Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Afsluiting
Steden en staten
Hoofdstuk 5
Slide 1 - Diapositive
Tijd van Steden en Staten (1000-1500)
In het wit zie je een stadspoort. Ging je in de Middeleeuwen een stad binnen, dan moest je door de stadspoort. In veel steden werd een hoge en prachtig versierde kerk gebouwd. Op de achtergrond zie je de binnenkant van zo’n kerk.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga
Slide 2 - Diapositive
Wat gaan we doen?
Je hebt je tekstboek nodig, verder heb je in een tabblad GWP openstaan
Bespreken vorige les. Feedback op het huiswerk.
Filmpje
Quizvragen hfst. 5
Vergeet niet de evaluatievragen aan het einde van deze LessonUp te maken.
Slide 3 - Diapositive
Feedback huiswerk
LessonUp
Alle dia's lezen, luisteren, kijken, maken
Vergeet niet de twee evaluatievragen -> serieus antwoorden.
Het gaat niet alleen over wat je geleerd hebt in de LessonUp, maar ook van het
huiswerk/ huiswerk bespreken.
Evaluatievragen: Uitleg hotspotvraag
Slide 4 - Diapositive
Huiswerk bespreken
Huiswerk controle (storing bij GWP)
Opdrachten klassikaal bespreken
Opdracht 2, 5 en 6
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
Rond het jaar 1000 groeiden de oogsten snel. Welke oorzaak had dat?
A
De boeren hadden geleerd het land te bemesten.
B
De boeren lieten hun kinderen meehelpen op het land.
C
Er kwamen steeds meer boeren, omdat de mensen in steden ook moesten eten
D
De boeren gebruikten betere werktuigen.
Slide 7 - Quiz
Waar moest je lid van zijn om een middeleeuwse stad een ambacht uit te oefenen?
A
Vakbond
B
Gilde
C
Gemeenteraad
D
Schepenen
Slide 8 - Quiz
Het gilde controleert de kwaliteit en de prijs van de producten die de gildeleden maken.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quiz
Als een gildelid ziek is, zorgen de andere leden voor hem en zijn gezin.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quiz
Een timmerman is een ambachtsman
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quiz
Een boer is een ambachtsman
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quiz
Als je goed genoeg was, moest je de ???? afleggen. Dat was een soort examen. Als je slaagde, mocht je lid worden van het gilde.
Welk woord moet er op de vraagtekens staan?
A
gilde
B
meester
C
meesterproef
D
leerling
Slide 13 - Quiz
Klik op de hotspots en sleep de straffen en de gezegden naar de juiste plek in de afbeelding.
Een gruwelijk goede opdracht!
Hand afhakken
Geselen
Ogen uitsteken
In het water gooien
Ophangen
Op de brandstapel
Onthoofden
"Iemand de ogen uitsteken."
"Hij voelt zich geradbraakt."
"Ik maak hem een kopje kleiner."
" Zij werd op de pijnbank gelegd."
"Ze legden hem het vuur aan de schenen."
"Dat doet hem de das om."
Slide 14 - Question de remorquage
Er stierven miljoenen mensen aan de pest. Waardoor maakte de pest zoveel slachtoffers? Kies het juiste antwoord.
A
De mensen dachten dat de pest een straf van God was. Daarom wilden ze de zieken niet helpen, want ze dachten dat God dan nog bozer zou worden.
B
Alleen arme mensen stierven aan de pest. Dat kon de rijke mensen weinig schelen en dus kregen de arme mensen geen hulp.
C
Men wist niet wat de oorzaak van de ziekte was. Daardoor kon er geen goede manier bedacht worden om de ziekte uit te roeien.
Slide 15 - Quiz
Mensen gooien poep en plas op straat. Was dat normaal in middeleeuwse steden?
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quiz
Er lopen varkens door de stad. Was dat normaal in middeleeuwse steden?
A
Ja
B
Nee
Slide 17 - Quiz
Van wie kreeg een stad, stadsrechten?
