden. Daarnaast beschermt het het zenuwstelsel. Het ruggenmergkanaal (spinale kanaal) verloopt namelijk door de wervelkolom heen. Dit alles zijn precies de redenen waarom vervormingen en/of letsels aan de wervelkolom zulke grote gevolgen kunnen hebben.
 
Welke begrippen passen bij de delen van de wervelkolom? Sleep de begrippen naar het juiste vak
Bevat meer kalk
Bevat meer lijmstof
wervel
tussenwervelschijf

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

wervel
wervel bestaat uit:
- wervellichaam
-wervelgat
-uitsteeksels

wervellichaam: geeft stevigheid aan je lichaam
wervelgat: hierin ligt het ruggenmerg (zenuwcellen)

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Gezonde houding'
Hoe je staat of zit, noem je je lichaamshouding. Je rug- en buikspieren zorgen ervoor dat je wervelkolom goed staat. Dat voorkomt rug- of nekpijn krijgt. 
De spieren die aan de wervels vastzitten zorgen voor de juiste vorm van je wervelkolom.



Zithouding
rechtop zitten, knieën 90 graden gebogen
als je aan tafel zit: onderarmen op tafel, elleboog 90 graden gebogen

Slide 7 - Diapositive

antwoord:
Dubbele S-vorm
Deze werkt als een door schokbreker bij springen en als een soort veer bij het tillen van zware voorwerpen.

rechtop zitten
Laatste staande persoon, rechts onder
 

Rugspieren
zorgen ervoor dat je rug recht blijft.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Goede manier van tillen is belangrijk.
  • Elke dag tillen is erg belastend.
  • Vaak tillen vergroot kans op rugklachten.
  • Zwaar tillen is superslecht voor je lichaam.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar moet je op letten?
  • Tillen vanuit je benen
  • Houd het voorwerp dicht bij je
  • Til niet te zwaar
  • Til niet te lang
  • Houd je rug recht

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de persoon naar het vakje waar hij bij hoort.
Goede houding 
Slechte houding

Slide 11 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hernia
  • Kraakbeenschijf puilt uit
  • Drukt op zenuwen
  • Operatie is soms een oplossing

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maakwerk
Blz. 82: opdr. 3 en 4
blz. 85: opdr. 9 t/m 12



Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat voor speciale vorm heeft de wervelkolom?
A
s-vorm
B
dubbele s-vorm
C
o-vorm
D
dubbele o-vorm

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Tussen de wervels zitten:
A
kraakbeenschijven
B
schokwervels
C
beenschijven
D
wervelschijven

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Dankzij de vorm van je wervelkolom en de kraakbeenschijven:
A
blijf je rechtop staan
B
kun je lopen
C
kun je je ledematen bewegen
D
schokt je hoofd niet bij elke stap

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Elke wervel bestaat uit:
A
wervellichaam, wervelgat, kraakbeenschijf
B
wervelgat, uitsteeksels, zenuwen
C
wervellichaam, wervelgat, uitsteeksels
D
wervellichaam, wervelgat, bloedvaten

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In het wervelgat
A
ligt het ruggenmerg
B
liggen bloedvaten
C
ligt het wervellichaam
D
liggen zenuwen

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

het ruggenmerg bestaat uit
A
bloedvaten
B
zenuwcellen
C
kraakbeen
D
beenmerg

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij een juiste lichaamshouding heb je
A
een rechte rug
B
iets gebogen rug
C
de armen naast je lichaam
D
de voeten naast elkaar

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je met gebogen rug tilt
A
slijten je wervels
B
komen de bloedvaten klem te zitten
C
kunnen de kraakbeenschijven beschadigen tussen de wervels uitpuilen
D
raakt je ruggenmerg beschadigd

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een hernia is
A
zenuwen die klem komen te zitten
B
bloedvaten die klem komen te zitten
C
Spieren die klem komen te zitten
D
Wervels die kapot zijn

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Scoliose is
A
Vergroeiing van de wervelkolom
B
Slijtage van de tussenwervelsschijven
C
Verslapping van de spieren
D
zenuw die in de knel zit

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions