Ontkenning (niet/geen)

De ontkenning
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

De ontkenning

Slide 1 - Diapositive

Wim drinkt geen water.
Mijn broer werkt niet.
ONTKENNING = NEGATIEF

Slide 2 - Diapositive

Wanneer gebruik je geen?
1. Voor een de-woord of het-woord

2. Voor een wat woord






1. Wim drinkt geen water.
1. Ik heb geen zin in rekenen.
2. Diana heeft geen rode pen.
3. Ik heb geen auto.


Slide 3 - Diapositive

Wanneer gebruik je niet?
Khuzama werkt niet.
Ik wil niet slapen.
Na een doe-woord
Voor een 2de doe-woord
Belal is niet boos.
Voor een emotie
De kat ligt niet op de grond.
Voor een voorzetsel
Ali komt niet te laat.
Voor andere woorden

Slide 4 - Diapositive

We gaan oefenen!

Slide 5 - Diapositive

Ik kom ............ naar het feest.
A
niet
B
geen

Slide 6 - Quiz

Ik ben............ groot.
A
Niet
B
Geen

Slide 7 - Quiz

Ik woon ............ in Leuven.
A
Niet
B
Geen

Slide 8 - Quiz

Ik eet ............ dessert.
A
Niet
B
Geen

Slide 9 - Quiz

Ik koop ............ ijs.
A
Niet
B
Geen

Slide 10 - Quiz

Mijn huis is ............ klein.
A
Niet
B
Geen

Slide 11 - Quiz

Ik heb ............ agenda.
A
Niet
B
Geen

Slide 12 - Quiz

Ik wil ............ fietsen.
A
Niet
B
Geen

Slide 13 - Quiz

Ik ben ............ ziek.
A
Niet
B
Geen

Slide 14 - Quiz

Ik zoek ............ huis.
A
Niet
B
Geen

Slide 15 - Quiz

Vandaag hebben we .... huiswerk.
A
niet
B
geen

Slide 16 - Quiz

Onze buren zijn vandaag .... thuis.
A
niet
B
geen

Slide 17 - Quiz

De baby wil .... slapen.
A
niet
B
geen

Slide 18 - Quiz

Ik heb hier .... computer.
A
niet
B
geen

Slide 19 - Quiz

Waarom ben je .... op tijd?
A
niet
B
geen

Slide 20 - Quiz

Ik drink .... koffie.
A
niet
B
geen

Slide 21 - Quiz

Ik hou .... van koffie.
A
niet
B
geen

Slide 22 - Quiz

Zij heeft ........... zin in thee.
A
niet
B
geen

Slide 23 - Quiz

Wil ze ook .............. koekje?
A
niet
B
geen

Slide 24 - Quiz

Heb je ............... huiswerk gemaakt?
A
niet
B
geen

Slide 25 - Quiz

Heb je ............... boek meegenomen?
A
niet
B
geen

Slide 26 - Quiz

Maak een zin met 'niet'
timer
1:00

Slide 27 - Question ouverte

Maak een zin met 'geen'
timer
1:00

Slide 28 - Question ouverte

Nu is het aan jou! Maak nu zelf de zin negatief!


Vergeet je hoofdletters en je leestekens niet.

Slide 29 - Diapositive

Ik heb kinderen.

Slide 30 - Question ouverte

Ik ben getrouwd

Slide 31 - Question ouverte

Ik woon in Leuven.

Slide 32 - Question ouverte

Ik heb een potlood.

Slide 33 - Question ouverte

Ik kook graag.

Slide 34 - Question ouverte

Ik speel graag cricket.

Slide 35 - Question ouverte

Ik kom graag naar school.

Slide 36 - Question ouverte

Ik ben de leerkracht.

Slide 37 - Question ouverte

Ik heb een boekentas.

Slide 38 - Question ouverte

Ik kan een zin ontkennend maken --> geen of niet.
😒🙁😐🙂😃

Slide 39 - Sondage