N4_Thema Wonen taak 1

N4 thema Wonen taak 1
In deze taak ga je:


  • rekenen met procenten;
  • kortingspercentages  uitrekenen;
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

N4 thema Wonen taak 1
In deze taak ga je:


  • rekenen met procenten;
  • kortingspercentages  uitrekenen;

Slide 1 - Diapositive

Hoeveel procent suiker zit er in de pure chocoladepasta?

Slide 2 - Question ouverte

Uitleg
30 gram is  100%.
1% is 30 : 100 = 0,3 gram
18,6 gram suiker : 0,3 gram = 62

gram
30
0,3
62
%
100
1
18,6

Slide 3 - Diapositive

Restaurant de Eetkamer heeft op een avond 148 gasten.
33 gasten bestellen een vegetarisch menu. Hoeveel procent van de gasten bestelt een vegetarisch menu?
Rond af op hele procenten.

Slide 4 - Question ouverte

Uitleg
148 gasten is  100%.
1% is 148 : 100 = 1,48 gasten
33 gasten : 1,48 gasten = 22,297297
Afgerond wordt dat 22

gasten
148
1,48
22
%
100
1
33

Slide 5 - Diapositive

Nederland heeft 17 miljoen inwoners. Hoeveel miljoen Nederlands hebben een e-reader?
Geef het antwoord met 2 decimalen.

Slide 6 - Question ouverte

Uitleg
17 miljoen is 100%.
1% is 17.000.000 : 100 = 170.000
13% x 170.000 = 2.210.000
Afgerond op 2 decimalen wordt dat 2,21 miljoen

inwoners
17.000.000
170.000
2.210.000
%
100
1
13

Slide 7 - Diapositive

Bij een popconcert zijn 275 bezoekers.
68% van de bezoekers is onder de 18 jaar.
Hoeveel bezoekers van het popconcert zijn ouder dan 18 jaar?

Slide 8 - Question ouverte

Uitleg
275 is 100%.
1% is 275 : 100 = 2,75
32% van de bezoekers is ouder dan 18 jaar
32 x 2,75 = 88

bezoekers
275
2,75
88
%
100
1
32

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

De verpakking aardbeienijs bevat 180 ml aardbeienpuree. Hoeveel liter ijs zit er in de verpakking?

Slide 12 - Question ouverte

Uitleg
180 ml aardbeienpuree is 15%
1% is 180 : 15 = 12 ml
100% is 100 x 12 = 1200 ml
1200 ml is 1,2 liter
ijs
180
12
1200
%
15
1
100

Slide 13 - Diapositive

In Nederland spelen 2,4 miljoen mensen een muziekinstrument. Dat is 15% van de inwoners van 6 jaar of ouder. Hoeveel miljoen inwoners van 6 jaar of ouder zijn er in Nederland?

Slide 14 - Question ouverte

Uitleg
2,4 miljoen is 15%
1% is 2.400.000 : 15 = 160.000
100% is 100 x 160.000 = 16.000.000
160.000.000 = 16 miljoen
inwoners
2.400.000
160.000
16.000.000
%
15
1
100

Slide 15 - Diapositive

Marcel maakt 25% van zijn spaargeld over naar zijn betaalrekening. Hoeveel euro maakt Marcel over?

Slide 16 - Question ouverte

Uitleg
€ 312,76 is 100%
1% is € 312,76 : 100 = € 3,1276
25% is 25 x € 3,1276 = € 78,19
312,76
3,1276
78,19
%
100
1
25

Slide 17 - Diapositive

Abdel doet mee met het programma "Race je slank". Hij is in 6 maanden 35 kilo afgevallen. Dit is 28% van zijn gewicht toen hij begon met het programma. Hoeveel kilogram woog Abdel toen hij begon met het programma?

Slide 18 - Question ouverte

Uitleg
35 kg is 28%
1% is 35 kg : 28 = 1,25 kg
100% is 100 x 1,25 kg = 125 kg
kg
35
1,25
125
%
28
1
100

Slide 19 - Diapositive

Myrthe heeft een kortingskaart waarmee ze 40% korting krijgt op het volle tarief voor de trein. Ze reist tweede klas.
Hoeveel moet Myrthe betalen voor een treinreis van Amsterdam naar Groningen?

Slide 20 - Question ouverte

Uitleg
Treinreis zonder korting is 100% is € 24,00
1% is € 24,00 : 100 = € 0,24
Myrthe betaalt 60% van de treinreis
60% is 100 x 1,25 kg = 125 kg
24
0,24
14,40
%
100
1
60

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Een luchtvaartmaatschappij vervoerde in maart in totaal 6,1 miljoen passagiers. In april was het aantal passagiers dat met de luchtvaartmaatschappij vliegt met 5% gestegen.
Hoeveel passagiers had de luchtvaartmaatschappij in april?
A
6,405
B
305.000
C
6.405.000
D
6.450.000

Slide 23 - Quiz

Uitleg
6,1 miljoen is 100%
1% is 6.100.000 : 100 = 61.000
5% is 5 x 61.000 = 305.000
Aantal passagiers in april is 6.100.000 + 305.000 = 6.405.000
passagiers
6.100.000
61.000
305.000
%
100
1
5

Slide 24 - Diapositive

Het stuk kaas bevat 60 gram vet. Hoeveel gram weegt het stuk kaas?
A
375
B
63,75
C
69,6
D
5.040

Slide 25 - Quiz

Uitleg
60 gram is 16%
1% is 60 gram : 16 = 3,75 gram
100% is 100 x 3,75 = 375 gram
gram
60
3,75
375
%
16
1
100

Slide 26 - Diapositive

Hoeveel duizend werklozen waren er in augustus in Nederland? Rond het getal af op een heel duizendtal.

Slide 27 - Question ouverte

Uitleg
683.000 werklozen is 100%
1% is 683.000 : 100 = 6.830 werklozen
1,6% is 1,6 x 6.830 = 10.928
683.000 - 10.928 = 672.072
Afgerond op een duizendtal wordt dat 672

gram
683.000
6.830
10.928
%
100
1
1,6

Slide 28 - Diapositive