§11.5 - Erfelijke aandoeningen

Laptop op tafel, 
start Lesson-up
Werkboek op tafel

1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Laptop op tafel, 
start Lesson-up
Werkboek op tafel

Slide 1 - Diapositive

Deze les
  • Herhaling 11.4
  • Kennis maken met begrippen en leerdoelen 11.5
Zorg dat je in les zit via de klassen

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Albinisme wordt veroorzaakt door een recessief gen, het dominante gen geeft geen albinisme. Wanneer kunnen kinderen albinisme krijgen?
A
Als de ene ouder homozygoot domininant is en de andere homozygoot recessief.
B
Als de ene ouders homozygoot dominant is en de andere heterozygoot.
C
Als beide ouders heterozygoot zijn.

Slide 4 - Quiz

Leerdoelen 11.5
  • Je kunt een stamboom maken. 
  • Je kunt uitleggen hoe aangeboren aandoeningen ontstaan. 
  • Je kunt uitleggen wanneer je naar een erfelijkheidsvoorlichter moet gaan. 

Iedereen maakt een begrippenlijst van 11.5

Keuze: Werkboekvragen 11.5 maken of 
Lessonup verder doorwerken en gedeelte maken.


Slide 5 - Diapositive

Hoe maak je een stamboom?







Stamboom erfelijkheidsonderzoek: fenotype voor een bepaalde eigenschap.

Slide 6 - Diapositive

Doen!

Opdracht 4, 5, 7

Slide 7 - Diapositive

Het gen voor krullend haar is dominant (A), dat voor steil
haar is recessief (a). Een vrouw die homozygoot is voor steil
haar krijgt vier kinderen van een man met krullend haar
(zie afbeelding). Wat is het fenotype van kind P?

Slide 8 - Question ouverte

Uit de resultaten van één bepaalde
kruising is met zekerheid af te leiden,
dat het gen voor korte haren
dominant is. Welke kruising is dit?
A
kruising 1 x 2
B
kruising 3 x 4
C
kruising 5 x 6

Slide 9 - Quiz

Aangeboren afwijkingen
Een aangeboren afwijking kan ontstaan door:

1. Een fout in een gen: erfelijke aandoening
2. Een fout bij de vorming van geslachtscellen
3. Schadelijke stoffen of ziekteverwekkers

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Op welke drie manieren kunnen aangeboren afwijkingen ontstaan?

Slide 13 - Question ouverte

Het skelet van de mens, zoals het er nu uitziet, is volgens de evolutietheorie ontstaan uit het skelet van voorouders door veranderingen in het erfelijk materiaal. Hoe wordt zo'n verandering in het erfelijk materiaal genoemd?

Slide 14 - Question ouverte

Doen!

Opdracht 9, 11, 12

Slide 15 - Diapositive

Erfelijkheidsvoorlichting
Als er een erfelijke aandoening in je familie voorkomt kan je een erfelijkheidsonderzoek laten uitvoeren.

Stap 1: dragerschaponderzoek. Een drager heeft het ziekmakende gen wel, maar is zelf niet ziek. 
recessief overervende aandoening

Slide 16 - Diapositive

Erfelijkheidsvoorlichting
Bron 9 - Recessief overervende aandoening, beide ouders zijn heterozygoot.

Bron 10 - Dominant overervende aandoening, vader is heterozygoot. Kans op overerving is 50%.

Slide 17 - Diapositive

Wanneer is iemand een drager van een ziekte?

Slide 18 - Question ouverte

De ziekte van Huntington is een erfelijke aandoening
die bepaalde delen van dehersenen aantast. Hiernaast is
van twee verschillende personen een chromosomenpaar
afgebeeld. De genen die bepalen of iemand de ziekte wel
of niet heeft, zijn aangegeven met letters.
Is het gen voor de ziekte dominant of recessief?
A
Het gen is dominant
B
Het gen is recessief
C
Dit is niet uit de gegevens op te maken

Slide 19 - Quiz

Ken je de leerdoelen?
  • Je kunt een stamboom maken. 
  • Je kunt uitleggen hoe aangeboren aandoeningen ontstaan. 
  • Je kunt uitleggen wanneer je naar een erfelijkheidsvoorlichter moet gaan. 

Je hebt in je werkboek de volgende vragen gemaakt: 4, 5, 7, 9, 11 en 12



Slide 20 - Diapositive