A
Magistraat
B
Schout
C
Burgemeester
D
Heer
Slide 18 - Quiz
Stadsrechten: het recht van een stad op eigen winkels.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quiz
Wat is de Hanze?
A
Samenwerking tussen handelaren.
B
Een middeleeuwse stad
C
Samenwerking tussen heren.
D
Vaarroute
Slide 20 - Quiz
Hoe kon een middeleeuwse stad stadsrechten krijgen?
A
Bij een bepaald aantal inwoners gebeurde dit automatisch
B
Door een dikke stadsmuur te bouwen
C
Die konden ze kopen van hun heer
D
Door belasting te betalen aan de koning
Slide 21 - Quiz
Het ontstaan en de groei van steden: ...........
Slide 22 - Question ouverte
Wie zaten er in het bestuur van een middeleeuwse stad?
A
Winkeliers
B
Gewone arbeiders
C
Kooplieden
D
Leerlingen
Slide 23 - Quiz
Wie was de baas over de veiligheid in een middeleeuwse stad?
A
De schout
B
De burgermeester
C
De graaf
D
De schepenen
Slide 24 - Quiz
Wie liepen er NIET mee met de kruistochten
A
moslims
B
arme mensen
C
kinderen
D
soldaten
Slide 25 - Quiz
Wanneer waren de kruistochten?
A
0-500
B
0-1500
C
500-1000
D
1000-1500
Slide 26 - Quiz
Waarom werden Kruistochten georganiseerd?
A
Om het geloof te verspreiden.
B
Om Rome te bevrijden.
C
Om te vechten.
D
Om Jeruzalem te bevrijden.
Slide 27 - Quiz
Wat past NIET bij kruistochten
A
Er vielen veel doden.
B
Het Heilige Land werd voor tijdelijk veroverd.
C
Het waren handelsreizen.
D
De reis duurde jaren.
Slide 28 - Quiz
Wat zijn: Kruistochten
A
Oorlog tegen de aanhangers van Islam.
B
Tocht langs een kruispunt.
C
Gelovigen die lopend kruisen gingen verspreiden.
D
Een tocht naar een verboden gebied.
Slide 29 - Quiz
Wat wilden de steden terug voor de hulp aan de koning?
A
Geld
B
Stadsrechten
C
Grond
D
Voedsel
Slide 30 - Quiz
Op welke afbeelding zie je een centraal bestuur?
A
B
Slide 31 - Quiz
Waarom was de Duitse koning afhankelijk van lagere machtehebbers?
Niet
Wel
Hij werd door hoge edelen gekozen
Hij werd door hoge geestelijken gekozen
Hij werd door lage edelen gekozen
Hij werd door lage geestelijken gekozen
Slide 32 - Question de remorquage
Sleep de titels en uitspraken naar de juiste groepen
Geestelijken
Edelen
De paus zal tevreden zijn met mijn keuze
Na mijn dood zal mijn zoon als hertog ook weinig last hebben van de koning
Slide 33 - Question de remorquage
Volgende week
Maandag = Tweede Paasdag
Dinsdag evt. KWT
Donderdag maken toets of deadline opdracht memes
Na de meivakantie starten we met het laatste hoofdstuk voor dit schooljaar.
Slide 34 - Diapositive
Ik ben voor geschiedenis klaar voor de toetsweek!
Slide 35 - Sondage
Geen huiswerk meer dit jaar!
Dit was het voor dit schooljaar. Volgend jaar meer!
Ik wens jullie een superfijne, welverdiende zomervakantie!
Vergeet niet donderdag een tas mee te nemen om je boekendoos mee naar huis te kunnen nemen.
Als je je boekendoos donderdag niet meeneemt, zorg ik dat ze opgeruimd worden.
Wellicht wil ik enkele boekendozen bewaren voor Open Dagen en als voorbeeld volgend jaar. Dan vraag ik vooraf jouw/ jullie toestemming.
Slide 36 - Diapositive
Schrijf 3 dingen op die je in hoofdstuk 4 en 5 geleerd hebt over de Middeleeuwen.
Slide 37 - Question ouverte
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen over de Middeleeuwen.