Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
uitleg en vragen intermediaire kruisingen
Slide 1 - Diapositive
uitleg
Soms zijn de allelen van een gen allebei even sterk.
Je hebt dan dus niet 1 dominant allel en 1 recessief allel
maar
2 allelen die codominant zijn (dus allebei tot uiting komen)
bv: P krullend haar x steil haar
F1 slag in het haar
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
hoe schrijf je intermediair op?
je moet meerdere letters gebruiken, maar het moet wel duidelijk om 1 eigenschap gaan. Daarom gebruiken we voor de eigenschap zelf 1 bepaalde letter bv H voor haar B voor bloemkleur of V voor vacht. Daar zetten we een letter achter die het allel weergeeft.
Dus HsHs is steil haar
HkHk is krullend haar
HkHs is slag in het haar
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
welke eigenschap is intermediair?
A
krullend haar
B
stijl haar
C
slag in het haar
Slide 6 - Quiz
Twee mensen met slag in het haar krijgen kinderen. Hoe groot is de kans op krullend haar bij de F1?
A
0%
B
25%
C
50%
D
75%
Slide 7 - Quiz
Welke fenotypen verwacht je in de F1 als de ouders beide krullend haar hebben?
A
alleen krullend haar
B
krullend en slag
C
krullend slag en steil
D
krullend en steil
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Diapositive
Een roze bloem K(r)K(w) kruist met een witte bloem K(w)K(w). Wat is de kans op roze nakomelingen?
A
0%
B
25%
C
50%
D
75%
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Vidéo
Slide 12 - Diapositive
Bij honden heb je witte, zwarte en gevlekte dieren. Gevlekt is intermediair. Welk genotype past bij gevlekt
A
VGvG
B
VgVg
C
VwVz
D
Gg
Slide 13 - Quiz
Stel een gevlekte hond kruist met een witte hond. Welke fenotypen verwacht je in de F1?
A
wit
B
zwart
C
wit en gevlekt
D
gevlekt en zwart
Slide 14 - Quiz
Stel een witte en een gevlekte hond krijgen nakomelingen. In welke verhouding komen de fenotypen wit en gevlekt voor in de F1?
A
2:1
B
1:2
C
1:1
D
1:3
Slide 15 - Quiz
Kunnen een zwarte en gevlekte hond samen een witte nakomeling krijgen?
A
ja
B
nee
Slide 16 - Quiz
In een nestje puppies zijn witte en zwarte nakomelingen. Wat is het genotype van de ouders?
A
VwVw en VzVz
B
VwVz en VzVw
C
VwVw en VzVw
Slide 17 - Quiz
Hoe komt het dat er geen gevlekte nakomelingen waren bij de vorige kruising?
A
toeval
B
dat kan gewoon niet
Slide 18 - Quiz
Een plantensoort komt voor in drie kleuren. Geel, rood en groen. De groene kleur is een intermediaire eigenschap. Je ziet hieronder 4 kruisingen. Welke kruising klopt niet?