Zorg en begeleiding van ouderen

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

zorg en begeleiding van ouderen 

Wetenschap die doet onderzoek naar het verouderingsproces van de mens? ?

1. gerontologie
2. psychiatrie
3. psychologie
4. geriatrie

De wetenschap die onderzoek doet naar de pathologische veroudering van de mens?

1. gerontologie
2. psychiatrie
3. psychologie
4. geriatrie

Exogene factor die invloed heeft op het verouderingsproces?

1. erfelijke eigenschap
2. brozer worden van botten
3. roken
4. afname van gehoor

Endogene factor die invloed heeft op het verouderingsproces?

1. eetpatroon
2. stress
3. weinig beweging
4. afname longcapaciteit

Cognitie is het beste te omschrijven als het vermogen om te kennen en te leren

1. Waar
2. Niet waar

Met het ouder worden neemt de werking van het geheugen af.

1. Waar
2. Niet waar

Gebeurtenissen in het leven kunnen cognitieve veroudering beïnvloeden.

1. Waar
2. Niet waar

Bij veroudering neemt de hoeveelheid kalk in de botten af.

1. Waar
2. Niet waar

Bij het verouderingsproces neemt op hogere leeftijd de spiermassa toe. Zodat bewegen makkelijker gaat.

1. Waar
2. Niet waar

Afasie

1. handelingen niet uitvoeren
2. taalstoornis
3. onvermogen objecten te herkennen
4. stoornis in rekenen

Cognitieve stoornissen zijn het eerst merkbaar in?

1. Het onbewuste geheugen
2. Bewuste geheugen

Het onbewuste of automatische geheugen blijft lang intact.

1. Waar
2. Niet waar

Waar let je op om de oudere zo gezond mogelijk oud te laten worden?

Let op:

1. Het voorkomen en uitstellen van ziekte en sterfte.
2. Preventie van beperken van functioneren.
3. Voorkomen van verlies van zelfredzaamheid.
4. Terugdringen van afhankelijkheid van de zorg.

Geef een voorbeeld bij preventie van beperken van functioneren.

Geef een voorbeeld bij terugdringen van afhankelijkheid van de zorg.

Op welke complicaties kan een (kwetsbare) oudere meer kans hebben?

Opname ziekenhuis

• Je hoort vaak dat als een (kwetsbare) zelfstandige oudere wordt opgenomen in het ziekenhuis deze daarna wordt opgenomen in een verpleeg/ verzorging huis.
• Er wordt zoveel mogelijk gescreend (functioneel) om beperkingen te voorkomen.

(bijv: delier, vallen, ondervoeding, fysieke beperkingen)

welke functies kunnen uitvallen/ afnemen bij veroudering?

Wat is de gemiddelde leeftijd waarop je maximaal kan presteren?

1. 25
2. 30
3. 35
4. 40

Wat is de gemiddelde leeftijd waarbij je organen het best presteren?

1. 20
2. 25
3. 30
4. 35

Kenmerken geriatrie

• Lichamelijke, cognitieve en sociale problemen volgen elkaar op.
• Ziektebeelden geassocieerd met hoge leeftijd.
• Kwetsbaarheid vaak hoge leeftijd
• Multi morbiditeit
• Interactie van ziekte en ouderdom

Noem een aandoening die kenmerkend is bij hoge ouderdom?

"Kenmerkend"

• Staar (cataract)

• Presbyacusis (ouderdom slechthorendheid)

• Artrose (gewrichtsslijtage)

• Osteoporose (botontkalking)

Klachten

Klachten kunnen zich op hogere leeftijd "Atypisch" presenteren.

enkele oorzaken:

• Multi morbiditeit: andere ervaring, verdwijnen van de klacht of presentatie van de klacht.
• Andere presentatie door verlaging of verdwijnen van pijn drempel.
• Door angst de klacht niet vertellen/ bagatelliseren. 

Wat van geleerd?

😒🙁😐🙂😃

Wat van geleerd?

😒🙁😐🙂😃

symptomen

Symptoom verarming:

Symptomen die normaal aanwezig zijn, zijn nu afwezig. (geen pijn bij plassen bij een UWI)

Symptoomverschuiving:

Er doen zich andere symptomen voor dan normaal.(verwardheid bij hartaanval)

symptomen

Symptoom omkering:

de symptomen zijn omgekeerd dan normaal (rust bij een te snel werkende schildklier)

Symptoomvermeerdering:

twee dezelfde aandoeningen geven dezelfde klacht (POB bij hartklachten en longontsteking)

geriatrische syndromen

• verminderde mobiliteit
• vallen 
• incontinentie
• depressie
• verwardheid
• duizeligheid

syndroom <-> symptoom

bij een geriatrisch syndroom is één symptoom (bijvoorbeeld vallen) echter het gevolg van meerdere aandoeningen.

zo kan vallen het gevolg zijn....

vallen kan een gevolg zijn van welke aandoeningen?

CGA bestaat uit

1. algemeen:  

medische voorgeschiedenis, medicatie

2. anamnese:

speciale/ tractus , hetero, functionele, sociale.

CGA bestaat uit

3. lichamelijk onderzoek:

algemeen en neurologisch, psychiatrisch, functioneel.

4. aanvullend onderzoek:

klinimetrie, laboratorium, ECG.

voorbeelden

er wordt gebruik gemaakt van verschillende instrumenten.

hierbij kan er een goed beeld gevormd worden.

uit deze resultaten kan er een gedegen preventie of behandeling gestart worden

hier volgen wat voorbeelden....

welke aanvullende bloedonderzoeken kunnen er plaats vinden?

bloed onderzoeken

• leuko's
• vitamine
•  trombo's
• nierfunctie
• schildklierfunctie
• glucose
• etc...

na de CGA

er wordt een SAMPC (probleemlijst) opgesteld met de belangrijkste punten.

• Sociaal
• ADL/ mobiliteit
• Maatschappelijk
• Psychisch
• Communicatie