Taal Blok 4 Les 15 voltooid deelwoorden

Taal 
blok 4 les 15
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 6

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Taal 
blok 4 les 15

Slide 1 - Diapositive

voorkennis activeren

Slide 2 - Diapositive

Vandaag is het koud, ..... ik ben mijn handschoenen vergeten.
A
en
B
want
C
dus
D
maar

Slide 3 - Quiz

Ik houd niet van spruitjes, ..... ze zijn bitter van smaak.
A
en
B
want
C
dus
D
maar

Slide 4 - Quiz

Opa zit op de bank ..... leest een boek.
A
en
B
want
C
dus
D
maar

Slide 5 - Quiz

Mira is bang om te vallen ..... ze durft niet in de boom te klimmen.
A
en
B
want
C
dus
D
maar

Slide 6 - Quiz

leerdoel
Ik kan van twee zinnen een zin maken.

Ik wil een boterham smeren. Ik heb honger. 
Ik wil een boterham smeren, want ik heb honger.

Slide 7 - Diapositive

instructie
.

Slide 8 - Diapositive

samen oefenen

Slide 9 - Diapositive

Vul het goede woord in.
Kies uit: dus - en - maar - of -want.
Ik ga naar het buitenzwembad, ..... het is warm.

Slide 10 - Question ouverte

Vul het goede woord in.
Kies uit: dus - en - maar - of -want.
De school gaat bijna beginnen, ..... ik moet snel zijn.

Slide 11 - Question ouverte

Vul het goede woord in.
Kies uit: dus - en - maar - of -want.
Er draaien leuke films, ..... niet de film die ik wil zien.

Slide 12 - Question ouverte

Vul het goede woord in.
Kies uit: dus - en - maar - of -want.
Wil je een glas water ..... appelsap.

Slide 13 - Question ouverte

Vul het goede woord in.
Kies uit: dus - en - maar - of -want.
Bij de kassa krijg ik wisselgeld ..... een bonnetje.

Slide 14 - Question ouverte

Klopt deze zin?
Ik kan goed zwemmen, maar ik heb de zwemwedstrijd gewonnen.
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

Klopt deze zin?
Ik ga op voetbal, want ik speel graag met een bal.
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quiz

Klopt deze zin?
Ik maak graag grapjes, dus ik vertel veel moppen.
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quiz

Klopt deze zin?
Wil je een film kijken en een spel spelen?
A
ja
B
nee

Slide 18 - Quiz