woordenschat lijst 5 1R8C

woordenschat - algemene woorden
Doel: je kent de betekenissen van de woorden in lijst 5.
Je gaat zelfstandig als huiswerk lijst 6 doen. 
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

woordenschat - algemene woorden
Doel: je kent de betekenissen van de woorden in lijst 5.
Je gaat zelfstandig als huiswerk lijst 6 doen. 

Slide 1 - Diapositive

woordenlijst 5
aantreffen/ beheersen/ inhouden/ onderscheiden/ trachten/ vermelden/ vermijden/ veronderstellen/ verrichten/ voltooien

Slide 2 - Diapositive

Bekijk deze 10 woorden: hoeveel ken je er al? Tel..
Aantreffen                         Vermelden
Vermijden                           Trachten
Veronderstellen                Onderscheiden
Verrichten                            Voltooien 
Beheersen                            Inhouden

Slide 3 - Diapositive

Van hoeveel van de 10 woorden ken je de betekenis al?
geen enkel woord
1 tot3
4 tot 6
7 tot 9
ik ken ze alle 10

Slide 4 - Sondage

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

en nu kijken wat je zelf al kunt....

Slide 8 - Diapositive

Wat is het synoniem van 'trachten'?
A
noemen
B
proberen
C
uitvoeren
D
afmaken

Slide 9 - Quiz

Geef een ander woord voor 'verrichten'

Slide 10 - Question ouverte

Wat is het synoniem van 'voltooien'?
A
tegenkomen
B
betekenen
C
uitvoeren
D
afmaken

Slide 11 - Quiz

Wat is een ander woord voor
'vermelden'?

Slide 12 - Question ouverte

Kies het goede antwoord.
Ik hoop dat we het huis schoon beheersen/ aantreffen/ onderscheiden als we terug komen van vakantie.
A
beheersen
B
aantreffen
C
onderscheiden
D
geen van de woorden is goed

Slide 13 - Quiz

Wat is het synoniem voor 'uitvoeren'?

Slide 14 - Question ouverte

Wat betekent hetzelfde?
aannemen dat iets zo is
A
veronderstellen
B
verrichten
C
vermelden
D
vermijden

Slide 15 - Quiz

Welk woord is goed? Sabria wil eerst haar opleiding beheersen/ voltooien/ trachten, voordat ze gaat trouwen.
A
beheersen
B
voltooien
C
trachten

Slide 16 - Quiz

Wat is het synoniem van 'anders zijn'?
A
inhouden
B
onderscheiden
C
beheersen
D
verrichten

Slide 17 - Quiz

Wat betekent hetzelfde?
zorgen dat iets niet gebeurt
A
verrichten
B
veronderstellen
C
vermijden
D
vermelden

Slide 18 - Quiz

Kies het goede antwoord.
We moeten nog veel werk aantreffen/ trachten/ verrichten voordat we in ons nieuwe huis kunnen gaan wonen.
A
aantreffen
B
trachten
C
verrichten
D
geen van de woorden is goed

Slide 19 - Quiz

Welk woord is goed? Ik kan me niet goed vermelden/ trachten/ beheersen om die schoenen niet te kopen.
A
vermelden
B
trachten
C
beheersen

Slide 20 - Quiz

Hoe vond je het om de woorden zo te oefenen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Sondage

Huiswerkopdracht:
Lees nu de woordenlijst op bladzijde 183 en maak de oefeningen in je boek of online.
Lees ook de woordenlijst op blz 184 en maak de oefeningen in je boek of online. Leer de betekenissen van de woorden!

Slide 22 - Diapositive