M2: 4.1 - Een land om trots op te zijn

1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Welkom in de geschiedenisles!
De Eerste Wereldoorlog


4,1 - Een land om trots op te zijn

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo


Overleg in tweetallen
 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?(1)
  • Lesdoelen
  • Afronden paragraaf 4.1
  • Opdrachten nakijken
  • Opdrachten maken 
  • Afsluiting  

Slide 8 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het eind van deze les kun je:

  • Uitleggen waarom Europese landen een wereldoorlog  beginnen in 1914.

  •  Kun je indirecte oorzaken en de aanleiding voor een gebeurtenis uit de tekst halen.

  • Kun je korte termijn- en lange termijn gevolgen benoemen voor een gebeurtenis.

Slide 9 - Diapositive

Wat betekent het begrip nationalisme?
A
Erg trots zijn op je eigen land en volk
B
Erg teleurgesteld zijn in je eigen land en volk
C
Erg trots zijn op je eigen leger
D
Erg trots zijn op je eigen daden.

Slide 10 - Quiz

Wat betekent het begrip militairisme?
A
Erg trots zijn op je eigen land en volk
B
Erg teleurgesteld zijn in je eigen land en volk
C
Erg trots zijn op je eigen leger
D
Erg trots zijn op je eigen daden.

Slide 11 - Quiz

Oorzaken en gevolgen
Wat is een oorzaak?
  • De reden waarom iets gebeurd.

Wat is een gevolg? 

  • Wat er gebeurd.

Blz. 63

Slide 12 - Diapositive

Stel je voor.....
Gebeurtenis: 

Je heb de afgelopen anderhalf jaar enorm je best gedaan, je haalt hoge cijfers en de docenten zijn onder de indruk van je toewijding en inzet. Na weer boven de 8 te hebben gehaald krijg je het nieuws: Gefeliciteerd! Je gaat naar de Havo!

Slide 13 - Diapositive

Oorzaken
Aanleiding (directe oorzaak)
  • Het laatste wat er gebeurd voordat het gevolg begint.
  • *Hoge cijfers voor je laatste PTO'S

Indirecte oorzaak
  • Wat er al verder aan vooraf ging.
  • *Hard leren, goed je best doen, indruk maken op docenten.

Slide 14 - Diapositive

Gevolgen
Korte termijn gevolgen
  • Wat direct duidelijk is dat er gebeurd na de gebeurtenis.
  • Je gaat volgend jaar naar een nieuwe klas

Lange termijn gevolgen
  • Wat nu nog niet duidelijk is.
  • Je kunt na je middelbare direct naar het HBO

Slide 15 - Diapositive

Alfons de Kameel
  • Klassikaal nabespreken
  • Wat heb je gevonden?





Slide 16 - Diapositive

Heb je de opdracht over Alfons de kameel gemaakt?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quiz

Geef aan welke indirecte oorzaken je hebt gevonden in de tekst

Slide 18 - Question ouverte

Wat was de aanleiding voor de dood van Alfons?

Slide 19 - Question ouverte

Welke korte termijn- en lange termijn gevolgen heb je gevonden in de tekst?

Slide 20 - Question ouverte

Oorzaken en gevolgen zoeken
Gebeurtenis: WO1 breekt uit.
Lees de teksten (blz. 62 en 63):
  1. Militarisme
  2. Een nieuw land: Duitsland
  3. Bondgenoten

5 minuten aan de slag in tweetallen
Welke indirecte oorzaken voor het uitbreken van WO1 heb je gevonden?
Schrijf ze op in je schrift.

Slide 21 - Diapositive

Geef aan welke indirecte oorzaken je hebt gevonden in de teksten.

Slide 22 - Question ouverte








"De oorlog die alle 
oorlogen zou beëindigen"

Slide 23 - Diapositive

Oorzaak 1


Militarisme







  • Trots op alles wat met het eigen leger te maken heeft
  • Vertrouwen in de kracht van het eigen leger

Slide 24 - Diapositive

Oorzaak 2


Wapenwedloop







  • Vooral tussen Engeland en Duitsland ontstaat
    een felle strijd om wie de sterkste en meeste wapens heeft.

Slide 25 - Diapositive

Oorzaak 3

Nationalisme







  • Extreme trots op het eigen volk en land
  • 'Ons land is het beste!'

