mavo 1 quiz einde jaar

Wat is geen breuk?
A
B
C
D
1 / 29
suivant
Slide 1: Quiz
wiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Wat is geen breuk?
A
B
C
D

Slide 1 - Quiz

de uitkomst van
ligt tussen ...
23
A
2 en 3
B
3 en 4
C
4 en 5
D
5 en 6

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Diapositive

Vul je antwoord in.

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Diapositive

Quiz-vraag

Wat is de waarde van de 8 in het getal
480 300
A
tiental
B
honderdtal
C
duizendtal
D
tienduizental

Slide 6 - Quiz

Quiz-vraag

Rond het getal 35,46528 af op één decimaal
A
35,4
B
35,5
C
35,6
D
35,0

Slide 7 - Quiz

wat is dit?
A
schoteltje
B
langspeelplaat (voor muziek)
C
cd (voor muziek)
D
schaal

Slide 8 - Quiz

Quiz-vraag

Griet ziet een mooie trui van €79,50 en een sjaal van €9,95. Ze heeft drie briefjes van €20, vier briefjes van €5, vijf munten van €1 en drie muntjes kleingeld. Kan ze alles kopen?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz

Wat is de meest voorkomende naam van de wereld?
A
Steve
B
Thijs
C
Mohammed
D
Jan

Slide 10 - Quiz

Quiz-vraag

Alle leerlingen van M1b wachten op de lift. Per keer kunnen er zeven leerlingen mee. Hoe vaak moet de lift omhoog, voordat iedereen bij wiskunde is?
A
3
B
4
C
5
D
Neem de trap, dat is veel gezonder!

Slide 11 - Quiz

Quiz-vraag

Ik wil de vier muren van een kamer van 3,5m lang, 2,8m breed en 2,2m hoog schilderen. De deur en ramen zijn samen 3,2 m2.
Hoeveel potten verf voor 4,5m2 moet ik halen?
A
4
B
5
C
6
D
7

Slide 12 - Quiz

Waar staat RIVM voor?
A
Rijks Inlichtingendienst voor de Maatschappij
B
Rijksinstituut voor Maatschappij
C
Rijksinstituut Inlichtingen voor Milieu
D
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu

Slide 13 - Quiz

Quiz-vraag

Van de 837 leerlingen komt 45% met de fiets, 29% lopend, 17% met de scooter. De rest komt met het openbaar vervoer. Hoeveel leerlingen komen met het openbaar vervoer?
A
9%
B
75 leerlingen
C
76 leerlingen
D
74 leerlingen

Slide 14 - Quiz

Wat betekent dit icoon
in 'digitale taal'?
A
Een paperclip
B
Een ingewikkelde site
C
Een moeilijke formule
D
Een bijlage

Slide 15 - Quiz


A
Rock & Roll
B
Klassieke Muziek
C
Heavy Metal
D
Jazz

Slide 16 - Quiz

wat krijg je als je volgende som herleid:
5ab+6ab
A
30ab
B
11ab
C
je kunt dit niet herleiden

Slide 17 - Quiz

Wat zijn de coordinaten van punt N?
A
N(3,3)
B
N(-3,3)
C
N(-3,-3)
D
N(3,-3)

Slide 18 - Quiz

Welke punten hebben een
x-coördinaat van 2?
A
C en D
B
E en A
C
B en F
D
D en E

Slide 19 - Quiz

Hoe noem je punt (0,0)
ook wel?
A
Verticale as
B
Oorsprong
C
Horizontale as
D
Punt A

Slide 20 - Quiz

Welk getal is het kleinst?
A
-10
B
-5
C
-10,5
D
-1

Slide 21 - Quiz

Welke formule klopt?
A
A
B
B
C
C

Slide 22 - Quiz

Welke tabel heeft een regelmaat?
A
bovenste
B
middelste
C
onderste

Slide 23 - Quiz

Wanneer de schaal 1 : 200 000 is, betekent dit:
A
1 cm op de kaart is 200000 meter in werkelijkheid
B
1 cm op de kaart is 200000 cm in werkelijkheid
C
1 meter in werkelijkheid is 200000 cm op de kaart
D
1 meter in werkelijkheid is 200000 m op de kaart

Slide 24 - Quiz

Wat betekent ''Hakuna matata'' uit de Lion King?
A
Maak je niet druk
B
Heb geen zorgen
C
Kalmte kenmerkt de zeeman
D
Doe rustig vriend

Slide 25 - Quiz

Hieronder staan de rekenregels. Zet in juiste volgorde.
a) Wortels en Kwadraten
b) Vermenigvuldigen en Delen
c) Optellen en Aftrekken
d) Haakjes
A
a d b c
B
b c d a
C
d a b c
D
d b c a

Slide 26 - Quiz

97 Bekijk de tabel hiernaast.
Welke regelmaat zie je in de tabel?
A
Elk jaar groeit de boom 35 cm.
B
Elk jaar groeit de boom 40 cm.
C
Elk jaar groeit de boom 45 cm.
D
Elk jaar groeit de boom 175 cm.

Slide 27 - Quiz

Vanaf welke leeftijd mag je (legaal) een trekker besturen?
A
15
B
16
C
17
D
18

Slide 28 - Quiz

5.584.683 is afgerond op honderdduizenden
A
5.600.000
B
5.000.000
C
5.500.000
D
5.580.000

Slide 29 - Quiz