Argumentatieschema Blok 4

Allereerst een beetje uitleg:
In het boek vind je de verschillende basisschema's:
  • enkelvoudige argumentatie (één argument)
  • nevenschikkende argumentatie (meerdere hoofdargumenten)
  • onderschikkende argumentatie (hoofdargument met subargumenten)
  • combinatie van nevenschikkend en onderschikkend (combi van alles)
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Allereerst een beetje uitleg:
In het boek vind je de verschillende basisschema's:
  • enkelvoudige argumentatie (één argument)
  • nevenschikkende argumentatie (meerdere hoofdargumenten)
  • onderschikkende argumentatie (hoofdargument met subargumenten)
  • combinatie van nevenschikkend en onderschikkend (combi van alles)

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Argumentatieschema's
Blok 4 Lezen blz. 180 t/m 185

Slide 3 - Diapositive

Lees nu eerst de volgende tekst:
Alinea 1 t/m 3

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat is de stelling van dit artikel?

Slide 6 - Question ouverte

Welk argument wordt in deze inleiding genoemd ter ondersteuning van de stelling?

Slide 7 - Question ouverte

Wat voor soort argument is dit?
(Denk aan: feitelijk, ervaring, gezag, nut of gewenst effect, veronderstelling, vergelijking, emotioneel en moreel argument).

Slide 8 - Question ouverte

Welke manier kiest de schrijver om zijn tekst in te leiden?
A
anekdote vertellen
B
onderwerp aankondigen
C
vraag stellen
D
samenvatting geven

Slide 9 - Quiz

Lees nu het tweede deel:
Alinea 4 t/m 6

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Wat is de functie van alinea 4 en 5
("Is het dan altijd beter...t/m in die zin kinderbescherming")
A
advies
B
afweging
C
bewering
D
oplossing

Slide 12 - Quiz

Wat is de functie van alinea 6?
("Opmerkelijk genoeg ... van adoptie")
A
advies
B
argumentatie
C
tegenwerping
D
oplossing

Slide 13 - Quiz

Welk argument wordt in alinea 5 genoemd? Wat voor soort argument is dit?

Slide 14 - Question ouverte

Lees nu het derde deel van de tekst:
Alinea 7 en 8

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Welke uitspraken uit alinea 7 en 8 zijn argumenten VOOR adoptie?

Slide 17 - Question ouverte

Wat voor soort argumenten zijn dit?
A
ervaringsargumenten
B
emotionele argumenten
C
gezagsargumenten
D
feitelijke argumenten

Slide 18 - Quiz

Lees nu het laatste deel van de tekst
Alinea 9.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Vul het argumentatieschema in:

Slide 21 - Diapositive

En nu verder:

Slide 22 - Diapositive

En het laatste deel:

Slide 23 - Diapositive

Hoe noem je dergelijk argumentatieschema?
A
enkelvoudige argumentatie
B
onderschikkende argumentatie
C
nevenschikkende argumentatie
D
combinatie van nevenschikkend en onderschikkend

Slide 24 - Quiz

Wat moet je verder doen?
Maak opdracht 3 en 4 en lever deze in via de methodesite.

Succes!

Slide 25 - Diapositive