H7.3

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 7: eten

- Kauwgom/snoep in de prullenbak...

- Boek, aantekeningenschrift en etui op tafel...

- Tas van tafel 

Deze les

• Leerdoelen paragraaf 7.3
  
• Uitleg 
• Aan de slag
• Afsluiting

7.3 leerdoelen

-  Je weet hoe een lichaamscel is opgebouwd. 

- Je weet welke voedingsstoffen dienen als bouwstof en je kan hier voorbeelden van geven. 

- Je weet welke beschermende stoffen je nodig hebt en je kan hier voorbeelden van geven. 

- Je kunt verschillende eetstoornissen benoemen. 

Waarom verbrand je ook energie in je slaap?

Hoe ziet een lichaamscel eruit? 

Je lichaam bestaat uit cellen (kleine bouwstenen van je lichaam)

1. Celkern: Regelsysteem van de cel

2. Celplasma: Bestaat uit water en voedingsstoffen, zorgt voor de vorm 

3. Celmembraan: Vlies om de cel 

Bouwstoffen

1. Eiwitten: Je cellen bestaan uit eiwitten, nodig om nieuwe cellen aan te maken. 

2. Water: Afvalstoffen afvoeren en het cytoplasma behouden. 

3. Vetten: Celmembraan bestaat uit vetten. 

4. Mineralen: calcium (kalk) is nodig voor je

     botten en ijzer voor de aanmaak van 

     nieuwe bloedcellen. 

Aan de slag

Lezen: paragraaf 7.3 (blz. 26 t/m 28)
Maken: opdracht 1 t/m 8  (blz. 26 t/m 28)
Niet af? Dan is het huiswerk voor dinsdag 18oktober.

Al klaar? Maak opdracht  9

Rood licht = in stilte werken.
Oranje licht = alleen op fluisterniveau overleg met je buurman of buurvrouw

                             en niet lopen door het lokaal.
Groen licht = rustig praten en samenwerken.

Afsluiting

Wie weet het nog?

Huiswerk: 

Lezen: paragraaf 7.3 (blz. 26 t/m 28)

Maken: opdracht 1 t/m 8 (blz. 26 t/m 28)

De volgende les:

Gaan we deze les herhalen en verder met de lesstof uit paragraaf 7.3

Zijn er nog vragen?

Waarvoor heb je beschermende stoffen nodig? 

Vitaminen: Beschermen je lichaam tegen ziekten.

           13 verschillende soorten vitaminen met elk een eigen taak. 

Mineralen: Bouwstof en een beschermende stof

                                Kan je nog voorbeelden opnoemen? 

Eetstoornissen 

Het zit in je hoofd!

Anorexia

• Verslaafd aan afvallen 
• Zien zichzelf dikker dan ze zijn
  

Boulimia

• Vreetbuien 
• Overmatig sporten, braken of laxeermiddelen
• Normaal gewicht 

Aan de slag

Lezen: paragraaf 7.3 (blz. 29 t/m 31)
Maken: opdracht 1 t/m 16  (blz. 26 t/m 31)
Niet af? Dan is het huiswerk voor dinsdag 18 oktober.

Al klaar? Test Jezelf en huiswerk van dinsdag 

Rood licht = in stilte werken.
Oranje licht = alleen op fluisterniveau overleg met je buurman of buurvrouw

                             en niet lopen door het lokaal.
Groen licht = rustig praten en samenwerken.

Afsluiting

Wie weet het nog?

Huiswerk: 

Maken: opdracht 1 t/m 16 (blz. 26 t/m 31)

De volgende les:

Gaan we deze les herhalen en verder met de lesstof uit paragraaf 7.4

Zijn er nog vragen?