Hoofdstuk 10 - Bij de fietsenmaker

• N
• ISK

Hoofdstuk 10 Bij de fietsenmaker

Vandaag

1. Kort kennismaken

2. Bespreken (voorlopige) studiewijzer

3. Terugkijken op TOA-toets en schrijven van een advertentie voor marktplaats

2. Herhalen soft-ketchup en imperfectum

3. Starten met hoofdstuk 10 'Bij de fietsenmaker' (vocabulaire)

Kort kennismaken! Ik ben Yvonne. Wie ben jij?

Kennismaken met elkaar!

Opdracht: interview elkaar in tweetallen.

Terugkijken op TOA-toets en schrijven van een advertentie voor marktplaats

Herhalen Soft-ketchup (perfectum)

Grammatica Soft-ketchup

1. kijk naar het hele werkwoord

2. haal en weg

3. schrijf de ik-vorm

4. staat de laatste letter van het hele werkwoord - en

in Soft-ketchup?

 Ja?     + te                               Nee? + de

 

Grammatica Soft-ketchup

werkwoord: dansen

1. kijk naar het hele werkwoord

2. haal en weg  (dans)  

3. schrijf de ik-vorm: dans

4. staat de laatste letter van het hele werkwoord - en

in Soft-ketchup?

 Ja?     + te                               Nee? + de

      danste

 

Grammatica Soft-ketchup

werkwoord: wonen

1. kijk naar het hele werkwoord

2. haal en weg  (won)  

3. schrijf de ik-vorm: woon

4. staat de laatste letter van het hele werkwoord - en

in Soft-ketchup?

Ja?     + te                               Nee? + de

      woonde

 

Regelmatige werkwoorden (regular verbs)

Quiz!

Gisteren ... (schrobben) hij de hele dag.

Gisteren ... (blaffen)de hond de hele dag.

Gisteren(vegen).... ik vloer.

Gisteren ...... (verhuizen) wij mijn tafels en stoelen.

Sterke werkwoorden 

Quiz!

Hij ... gisteren de hele dag. (drinken)

Zij ... gisteren 3 boeken. (lezen)

Gisteren ... hij de hele dag in een Ferrari ... (rijden)

Vorige maand .... ik twee weken in Italië. (zijn)

Waar .... jij vorige keer? (zitten)

Gisteren ..... zij bij Mila. (slapen)

Zij ...... gisteren in de Maas. (zwemmen)

Taylor Swift ... gisteren mooi prachtig. (zingen)

Dus..

Tegenwoordige tijd = Ik woon nu in Nederland

Imperfectum = Ik woonde in Nederland

Werkblad 3.17 B (van A tot zin)

Werkblad 3.18 D (van A zot zin)

Hoofdstuk 10 'Bij de fietsenmaker'

Fiets - Fietsenmaker

Kun je fietsen?

Hebben jullie een fiets?

Wat voor fiets heb je?

Zouden jullie voortaan fietsen naar jullie beroep of studie?

Is fietsen ook belangrijk in jullie oorspronkelijke landen?

Luisteropdracht

1. Waar komt Khalil vandaan?

2. Waar woont Khalil nu?

3. Welke kleur heeft de fiets die Khalil maakt?

4. Wat maakt Khalil aan deze fiets?

5. Verkoopt Khalil ook een nieuwe buitenband?

Dialoog H.10 bladzijde 143

Opdracht: vorm tweetallen en lees samen de dialoog. Wissel van karakter. 

Klaar?

Woordenlijst bekijken en opdracht 1 maken

Opdracht bespreken

Dialoog H.10 p.129-130

Opdracht: vorm tweetallen en lees samen het dialoog. Wissel van karakter. 

Klaar?

Woordenlijst bekijken en opdracht maken

Opdracht bespreken

Cursisten maken opdracht 2

Betekenen vs bedoelen

Betekenen (betekenis) = meaning of a word/sentence/symbol

Wat betekent het woord 'gezellig'?

Een rood verkeerslicht betekent dat je moet stoppen.

Bedoelen (bedoeling) = to represent a goal/an intention

Ik heb geen idee wat hij bedoelt.

Wat is de bedoeling van de vergadering.

Je zegt veel. Wat bedoel je?

Iedereen is geslaagd. Dat ... dat ik ook een voldoende heb

1. betekent
2. bedoelt

Niemand luistert naar mij. Wat ... je daar precies mee?

1. beteken
2. bedoel

Een van jullie mag mee. Wie ... je?

1. beteken
2. bedoel

Het is inderdaad raar dat de telefoon nu al stuk is. ... u dat ik mijn geld terugkrijg?

1. beteken
2. bedoel

Er staat rond die tijd altijd veel file. Dat ... dat we op tijd moeten vertrekken.

1. beteken
2. bedoel

Ik snap niet helemaal wat je daarmee wilt zeggen. Ik ... dat je gezonder moet eten

1. beteken
2. bedoel

Terugkijken op TOA-toets en schrijven van een advertentie voor marktplaats

Zelfstandige opdracht

Gatentekst maken (uitdelen)

Tekst bespreken

Samen maken

Opdracht 6

Imperfectum

Het regende gisteren en het was een beetje glad

Ik fietste weg van onze praktijk, wilde rechts afslaan en gleed weg.

Ik mankeerde zelf niets, maar mijn fiets wel. 

Werkwoord fietsen

1. kijk naar de consonanten in soft-ketchup +x

2. kijk naar de stam van het woord (fiets)

3. is de laatste letter van de stam een consonant? --> ge + stam + te(n) (fiets --> fietste(n))

4. Is de laatste letter van de stam een andere consonant of vocaal? --> ge + stam + d

Werkwoord mankeren

1. kijk naar de consonanten in soft-ketchup +x

2. kijk naar de stam van het woord (mankeer)

3. is de laatste letter van de stam een consonant? --> ge + stam + te(n) 

4. Is de laatste letter van de stam een andere consonant of vocaal? --> ge + stam + d (mankeer--> mankeerde(n))

Maak zinnen in het imperfectum

Gebruik de onderstaande woorden:

- verhuizen

- praten

- werken

- reizen

- maken

Imperfectum Onregelmatige werkwoorden

Bijlage 3 in het boek.

Uit je hoofd leren!

Maak zinnen in het imperfectum

Gebruik de onderstaande woorden:

- lezen

- lopen

- zijn 

- gaan

- brengen

Schrijfopdracht

Wat heb jij afgelopen weekend gedaan? (gebruik perfectum)

Opdracht 7 + 8 grammatica

Maken

Maken opdracht 9 + 10

Spreekopdracht tweetallen

Opdracht 11

Opdracht 13 tekst samen maken

+ opdr. 14

Extra (schrijf- en spreek)opdrachten

Schrijf in tweetallen een verhaal met de woorden die je kunt vinden op pagina 143 en 144.

Extra luisteropdrachten

https://nt2taalmenu.nl/nt2-a1-oefeningen-2/#a1-luisteren (luisteropdrachten)

https://nt2taalmenu.nl/nt2-a1-menu/ (op deze website kun je ook andere oefenopdrachten, zoals grammatica of lezen, maken)

https://www.nl.ver-taal.com/cultuur.htm (luisteropdrachten muziek)

https://www.nl.ver-taal.com/spotjes.htm (luisteropdrachten boodschappen doen)

https://sites.google.com/vocvo.be/leeromgeving-nieuw-leven/oefeningen (Verschillende luisteropdrachten leeromgeving Nieuw Leven)

https://virtueletraining.com/luisteren/verhalen/ (luisteropdrachten verhalen)