LE 4.1 Laatste les herhaling

• Trainingskunde
• MBO
• Studiejaar 1

Trainingskunde

Herhaling alle stof LE 4.1

Hart + Bloedsomloop

Het hart + toevoer 

Het bloed bestaat uit meerdere elementen;

• Bloedplasma (55%)
• Rode bloedcellen, zuurstofhuishouding, bindt zuurstof.
• Witte bloedcellen,
    beschermen tegen schadelijke stoffen en ziekteverwekkers
• Bloedplaatjes, stollen van het bloed -> korstjes bij een wond
    Samen 45 %
  
  
• Glucose, eiwit, hormonen en vitaminen
  

Waarom is bloed van grote waarde?

Voor sporters is het bloed van grote waarde

• Bloed transporteert belangrijke stoffen
• Zonder bloed kan de sporter geen O2 naar de spieren vervoeren
• Afvoeren van de afvalstoffen
• Constante temperatuur
• Beschermt tegen schadelijke invloeden

Bloedsomloop

• Kleine bloedsomloop
• Grote bloedsomloop 

Wat is het "school" voorbeeld van een gezonde bloeddruk?

1. 100 om 80
2. 120 om 80
3. 120 om 100
4. 100 om 100

Waar komt het zuurstof arme bloed binnen in het hart?

1. Rechter kamer
2. Linker kamer
3. Rechter boezem
4. Linker boezem

Je huid vormt een vitamine onder invloed van de ultraviolette straling uit zonlicht.
Welke vitamine ontwikkelt je huid?

Bloeddruk

• Bovendruk: de druk in de slagaderen als het hart pompt.
• Onderdruk: de druk in de slagaderen als het hart ontspant. 
• 120-80 mmHg 

Gaswisseling

Hartslag

• Hartfrequentie (HF): aantal slagen per minuut 
• Slag volume (SV): Hoeveelheid bloed per slag in het hart
• Hartminuutvolume (HMV): Hoeveelheid bloed per minuut in het hart.  
• HMV = SV x HF

Luchtwegen

Mond-/Neusholte

Keelholte

Luchtpijp

Bronchiën

Bronchiolen

Longblaasjes

In de Longblaasjes vindt gaswisseling plaats met de longhaarvaten

Rest van de luchtwegen = de "dode ruimte"

longblaasjes

longen

brochien

brochiolen

luchtpijp

Ademen via NEUS of via de MOND?

IN DE NEUS:

Lucht wordt vochtig gemaakt

Lucht wordt verwarmd

Lucht wordt gezuiverd

Lucht wordt gekeurd

Borstademhaling / Buikademhaling

• Borstademhaling: Tussenrib spieren begeleiden de ademhaling. (hoge ademhaling)
• Buikademhaling: Ademhaling wordt geregeld door het middenrif 

Ademhaling

BORST-ademhaling:

Inademen:

- borst en ribben omhoog

- borstholte wordt groter 

- longen worden groter

- lucht stroomt naar binnen

Uitademen:

- borst en ribben omlaag

- borstholte wordt kleiner

- longen worden kleiner

- lucht stroomt naar buiten

BUIK-ademhaling:

Inademen:

- middenrif omlaag

- borstholte wordt groter 

- longen worden groter

- lucht stroomt naar binnen

Uitademen:

- middenrif omhoog

- borstholte wordt kleiner

- longen worden kleiner

- lucht stroomt naar buiten

Als we inademen wat nemen we dan op?

1. H20/zuurstof
2. H20/ water
3. O2/ Zuurstof
4. O2/ Water

Spijsvertering

0

Waar wordt gal gemaakt?

1. Lever
2. Maag
3. Alvleesklier
4. Dunne darm

De slokdarm is een gespierde buis van ongeveer 30 cm die loopt van keel tot maag. 

de spieren zorgen er actief voor dat voedsel naar je maag gaat. 

bij de overgang van de slokdarm naar maag zit een klein sluitspiertje. Dit spiertje zorgt ervoor dat de maaginhoud niet omhoog komt.

Voedsel komt na de mond in de:

1. Endeldarm
2. Alvleesklier
3. Schildklier
4. Slokdarm

Voedsel komt na de slokdarm in de:

1. Endeldarm
2. Alvleesklier
3. Maag
4. Dikkedarm

Zenuwstelsel

Zenuwstelsel

Taken van het zenuwstelsel:

• Zorgt voor een samenwerking tussen de verschillende delen van het lichaam.
• Brengt ons via de zintuigen in contact naar de buitenwereld.
• Zorgt voor ons bewustzijn.
• Werktuig van ons verstand en vrije wil 

Zenuwstelsel indeling

Centrale zenuwstelsel 

De hersenen

Perifeer zenuwstelsel (PZS)

Zenuwbanen

Hoe noemen we het rode gedeelte in het zenuwstelsel?

1. Het zenuwstelsel
2. De zenuwen
3. Het centrale zenuwstelsel
4. Het hersenstelsel

Je darmwerking wordt geregeld door...

1. Het onwillekeurige zenuwstelsel
2. Je willekeurige zenuwstelsel
3. Je animale zenuwstelsel
4. Geen van allen