Les 4: dagen, weken, jaren

Dagen van de week
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Dagen van de week

Slide 1 - Diapositive

Dagen van de week
een week - de weken
een dag - de dagen

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive


Welke dag is het vandaag (today)?

Slide 5 - Question ouverte


Welke dag is het morgen (tomorrow)?

Slide 6 - Question ouverte


Welke dag was het gisteren (yesterday)?

Slide 7 - Question ouverte


Welke dag is het overmorgen (day after tomorrow)?

Slide 8 - Question ouverte

Op welke dagen ga je naar school?

Slide 9 - Question ouverte

Op welke dagen is er geen school?

Slide 10 - Question ouverte

Welke 2 dagen zijn samen het weekend?
A
Vrijdag en zaterdag
B
Zondag en maandag
C
Zaterdag en zondag
D
Vrijdag en zondag

Slide 11 - Quiz


Hoeveel (how many) dagen zitten er in één week?

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Diapositive


Welke maand is het?

Slide 14 - Question ouverte


Volgende maand is het ...

Slide 15 - Question ouverte


Vorige maand was het ...

Slide 16 - Question ouverte


De eerste maand van het jaar is ...
A
februari
B
november
C
augustus
D
januari

Slide 17 - Quiz


De vijfde maand van het jaar is ...
A
juni
B
mei
C
april
D
juli

Slide 18 - Quiz


De achtste maand van het jaar is ...
A
juli
B
september
C
augustus
D
oktober

Slide 19 - Quiz


De elfde maand van het jaar is ....

Slide 20 - Question ouverte


De kortste maand is ...
A
december
B
juni
C
mei
D
februari

Slide 21 - Quiz

Hoeveel dagen zitten er in een maand?

(2 antwoorden!)

Slide 22 - Question ouverte

In welke maand is het Sinterklaasfeest?
A
december
B
juli
C
september
D
maart

Slide 23 - Quiz


In welke maand begint de zomervakantie?
A
mei
B
juni
C
juli
D
augustus

Slide 24 - Quiz

Hoeveel maanden zitten er in een jaar?

Slide 25 - Carte mentale

Welke maand vind jij het leukst? Waarom?

Slide 26 - Carte mentale

Wat heb je geleerd?

Slide 27 - Carte mentale