Module 3 spelling - les 4 tussenletter

Mavo 4
Module 3 spelling - tussenletter

programma:
nakijken opdracht 1 en 2
extra oefenen tussenletter
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Mavo 4
Module 3 spelling - tussenletter

programma:
nakijken opdracht 1 en 2
extra oefenen tussenletter

Slide 1 - Diapositive

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
spinnenwiel
B
spinnewiel
C
spinne-wiel

Slide 2 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
fabriekssirene
B
fabrieksirene

Slide 3 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
methodesschool
B
methodenschool
C
methodeschool
D
methode-school

Slide 4 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
collectenbus
B
collectebus
C
colectebus
D
collectesbus

Slide 5 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
lachebek
B
lachenbek
C
lachen-bek
D
lache bek

Slide 6 - Quiz

paard + distel =

Slide 7 - Question ouverte

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
wildenbras
B
wildebras
C
wilddenbras
D
wilddebras

Slide 8 - Quiz

hart + wens =

Slide 9 - Question ouverte

handel + schip =

Slide 10 - Question ouverte

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
manenstraal
B
manesstraal
C
manestraal
D
maanstraal

Slide 11 - Quiz

steek + blind =

Slide 12 - Question ouverte

Tussenletter -s
tussenletter -(e)n
Uitzonderingen
geen tussenletter
paard +bloem =
noot + dop =
koningin+ soep =
gedachte + gang =
haven + sector =
drink + boer =
benzine + tank =
ver + kijker = 
station + straat =

Slide 13 - Question de remorquage

Opdracht 2 nakijken
Onderstreep het goedgeschreven woord.
1. tarwemeel          8. hartenwens
2. reuzenrad          9. fietsenrek
3. geluidsbron          10. prullenmand
4. ruggenmerg          11. eikenboom
5. spinnenweb          12. maneschijn 
6. apetrots         13. benzinegeur
7.  giraffennek         14. stadsschouwburg
15. groentesoep   

Slide 14 - Diapositive

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
rozegeur
B
rozengeur
C
roozengeur
D
rosengeur

Slide 15 - Quiz

Valentijn + dag =

Slide 16 - Question ouverte

Wat weet je tot nu toe?
Vragen over les 1 t/m 4

Slide 17 - Diapositive

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
kopiëren
B
kopieren
C
ko-pieren
D
ko-piëren

Slide 18 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
kerstboom
B
Kerstboom
C
kerst-boom
D
Kerst-boom

Slide 19 - Quiz

Neem onderstaande zin over en plaats hoofdletters en leestekens.

mevrouw van der steen vindt het besluit oneerlijk maar legt zich erbij neer

Slide 20 - Question ouverte

De namen van historische gebeurtenissen en feestdagen hebben een hoofdletter.
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quiz

Tussen twee werkwoorden komt altijd een komma.
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quiz

Met een trema geef je aan dat bij die letter een nieuwe klank begint.
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quiz

Neem onderstaand woord over en plaats een trema als dit nodig is.
reunie

Slide 24 - Question ouverte

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
directeur generaal
B
directeur-generaal
C
directeurgeneraal

Slide 25 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
lenteui
B
lente ui
C
lente-ui

Slide 26 - Quiz

Neem onderstaand woord over een plaats een trema waar nodig.
lawaaiig

Slide 27 - Question ouverte

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
rijstepap
B
rijstenpap
C
rijste pap
D
rijstenpap

Slide 28 - Quiz

Neem onderstaande zin over een plaats hoofdletters en leestekens waar nodig.

de leerlingen van klas 4 hebben hun huiswerk nagekeken de lessonup gemaakt en hun kennis gecheckt

Slide 29 - Question ouverte

DICTEE
Dictee maken
Dictee (van elkaar) nakijken.

Slide 30 - Diapositive