Slide 26 - Diapositive

Oorzaak 4


Duitsland ontstaat
1871







  • In één keer komt er een groot nieuw land bij

Slide 27 - Diapositive

Oorzaak 5


Bondgenootschappen







  • Economische en militaire afspraken tussen de landen: Wij helpen elkaar!

Slide 28 - Diapositive

1871 Het machtsevenwicht wordt nu verstoord

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Afrika in perspectief.
Afrika verdeeld over de Europese landen.

Slide 31 - Diapositive

Oorzaak 6


Modern imperialisme







  • Europese landen nemen grote delen van de wereld in.

Slide 32 - Diapositive

Alle oorzaken zorgen voor een explosieve situatie in Europa
Het wachten is op het aansteken van de lont...
Moord op Franz-Ferdinand

Slide 33 - Diapositive

Afsluiting
Aan het eind van deze les kun je:

  • Uitleggen waarom Europese landen een wereldoorlog  beginnen in 1914.

  •  Kun je indirecte oorzaken en de aanleiding voor een gebeurtenis uit de tekst halen.

  • Kun je korte termijn- en lange termijn gevolgen benoemen voor een gebeurtenis.

Slide 34 - Diapositive

Aanleiding

Gavrilo Princip vermoordt Franz-Ferdinand








De kroonprins van Oostenrijk-Hongarije bracht op 28 juni 1914 een bezoek aan de Bosnische stad Sarajevo. Daar wordt hij vermoord door de Bende van de Zwarte Hand.

Slide 35 - Diapositive

Aanleiding (directe oorzaak)

Gavrilo Princip vermoordt Franz-Ferdinand








De kroonprins van Oostenrijk-Hongarije bracht op 28 juni 1914 een bezoek aan de Bosnische stad Sarajevo. Daar wordt hij vermoord door Gavrilo Princip.

Slide 36 - Diapositive

Video
Van het een kwam het ander: 
Het startschot van de grote oorlog

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Vidéo

Vraag 3
a In Frankrijk, want de jongen rechts houdt een Franse vlag vast.
b Om te laten zien dat ze graag soldaten zouden zijn.
c De foto is wel militaristisch, want de kinderen laten zien dat ze trots zijn op soldaten en uniformen.
d Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Ja, want door de vlag vast te houden, laten de kinderen zien dat ze trots zijn op hun land.

Slide 39 - Diapositive

vraag 4
a Dikke Bertha is 6 à 7 meter hoog.
b Ja, want dan zouden de Franse lezers kunnen hoe modern en sterk het Duitse leger was. Dan zouden de Fransen wel twee keer nadenken voor ze Duitsland aanvielen!

Slide 40 - Diapositive

5
a Duitsland wilde meer macht hebben. Daardoor was er geen machtsevenwicht meer in Europa.
 Tussen 1815 en 1871 was er in Europa een machtsevenwicht tussen de landen.
b Duitsland wilde koloniën veroveren.
 Engeland wilde de machtigste op zee blijven.
c In bron 6 is te zien dat er in Afrika bijna alle gebieden al gekoloniseerd zijn.
d Bijvoorbeeld door koloniën van andere Europese landen af te pakken.
e Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Ja, want de kans bestond dat Duitsland een Engelse kolonie zou gaan aanvallen.


Slide 41 - Diapositive

6
a Als een land aan twee grenzen tegelijk moet vechten, moet het zijn leger splitsen. Dat leger is dan op beide plaatsen minder sterk dan wanneer het op één plek kan vechten.
b Door een korte oorlog in het westen Frankrijk verslaan en dan zo snel mogelijk naar het oosten trekken om daar Rusland te verslaan.

Slide 42 - Diapositive

Opdrachten
Paragraaf 4,1 - Een land om trots op te zijn
Opdrachten: 7 en 8 
LB blz. 62 en 63
WB blz. 122- 123
Klaar?
Quizlet, zie teams



Klaar?
Schrijf deze opdrachten in je planner!
timer
5:00

Slide 43 - Diapositive




Fijne dag!
Argonne, East (Marne). Four-de-Paris sector. The Godmother's package.
In a trench, an infantryman from the 363rd infantry regiment (reserve regiment of the 63rd RI) presents to his comrades the package of tin cans he has just received from his war godmother.

© Pierre Pansier/ECPAD/Défense

Color by Frédéric Duriez

Slide 44 - Diapositive