9.1 Reactiesnelheid


    9.1 Reactiesnelheid  
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon


    9.1 Reactiesnelheid  

Slide 1 - Diapositive

Weet je het nog?
Noteer de 5 factoren die van invloed zijn op de reactiesnelheid. 
Geef hierbij ook aan hoe ze de snelheid beïnvloeden (gebruik het botsende-deeltjesmodel en de activeringsenergie)

Slide 2 - Diapositive

Effectieve botsing
Voor een reactie is een effectieve botsing nodig. Als moleculen van de beginstoffen met voldoende snelheid en op de juiste plek tegen elkaar botsen vindt er een chemische reactie plaats. 

Slide 3 - Diapositive

Reactiesnelheid verhogen
Snelheid van een reactie verhogen:
  • Temperatuur verhogen
  • Concentratie vergroten
  • Verdelingsgraad verhogen
  • Katalysator toevoegen

Slide 4 - Diapositive

Katalysator
Katalysator zorgt ervoor dat de activeringsenergie ( Eact) wordt verlaagd.

Slide 5 - Diapositive

Reactiesnelheid berekenen

Slide 6 - Diapositive

Voorbeeld
  • concentratieverandering: 8,0 x 10-2    -     7,1 x 10-2 = 9,0 x 10-3
  • gemiddelde snelheid = 9,0 x 10-3 / 10 = 9,0 x 10-4 mol/L.s

Slide 7 - Diapositive

Wat is een effectieve botsing?
A
Een botsing van deeltjes waarbij geen reactie plaats vindt.
B
Elke botsing van deeltjes.
C
Een botsing van deeltjes die een reactie laat plaatsvinden.

Slide 8 - Quiz

Aan welke voorwaarden moeten deeltjes voldoen voor een effectieve botsing?
A
Ze moeten op de juiste plaats botsen
B
Ze moeten met voldoende snelheid botsen bij de juiste temperatuur.
C
Ze moeten op kamertemperatuur botsen op de juiste plaats
D
Ze moeten met voldoende snelheid op de juiste plaats botsen

Slide 9 - Quiz

Welk van de methoden om reactiesnelheid te beïnvloeden kan niet worden verklaard met het botsende deeltjes model?
A
Verdelingsgraad
B
Concentratie
C
Temperatuur
D
Katalysator

Slide 10 - Quiz

De reactiesnelheid is hoger bij
A
Hoge temperatuur
B
Lage temperatuur

Slide 11 - Quiz

Met schoonmaakazijn kun je kalk verwijderen. Er ontstaan daarbij gasbellen. Wat is de invloed van de concentratie azijnzuur op de hoeveelheid gasbelletjes die ontstaan in een bepaalde tijd?
A
een hogere concentratie azijnzuur -> minder belletjes
B
een hogere concentratie azijnzuur -> meer belletjes
C
concentraties azijnzuur -> geen invloed op hoeveelheid belletjes

Slide 12 - Quiz

Welke manier om een reactie te versnellen kun je slechts bij een specifieke reactie toepassen?
A
een katalysator
B
de verdelingsgraad
C
de temperatuur
D
de concentratie

Slide 13 - Quiz

De reactiesnelheid is lager bij
A
een grotere verdelingsgraad
B
een kleinere verdelingsgraad
C
de verdelingsgraad is niet van invloed

Slide 14 - Quiz

Aantekening

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Deeltjesmodel
  • iedere stof is uit hele kleine deeltjes opgebouwd, meestal moleculen
  • iedere stof heeft zijn eigen molecuulsoort
  • moleculen bewegen voortdurend
  • moleculen trekken elkaar aan 

Slide 17 - Diapositive