Actualiteit: Criminaliteit
1 / 23
La durée de la leçon est: 60 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Criminaliteit
Slide 2 - Carte mentale
Drugs criminaliteit
Slide 3 - Carte mentale
Slide 4 - Diapositive
Mensenhandel
Slide 5 - Carte mentale
Slide 6 - Diapositive
Cybercriminaliteit
Slide 7 - Carte mentale
Slide 8 - Diapositive
Geweldsmisdrijven
Slide 9 - Carte mentale
Slide 10 - Diapositive
Terrorisme
Slide 11 - Carte mentale
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Aangeleerd-gedragstheorie
A
Gelegenheid maakt dief!
B
Ze hebben verkeerd gedrag aangeleerd en denken daardoor dat crimineel gedrag normaal is.
C
Hij/zij heeft geen hechte band met mensen en heeft daardoor niks te verliezen.
D
De groep krijgt van de maatschappij het ''etiket'' crimineel opgeplakt.
Slide 15 - Quiz
Bindingstheorie
A
Hij/zij heeft geen hechte band met mensen en heeft daardoor niks te verliezen.
B
Het wordt ''belangrijk'' gevonden dat je succesvol bent. Dat lukt niet iedereen bijv. door armoede, dus wordt een deel crimineel om toch genoeg geld te hebben.
C
De groep krijgt van de maatschappij het ''etiket'' crimineel opgeplakt.
D
Ze hebben verkeerd gedrag aangeleerd en denken daardoor dat crimineel gedrag normaal is.
Slide 16 - Quiz
Rationele-keuze theorie
A
De groep krijgt van de maatschappij het ''etiket'' crimineel opgeplakt.
B
Hij/zij heeft geen hechte band met mensen en heeft daardoor niks te verliezen.
C
Ze hebben verkeerd gedrag aangeleerd en denken daardoor dat crimineel gedrag normaal is.
D
Gelegenheid maakt dief!
Slide 17 - Quiz
Etikettentheorie
A
Gelegenheid maakt dief!
B
De groep krijgt van de maatschappij het ''etiket'' crimineel opgeplakt.
C
Hij/zij heeft geen hechte band met mensen en heeft daardoor niks te verliezen.
D
Ze hebben verkeerd gedrag aangeleerd en denken daardoor dat crimineel gedrag normaal is.
Slide 18 - Quiz
Anomietheorie
A
Het wordt ''belangrijk'' gevonden dat je succesvol bent. Dat lukt niet iedereen bijv. door armoede, dus wordt een deel crimineel om toch genoeg geld te hebben.
B
Hij/zij heeft geen hechte band met mensen en heeft daardoor niks te verliezen.
C
Ze hebben verkeerd gedrag aangeleerd en denken daardoor dat crimineel gedrag normaal is.
D
Gelegenheid maakt dief!
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Vidéo
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
FEEDBACK
