3.2 bacteriën en schimmels

3.2 bacteriën en schimmels
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

3.2 bacteriën en schimmels

Slide 1 - Diapositive

Even herhalen

Slide 2 - Diapositive

In welke vier rijken kunnen we organismen delen?

Slide 3 - Question ouverte

Bij welk organismen behoren deze cellen? Waarom denk je dat?

Slide 4 - Question ouverte

Bij welk organismen behoort deze cel? En waarom denk je dat?

Slide 5 - Question ouverte

Sleep de twee goede organismen naar de goede cel:
Dier
schimmel
Planten
bacteriën

Slide 6 - Question de remorquage

leerdoelen
3.2.1 Je kunt de kenmerken van bacteriën noemen.
3.2.2 Je kunt de kenmerken van schimmels noemen.
3.2.3 Je kunt beschrijven hoe bacteriën en schimmels nuttig zijn voor de mens en in de natuur.
3.2.4 Je kunt beschrijven hoe bacteriën en schimmels schadelijk kunnen zijn voor mensen.

Slide 7 - Diapositive

Bacteriën
- eencellig
- geen celkern
- geen bladgroenkorrels 
- Heel klein
- Om ze te kunnen zien heb je een 
   elektronen microscoop nodig

Slide 8 - Diapositive

Onder een schoolmicroscoop 
Onder een elektronenmicroscoop 

Slide 9 - Diapositive

Voortplanting bij bacteriën
- Voortplanten door deling 
- na de deling groeien ze door tot ze even groot zijn als oorspronkelijke cel. 
 






Slide 10 - Diapositive

Schimmels
- eencellig of meercellig 
- geen bladgroenkorrels 
- wel celwand 
- wel celkern
- eencellige = gisten
- meercellige bestaan uit schimmeldraden


Slide 11 - Diapositive

Eencellige schimmels
meercellige schimmel met schimmeldraad

Slide 12 - Diapositive

Voortplanting bij schimmels
- eencellige door deling.
- meercellig door sporen. 
- sporen zijn cellen waaruit een nieuwe schimmel kan ontstaan
- sporenorgaan (bijv. paddenstoel)
- Sporen ontstaan aan het einde van schimmeldraad


Slide 13 - Diapositive

aan het einde van schimmeldraad
sporenorgaan

Slide 14 - Diapositive

Nuttige schimmels en bacteriën 
- Meeste bacteriën en schimmels leven van dode resten van organismen. 
- Bacteriën en schimmels zijn reducenten.
- Sommige schimmels en bacteriën worden gebruikt bij het maken van voedingsmiddelen. 
- Bacteriën en schimmels worden ook gebruikt bij het maken van medicijnen/antibiotica. 
- Antibiotica = Medicijnen die bacteriën doden. Antibiotica worden gemaakt met behulp van schimmels.



Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Schadelijke bacteriën en schimmels
- Als er veel bacteriën en schimmels op ons voedsel komen, dan bederft het (voedselbederf).
- Voedsel conserveren om bederft tegen te gaan. 
- bacteriën en schimmels die je ziek kunnen maken (ziekteverwekkers). 


Slide 17 - Diapositive

Maken
blz. 210
opdracht 1 t/m 9
(Practicum hoeft niet!)

Slide 18 - Diapositive